Jaarverslag. Technologiestichting STW - PDF Free Download (2025)

Jaarverslag

Technologiestichting STW

20 12

Technologiestichting STW Postadres

Postbus 3021 3502 GA Utrecht The Netherlands

Bezoekadres

Van Vollenhovenlaan 661 3527 JP Utrecht T +31 (0)30 600 12 11 F +31 (0)30 601 44 08 E [emailprotected]

www.stw.nl Foto omslag

Dr.ir. Daniël Schinkel, finalist Simon Stevin Gezel 2012, onderzocht in een STW-project bij de Universiteit Twente hoe een chip sneller én energiezuiniger te maken. Foto: Ivar Pel, Utrecht.

STW-nummer

2013/03685./STW ISBN-nummer

978-90-73461-81-9 NUR

950

Jaarverslag 2012 Technologiestichting STW april 2013

1

Inhoud

03 05

52

Deuren wagenwijd open

Opvallende resultaten uit de kennisoverdracht

54 Inleiding 55 Cijfers kennisoverdracht 56 Open Technologieprogramma 60 Vernieuwingsimpuls

01 06 Ontwikkelingen binnen STW 08 Inleiding 09 Interne ontwikkelingen 14 Strategische samenwerkingsprogramma’s 15 Varia 16 De financiële situatie van STW 17 Externe ontwikkelingen 17 Kernindicatoren 18 STW-Jaarcongres 2012

02

04 64 STW in cijfers 66 Inleiding 67 Kengetallen en statistiek 75 Verkort financieel jaarbericht 2012

05 20

Opvallende resultaten uit het onderzoek

22 Overzicht programma’s en activiteiten 24 Aandeel STW-onderzoek in Topsectoren 25 Overzicht aantal projecten in Topsectoren 28 Inleiding 29 Open Technologieprogramma 33 Partnership 35 Perspectief 51 Nanotechnologie

80 Jurykamers en 82 Jurykamers 84 Commissies

commissies

06 92

Lijst van gebruikers

107

Lijst van afkortingen

3

Bestuur Prof.dr. P.M.G. Apers voorzitter, Universiteit Twente Prof.dr.ir. M.P.C. Weijnen vice-voorzitter, Technische Universiteit Delft Dr. C.A. Linse Raad van Toezicht TNO Ir. D.Ph. Schmidt

Bestuursraad

TNO Bouw en Ondergrond Ir. A.H. Schaaf Océ Technologies BV 1

Prof.dr.ir. F.P.T. Baaijens Technische Universiteit Eindhoven Ir G.F.M. Beenker NXP Dr.ir. J.P.H. Benschop ASML Netherlands BV Prof.dr. C.A. van Blitterswijk

Directeur

Universiteit Twente Prof.dr.ir. R. de Borst University of Glasgow 2 Prof.dr. J.A. Bouwstra

Dr. E.E.W. Bruins

Universiteit Leiden Dr.ir. Y. Engelen DSM Venturing Ir. T. Gorter Qanbridge BV Dr.ir. C.J. Kroese ex Kadaster RvB 3 Dr. H.P.C.E. Kuipers Shell Global Solutions Prof.dr.ir. R. Rabbinge Wageningen Universiteit Dr. K. Wiedhaup Netherlands Genomics Initiative

Waarnemers Drs. J.H. de Groene NWO Dhr. Th. Grosfeld Vereniging VNO-NCW Ir. A.P. Couzy Ministerie van Economische Zaken

4

Jaarverslag STW 2012

1

vanaf 01/01/2012

2

tot 01/07/2012

3

tot 11/06/2012

Deuren wagenwijd open Het Chinese ‘woord’ voor crisis bestaat uit twee karakters. Het ene betekent bedreiging, het andere kans. Treffender is de huidige toestand van Nederland nauwelijks te omschrijven. De bedreiging komt van de nog steeds voortdurende financiële en economische crisis. De kans zit hem in het gegeven dat je in zo’n situatie scherp moet nadenken over je prioriteiten, over wat je wil en vervolgens ook knopen moet doorhakken. Het topsectorenbeleid van de overheid is zo’n beslissing: we richten onze aandacht nu echt op de verdere ontwikkeling van technologieën waar Nederland – economisch en maatschappelijk – beter van wordt. STW blijkt wonderwel bij deze ontwikkeling te passen. We werken al sinds 1981 aan het bij elkaar brengen van onderzoekers en toepassers en aan het bevorderen van kennisoverdracht tussen die twee groepen. Die jarenlange ervaring heeft ons vruchtbare inzichten over valorisatie en omvangrijke netwerken in de academische wereld en in industrie en samenleving opgeleverd. We worden in het veld dan ook gezien als een van de best practices in Nederland op het terrein van valorisatie. Terwijl in 2012 heel veel gebeurde wil ik mij hier beperken tot twee kleine maar belangrijke nieuwe stappen die STW heeft gezet in het belang van ons onderzoek voor de samenleving. We hebben de vragen veranderd die we stellen aan de onafhankelijke experts die onze projectaanvragen beoordelen. Vroegen we ze voorheen te oordelen over de wetenschappelijke kwaliteit en over de economische relevantie van de aanvragen, nu vragen we ze te oordelen over de maatschappelijke relevantie. Valorisatie van ons onderzoek hebben we dus verbreed naar meer dan alleen economisch nut. De tweede nieuwe stap is de ontwikkeling van het nieuwe valorisatie-instrument Demonstrator. Dat heeft als doel resultaten van toepassingsgericht onderzoek op universiteiten én hogescholen te bevorderen, door proof-of-principle kennis door te ontwikkelen naar een proof-of-concept die (direct) door het bedrijfsleven in gebruik kan worden genomen. Daarmee worden academisch en hogeschoolonderzoek dichter bij elkaar gebracht. Het zal vast de opmaat worden naar nauwere contacten tussen universiteit en hogeschool. In 2012 voerden we de eerste call van de Topsector High Tech Systemen en Materialen uit. Het MKB deed het verrassend goed in die call. Dertig midden- en kleinbedrijven waren betrokken bij de aanvragen en meer dan de helft ervan zit bij de uiteindelijk gehonoreerde projecten. Het is heel bemoedigend om te zien dat het MKB binnen deze topsector ruim is aangehaakt bij het wetenschappelijk onderzoek. Het forse commitment van het bedrijfsleven garandeert dat alles in het werk wordt gesteld om de kennis ook daadwerkelijk naar toepassing te leiden. Excellente wetenschap gaat binnen HTSM klaarblijkelijk goed samen met vraagsturing en toepassingsgerichtheid. Het MKB weet goed de weg naar onze onderzoekers te vinden, we slaan een brug naar het HBO, maatschappelijke relevantie is nadrukkelijk een van de twee criteria waarop wij onderzoekaanvragen laten beoordelen. Onze deur naar de samenleving staat wagenwijd open. Eppo Bruins directeur

5

01 Ontwikkelingen binnen STW

08 Inleiding 09 Interne ontwikkelingen 09 Open Technologieprogramma 09 Perspectief 12 Partnership 13 Vernieuwingsimpuls en Rubicon 13 Valorisation Grant 14 Demonstrator 14 14 14 14 14

Strategische samenwerkingsprogramma’s

Cyber security Sport Uncertainty Reduction in Smart Energy Systems (URSES) Eiwitinnovatie

15 Varia 15 Open Acces 15 NWO-Groot 15 Lead Agency Procedure 15 EUREKA 15 SIA/RAAK 16 16 16 16 16 16

De financiële situatie van STW

17 17 17 17

Externe ontwikkelingen

Stelselwijziging Jaarrekening 2012 Liquide middelen Begroting 2013 Ontwikkelingen

Topsector High Tech Systemen en Matrialen Topsector Water Varia

17 Kernindicatoren 18

STW-Jaarcongres 2012

7

Inleiding

Het realiseren van kennisoverdracht tussen technische wetenschappen en gebruikers is de missie van Technologiestichting STW. Zij doet dit door gebruikers en onderzoekers bij elkaar te brengen, door excellent technischwetenschappelijk onderzoek te financieren en door al haar projecten te begeleiden naar optimale kansen voor kennisoverdracht. Om haar missie te realiseren voert STW eigen beleid en reageert – waar mogelijk proactief – op externe ontwikkelingen. Over het gevoerde beleid en de resultaten daarvan in 2012 doet dit hoofdstuk verslag. Opvallende resultaten uit het onderzoek in 2012 worden gepresenteerd in hoofdstuk 2. Hoofdstuk 3 geeft voorbeelden van kennisoverdracht uit projecten in 2012. Voor STW stond 2012 sterk in het teken van de topsectoren en een nieuw kabinet dat het innovatiebeleid van zijn voorganger voortzette. Het bestuur van STW identificeerde in 2012 de topsectoren waarin STW via haar onderzoekers en haar projecten en programma’s het meest actief is en besloot dat voor de besteding van de financiële middelen die topsectoren leidend zijn. Binnen de financieringsinstrumenten van STW oormerkte het bestuur vervolgens streefbedragen voor die geselecteerde topsectoren. Voor de overige topsectoren en voor ongebonden onderzoek blijft een deel van het STW-budget beschikbaar.

8

Jaarverslag STW 2012

lijke buitenlandse referenten en op basis van ranking door jury’s 31 gehonoreerd. Daar was in totaal een bedrag van 18,0 miljoen euro mee gemoeid, plus 4,1 miljoen euro aan co-financiering (in natura).

Interne ontwikkelingen In 2012 besloot het bestuur van STW dat de topsectoren leidend zijn voor de besteding van de financiële middelen. Na identificatie van de topsectoren waarin STW en haar onderzoekers het meest actief zijn, legde het bestuur voor 2013 en later een verdeelsleutel van middelen vanuit de verschillende financieringsinstrumenten vast. Dominant in deze verdeling is de topsector High Tech Systemen en Materialen (HTSM). De andere topsectoren zijn Chemie, Life Sciences & Health, Energie en Water. In 2012 werd al enigszins op deze verdeling vooruitgelopen door 10 miljoen euro uit open instrumenten (waaronder OTP) vrij te maken voor de topsectoren. Het grootste deel hiervan was de STW-bijdrage aan de eerste call van de topsector HTSM. De financieringsintrumenten van STW zijn zeer geschikt om binnen de verschillende topsectorcompartimenten te komen tot selectie van excellent toepassingsgericht wetenschappelijk onderzoek in de vorm van publiek-private samenwerking. Hieronder wordt per instrument verantwoording afgelegd.

p 8 mei 2012 opende Prins Willem Alexander in Epe O de eerste Nereda-rioolwaterzuiveringsinstallatie. Nereda is een nieuwe technologie die huishoudelijk en bedrijfsafvalwater duurzaam en energie-zuinig zuivert. De bacteriën die in de rioolwaterzuivering het water schoon eten, vormen bij deze nieuwe technologie compacte bolletjes die makkelijk bezinken en zo efficiënt scheiden van het schone water. Een Nereda-installatie kan op een kleiner oppervlak gebouwd worden, gebruikt ruim 30% minder energie en is 20% goedkoper dan bestaande installaties. De technologie is ontwikkeld in een door STW gefinancierd project bij de TU Delft en is in een publiek-private samenwerking doorontwikkeld door de Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA), advies- en ingenieursbureau DHV en zes waterschappen. De installatie in Epe, van Waterschap Veluwe, is de eerste ter wereld die op praktijkschaal volledig met Nereda-technologie rioolwater gaat zuiveren.

Perspectief

Het Open Technologieprogramma (OTP) richt zich op relatief kleine technisch-wetenschappelijke projecten (maximaal 750.000 euro, plus een maximum van 250.000 euro aan investeringskosten; in totaal dus maximaal 1 miljoen euro). Het OTP kent verder geen disciplinaire grenzen. STW koestert deze openheid zorgvuldig, omdat innovatie in bijna alle gevallen multidisci-plinariteit verlangt. OTP-projecten bestrijken het volledige scala aan technisch-wetenschappelijk onderzoek. Voor 2012 had STW een bedrag van 17,5 miljoen euro voor het OTP beschikbaar, exclusief co-financiering door partners.

De Perspectiefprogramma’s beogen publiek-private samenwerking op programmatische wijze te bevorderen. De invalshoeken zijn het ontwikkelen van nieuwe technologie via een multidisciplinaire aanpak, samenwerking met gebruikers, medefinanciering door private partijen en specifieke activiteiten gericht op valorisatie en ondernemerschap. Perspectief is er in het bijzonder voor bedoeld om vernieuwende kennis tot toepassing te brengen en zo een bijdrage te leveren aan technologische innovatie in Nederland. Omdat Perspectief een bottom-up aanpak heeft kan men het instrument kwalificeren als “open programmacompetitie”.

In 2012 ontving STW 94 aanvragen voor OTP. Hiervan heeft het bestuur er na beoordeling door onafhanke-

De besluitvorming over voorstellen voor programma’s die in 2011 werden ingediend, werd in 2012 afgerond.

Open Technologieprogramma

Ontwikkelingen binnen STW

9

Een van de beoordelingscriteria in deze Perspectiefronde was een toetsing op passendheid binnen de roadmaps in de innovatiecontracten van de topsectoren. Er kwamen vijf nieuwe programma’s tot stand: NatureCoast, iMagene, iMIT, Microscopy Valley en CyberPhysical Systems. Deze programma’s hebben een looptijd van zes jaar en een omvang van tussen 3 en 6 miljoen euro. Het budget voor de nieuwe programma’s is 27,9 miljoen euro, waarvan 21,4 miljoen euro van het ministerie van Economische Zaken en 6,5 miljoen euro van STW/derden.

Nieuwe Perspectiefprogramma’s van 2012

Instruments for minimaly invasive techniques (iMIT) Bij minimaal invasieve technieken zijn nog heel wat uitdagingen: op veel plekken in het lichaam kan men niet komen en er zijn zeer beperkte mogelijkheden voor diagnose en behandeling. Het doel van het programma is interactieve multi-purpose instrumenten te ontwikkelen om overal in het lichaam te kunnen komen, informatie over weefseleigenschappen te verkrijgen en daarna een behandeling te kunnen uitvoeren. De uiteindelijke resultaten van het programma zijn multifunctionele stuurbare naalden en katheters waarmee in één interventie diagnose en therapie kunnen worden uitgevoerd. Het programma past – binnen het kader van het IMDI. NL-initiatief – goed binnen de topsectoren High Tech Systemen en Materialen en Life Sciences & Health. Microscopy Valley Het programma betreft de ontwikkeling van combinaties van fluorescentie- en elektronenmicroscopietechnieken om moleculen zoals eiwitten in cellen zichtbaar te maken. De combinatie van deze twee technieken, correlatieve microscopie geheten, overbrugt de verschillende lengteschalen die relevant zijn binnen de cel. Er is een groeiend aantal gebruikers voor deze nieuwe techniek en het aantal toepassingen neemt ook snel toe. Microscopie-fabrikanten zijn geïnteresseerd in het integreren van fluorescentieen elektronenmicroscopie in één enkele microscoop. Het programma past goed binnen de topsectoren High Tech Systemen en Materialen en Life Science & Health (thema ‘enabling technology’). ature-driven nourishment of coastal N systems (NatureCoast) Het begrijpen en beheersen van grootschalige kustsystemen als basis voor duurzame inrichting van delta’s is wereldwijd een maatschappelijke uitdaging

10

Jaarverslag STW 2012

en wetenschappelijk een onontgonnen onderwerp. Met de aanleg van de zogeheten Zandmotor (http://www.dezandmotor.nl) langs de Noordzeekust ter hoogte van Ter Heijde is een ongeëvenaarde kans ontstaan om natuurgedreven zandvoeding van onze kust te bestuderen. De monitoring van de zandmotor kent tot nu toe geen wetenschappelijke basis. Het doel van dit programma is daarvoor te gaan zorgen. Het programma past goed binnen de topsector Water (opgenomen in het Innovatiecontract Deltatechnologie) en draagt bij aan de vooraanstaande positie van Nederland binnen waterbeheer. Population imaging genetics (ImaGene) Vroege opsporing en betere voorspelling van het verloop van ziekteprocessen kan de kwaliteit van leven van een grote groep mensen aanmerkelijk verbeteren, onder andere door ontwikkelen van preventieve strategieën of door het optimaliseren van behandeling voor de individuele patiënt. Recent heeft een aanpak waarbij zowel beelddata (MRI-scans) als genetische data van grote groepen mensen worden geanalyseerd al tot belangrijke nieuwe inzichten geleid. De methodes om zowel beeld- als genetische data te analyseren staan echter nog in de kinderschoenen. Door de omvang, complexiteit en variabiliteit van deze data is dat ook een enorme uitdaging. Het doel van dit programma is nieuwe technologie te ontwikkelen om beeld- en genetische informatie beter te koppelen. De tech-nieken zullen worden ontwikkeld in het kader van verbeterde opsporing, diagnostiek en behandeling van belangrijke ziektegebieden, te weten de ziekte van Alzheimer, cardiovasculaire aandoeningen, en borstkanker. Het programma past goed binnen de roadmap Healthcare van de topsector High Tech Systemen en Materialen, de topsector Life Science & Health, en het topsectordoorsnijdende thema ICT. Robust design of cyber-physical systems (CPS) Cyber-physical systemen (voor medische beeldbewerking, lithografie, slimme elektriciteitsnetten, intelligent transport, elektronenmicroscopie, hoogwaardige printers) zijn een complexe mengeling van grote aantallen sensoren en actuatoren. CPS-systemen worden geconfronteerd met een diversiteit aan omgevingsfactoren. Het robuust maken en houden van dat soort systemen is van groot belang voor de industrie, en hieraan levert dit programma een bijdrage. De combinatie van de sterke universitaire groepen en de geïnteresseerde bedrijven bij dit programma is een ecosysteem van wereldniveau en het programma zal ervoor zorgen dat dit zo blijft. Het programma past goed binnen de topsector High Tech Systemen en Materialen en het topsectordoorsnijdende thema ICT.

1

Om de rol van STW in het topsectorenbeleid aan te scherpen stelde het STW-bestuur de in 2012 gestarte Perspectiefronde alleen open voor onderwerpen die genoemd worden in de innovatiecontracten van die topsectoren waarin STW actief is of nadrukkelijk ondersteunend aan de roadmaps die binnen deze topsectoren geformuleerd zijn. Voor het vooraf beoordelen van de passendheid van voorstellen kregen de trekkers van de verschillende topsectoren een nadrukkelijke rol. Om een evenwichtige verdeling over de verschillende topsectoren te bevorderen stelde het bestuur voor de beoordeling drie compartimenten in: HTSM, ICT, Nanotechnologie en Medische technologie; LSH, T&U, AgriFood; en Water, Chemie en Energie, met een vastgesteld budget voor elk compartiment en ook beoordeling per compartiment. Onderzoeksgroepen dienden in samenspraak met industriële consortia 37 programma-initiatieven in. Na verplichte publicatie ervan op de website van STW zodat nog niet betrokken maar mogelijk geïnteresseerden op de hoogte konden raken van het initiatief, ontving STW uiteindelijk 21 programma-ontwerpen. Verdere afronding van de beoordeling en besluitvorming over honorering volgt in 2013. De programma-ontwerpen waren goed verdeeld over de topsectorcompartimenten: acht programma-ontwerpen in het compartiment HTSM, ICT, Nanotechnologie en Medische technologie, zeven in het compartiment LSH, T&U, AgriFood en zes in het compartiment Water, Chemie en Energie.

2

3

4

IS2C als voorbeeld voor de Perspectiefprogramma’s

5

1 Instruments for minimaly

invasive techniques (iMIT). 2 Microscopy Valley.

4 Population imaging

genetics (ImaGene). 5 Robust design of cyber-

physical systems (CPS). 3 Nature-driven nourish-

ment of coastal systems (NatureCoast).

Op 26 en 27 april 2012 kwamen zo’n 50 onderzoekers en gebruikers uit het Perspectiefprogramma Integral Solutions for Sustainable Construction (IS2C) bijeen in Nijkerk om de stand van zaken, resultaten en vooruitzichten in het onderzoek en kennisuitwisseling te bespreken. Onderdeel van het programma was een bezoek van alle promovendi in IS2C aan de Nijkerkerbrug die sneller slijtage is gaan vertonen dan gepland. Rijkswaterstaat had voor de promovendi drie

Ontwikkelingen binnen STW

11

opdrachten geformuleerd om de brug aan te pakken. In drie groepen rapporteerden de promovendi de tweede dag plannen van aanpak. Rijkswaterstaat heeft veel belangstelling voor die plannen getoond en wil dit soort vragen vaker aan jonge onderzoekers gaan voorleggen. IS2C vervult een voorbeeldrol qua interactie en gebruikersdeelname in de Perspectiefprogramma’s van STW. Partnership

Het instrument Partnership van STW is bedoeld voor het aanpakken van vragen en wensen vanuit het bedrijfsleven. Een Partnershipprogramma combineert op een efficiënte manier vraagsturing vanuit het bedrijfsleven met open indiening van onderzoekideeën vanuit de Nederlandse universiteiten en para-universitaire instituten. In 2012 besloot het STW-bestuur dat ook de thema’s van Partnership-programma’s dienen te passen binnen de topsector-agenda’s. Gezien de sterke vraagsturing binnen dit instrument is dat een voorwaarde waaraan vaak op natuurlijke wijze wordt voldaan wanneer ook de topsector-agenda’s op open wijze tot stand komen. De kern van een Partnershipprogramma wordt gevormd door de themabeschrijving, die wordt opgesteld door een of meer bedrijven. STW organiseert vervolgens een call rondom dat thema en roept universitaire onderzoekers op om te komen met hun beste ideeën die passen binnen het thema. Hier kan een op maat gesneden matchmaking aan vooraf gaan. Een Partnershipprogramma wordt 50/50 gefinancierd (cash) door STW en de partner(s) uit het bedrijfsleven. Wanneer meer dan één bedrijf co-financier is, wordt verwacht dat één van die bedrijven als aanspreekpunt voor STW fungeert, of dat een bedrijvenconsortium wordt gevormd. Via haar netwerk biedt STW zo het

bedrijfsleven toegang tot de beste onderzoekers in het Nederlandse academische systeem. STW heeft budget voor enkele Partnerships per jaar. Zij hebben een omvang van tenminste 3 miljoen euro waarbij het bedrijf de helft betaalt en STW – eventueel met andere academische partners samen – de andere helft. Er is geen indieningsmogelijkheid voor Partnershipprogramma’s. Een programma komt tot stand in overleg met een of meer bedrijven. Daarna wordt een call geopend om onderzoeksvoorstellen op te roepen. Die worden volgens de standaard werkwijze van STW door onafhankelijke deskundigen beoordeeld en in een prioriteitsvolgorde gezet. Het STW-bestuur honoreert op basis daarvan de beste voorstellen. Een programmacommissie of stuurgroep met vertegenwoordigers van het bedrijf/de bedrijven en door STW aangezochte onafhankelijke academische experts heeft de super-visie over het programma. In 2012 kwamen twee nieuwe Partnershipprogramma’s tot stand: −

artnership Volatile Fatty Acid Platform P Dit Partnershipprogramma met Paques richt zich op de productie van biogebaseerde producten uit afvalstromen van biomassa. Het doel is om het productieproces van vluchtige vetzuren beter te begrijpen en nieuwe processen te ontwikkelen om die vetzuren terug te winnen uit het afval en om te zetten in biogebaseerde producten. In 2012 is een call voor onderzoeksvoorstellen uitgeschreven. Bestuurlijke afronding van het beoordelingsproces en honorering gebeurt in 2013. Academische partners naast STW zijn het Gebied Chemische Wetenschappen van NWO en het Algemeen Bestuur van NWO. Het Partnership valt inhoudelijk binnen de Topsector Chemie en het thema Biobased Economy dat door de topsectoren heen snijdt.

− Partnership

Advanced Sustainable Lighting Solutions (ASLS) Dit Partnershipprogramma met Philips Electronics Nederland bv richt zich het ontwikkelen van innovatieve, efficiënte, op een verantwoorde manier te produceren verlichting. Het lichtverbruik in de wereld wordt steeds hoger; de verwachting is dat mede door de verschuiving naar een 24 uurs-economie

Netwerken tijdens de matchmakingsbijeenkomst voor het Parnership Volatile Fatty Acid Platform.

12

Jaarverslag STW 2012

rond 2050 het wereldwijde lichtverbruik bijna drie keer hoger zal zijn dan nu. Meer energieefficiënte manieren om met verlichting om te gaan zijn daarom gewenst. Het Partnership gaat op zoek naar hoog-efficiënte, aantrekkelijke en betaalbare verlichting die ook nog eens op een verantwoorde manier ontwikkeld wordt. In 2012 is een call voor onderzoeksvoorstellen uitgeschreven. Honoreringen worden begin 2013 bekend. Het Partnership past in de Topsector High Tech Systemen en Materialen. In 2012 ging het Partnership ExploRail, met het Gebiedsbestuur Maatschappij- en Gedragswetenschappen van NWO en ProRail daadwerkelijk van start. Binnen het programmadeel “Intelligent Rail Infrastructure”, waarvan STW de leidende academische partner is, werden tien onderzoeksaanvragen ingediend; vijf werden er gehonoreerd. Dit programma past binnen de Topsector Logistiek. Ook het Partnershipprogramma met Rijk Zwaan, Meiosis, ging in 2012 van start. Er werden zeven onderzoeksaanvragen ingediend, waarvan er vijf werden gehonoreerd. Dit programma past binnen de Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen. Vernieuwingsimpuls en Rubicon

De Vernieuwingsimpuls is een NWO breed instrument van persoonsgebonden financiering voor onderzoekers in diverse fasen van hun wetenschappelijke carrière. De Vernieuwingsimpuls valt samen met het Rubicon-instrument (voor net-afgestudeerden) onder het talentbeleid van NWO. De Vernieuwingsimpuls kent drie fasen: net-gepromoveerden (Veni) onderzoekers die al hun eerste prestaties als onderzoeker heb-

ben geleverd (Vidi) en gerenommeerde onderzoekers die een eigen groep aan het opbouwen zijn (Vici). In 2012 werden binnen het werkterrein van STW twaalf Veni-aanvragen, acht Vidi-aanvragen (uit de ronde 2011) en drie Vici-aanvragen (uit de ronde 2011) gehonoreerd. Projecten die voortkomen uit het door STW uitgevoerde deel van de Vernieuwingsimpuls passen voor een belangrijk deel binnen de onderwerpen van de topsector-agenda’s of zijn daaraan grotendeels ondersteunend. In 2012 veranderde de wijze van beoordeling van Vici-aanvragen. Die worden voortaan door een NWO-brede commissie beoordeeld. Vanwege de uniforme aanpak van de Vernieuwingsimpuls binnen de NWO-koepel ligt er relatief weining nadruk op ulitisatie. Hoe dit uitpakt voor de technische wetenschappen zal moeten worden bezien. Valorisation Grant

De Valorisation Grant is een persoonsgebonden financiering voor ondernemende onderzoekers om innovatieve high-tech bedrijvigheid te ontwikkelen op basis van de kennis die zij binnen de universiteit of de onderzoeksinstellingen waar ze werken hebben ontwikkeld. Dankzij het in 2011 verkregen accres van OCW voor STW kon het bestuur van STW het budget voor de Valorisation Grant desondanks in stand hou­den. STW voegde uit dit accres 1,5 miljoen euro toe aan het budget voor de Valorisation Grant. De Valorisation Grant bestaat uit twee fases. Fase-1 is de haalbaarheidsstudie van het voorstel; hiervoor is een bedrag van maximaal 25.000 euro beschikbaar. Deze fase moet in hooguit een half jaar zijn uitgevoerd. Kandidaten die deze fase met succes hebben doorlopen kunnen een aanvraag indienen voor fase-2, de valorisatiefase. Hiervoor is maximaal 200.000 euro beschikbaar. De maximale duur van deze fase is twee jaar, met een tussentijdse evaluatie. In 2012 ontving STW 72 aanvragen voor fase-1 en 32 aanvragen voor fase-2. Daarvan werden er 30 voor fase-1 gehonoreerd en 12 voor fase-2. Hiermee was een totaalbedrag gemoeid van 3,2 miljoen euro. Staatssecretaris Halbe Zijlstra reikte op 7 september de Valorisation Grants van STW uit. Met de Valorisation Grants ondersteunen NWO en STW ondernemende onderzoekers. De Valorisation Grants bieden onderzoekers de kans om hun vernieuwende idee om te zetten naar de werkelijkheid.

Tijdens de uitreiking gaven twee van de Grant-winnaars een presentatie over hun onderzoek. Boris Reuderink sprak over zijn onderzoek naar het mentaal aansturen van een game, en Loes Segerink over een simpele thuistest waarmee mannen hun vruchtbaarheid kunnen meten. Foto NWO/Arie Wapenaar

Ontwikkelingen binnen STW

13

Demonstrator

In 2012 ontwikkelde STW een nieuw financeringsinstrument ten behoeve van valorisatie. Het heet Demonstrator en heeft tot doel de toepassing van verworven kennis op universiteiten en hogescholen te bevorderen. Resultaten van toepassingsgericht onderzoek zijn een belangrijke bron voor innovatie. Als uitkomst van een onderzoeksproject wordt echter veelal een proof-of-principle opgeleverd. Met Demonstrator beoogt STW het proof-of-principle door te ontwikkelen naar een proof-of-concept dat door het bedrijfsleven (direct) in gebruik genomen kan worden. Eind 2012 ging de eerste call voor aanvragen open. Besluitvorming over honoreringen volgt in 2013. Demonstrator bestaat uit twee onderdelen. In het eerste onderdeel van een Demonstratorproject wordt de ontwikkeling van een demonstratiemodel (proofof-concept) gefinancierd. Daarin wordt voor bedrijven inzichtelijk gemaakt wat de exploitatiemogelijkheden zijn van de ontwikkelde technologie. In het tweede onderdeel van Demonstrator wordt een transferplan uitgevoerd om de technologie (proof-of-concept) over te dragen aan het bedrijfsleven. Demonstrator staat open voor aanvragen gebaseerd op resultaten die voortkomen uit STW-onderzoek of RAAK-onderzoek. Het budget voor Demonstrator bedraagt per ronde circa 1 miljoen euro.

Strategische samenwerkingsprogramma’s Cyber Security

In het verslagjaar startten het Gebied Exacte Wetenschappen van NWO en STW het onderzoeksprogramma Cyber Security, waarvoor in de zomer een call voor onderzoeksvoorstellen werd uitgeschreven. Afronding van de procedure volgt in 2013. Cyber Security heeft als doel de veiligheid van de digitale samenleving te vergroten. Het programma sluit aan op de Nationale Cyber Security Strategie (NCSS) van het kabinet die als doel heeft eventuele cyberverstoringen voor de Nederlandse bevolking, het bedrijfsleven en de overheid tegen te gaan. Cyber Security maakt deel uit van de Security roadmap onder de topsector High Tech Systemen en Materialen. De call is tot stand gekomen op initiatief van de ministeries van V&J, BZK, Defensie en EZ, STW en NWO.

14

Jaarverslag STW 2012

Sport

Het onderzoeksprogramma Sport is ontwikkeld om het wetenschappelijk onderzoek op het terrein van sport te versterken en duurzame kennis ten behoeve van beleid en praktijk op te bouwen. Het ministerie van VWS en NOC*NSF hebben STW, het Gebied Geesteswetenschappen van NWO en ZonMw de opdracht gegeven een integraal sportprogramma te ontwikkelen, in samenwerking met de Stichting Innovatie Alliantie (SIA). Met dit programma wordt uitvoering gegeven aan het Sectorplan sportonderzoek en – onderwijs 2011-2016 Fundament onder de Olympische Ambities. Elk van de partners is trekker van een specifieke ‘peiler’. Voor STW is dat “Presteren”, gericht op het optimaliseren van (top)sportprestaties en bevorderen van innovaties. In 2012 werd een call voor onderzoeksvoorstellen uitgeschreven. Besluitvorming over honoreringen volgt in 2013. Uncertainty Reduction in Smart Energy Systems (URSES)

In 2012 besloten de Gebiedsbesturen van Maatschappij- en Gedragswetenschappen en Chemische Wetenschappen en STW gezamenlijk het onderzoeksprogramma Uncertainty Reduction in Smart Energy Systems (URSES) te gaan uitvoeren. Doel is het leveren van een bijdrage aan het verminderen van onzekerheid voor actoren in het energiesysteem. Daarvoor zullen wetenschappelijke kennis en middelen ontwikkeld worden die nodig zijn voor slimme energiesystemen. Tevens is inzicht noodzakelijk in de oorzaken, het karakter en de effecten van onzekerheden vanuit een maatschappij- en gedragswetenschappelijk perspectief. Dit programma beoogt op deze manier om een snelle transitie naar een betrouwbaar, betaalbaar en duurzaam energiesysteem tot stand te brengen. De call voor onderzoeksvoorstellen ging begin 2013 open. Eiwitinnovatie

Met het honoreren van vijf onderzoeksprojecten ging in 2012 het “Wetenschappelijk en toepassingsgericht onderzoeksprogramma Eiwitinnovatie” van het ministerie van Economische Zaken en STW van start. Bij de projecten zijn in totaal 14 bedrijven betrokken, die samen ruim tien procent van de kosten van het programma voor hun rekening nemen. In totaal werden achttien voorstellen ingediend, waarvan er na voorselectie twaalf overbleven.

Varia Open Access

Open Access publiceren was ook in 2012 een actueel thema. NWO inclusief STW wil Open Access bevor­ deren. Binnen het gemeenschappelijk Open Access beleid wordt erkend dat het binnen publiek-private sa­ menwerking nodig kan zijn nadere afspraken hierover te maken. Binnen STW worden bij elk onderzoekspro­ ject met gebruikers vooraf altijd afspraken gemaakt over intellectueel eigendom van en toegang tot de nieuw verworven kennis uit het onderzoek. Wat betreft Open Access van data, een belangrijk on­ derwerp binnen publiek-private samenwerking, wordt binnen NWO een nader voorstel uitgewerkt. NWO-Groot

In 2012 honoreerde NWO zeven investeringsaanvragen uit de ronde 2011. Bij deze aanvragen hoorden ook de twee die door STW als beste werden beoordeeld. Het gaat om twee faciliteiten voor nanoonderzoek: “National Atom Probe Facility”, met als hoofdaanvrager prof.dr. P.M. Koenraad van de TU Eindhoven en “NanoAccess – integrated facility for thin-film engineering and in-situ nano-lab”, van prof.dr. B. Koopmans, eveneens TU Eindhoven. STW beoordeelde nog vier andere voorstellen; die werden afgewezen. In totaal waren er 28 aanvragen ingediend, waarvan er dus 21 niet werden gehonoreerd. Lead Agency Procedure

lijke behoefte bij de achterban van STW. De indieners zijn bekende onderzoekers die doorgaans kwalitatief uitstekend STW-onderzoek leveren en al (natuurlijke) samenwerkingsverbanden met Duitse onderzoekers hebben. STW vindt de samenwerking goed en plezierig verlopen en de pilot heeft uitstekend DuitsNederlands onderzoek opgeleverd. Met DFG wordt voortzetting van deze samenwerking verkend. EUREKA

Net als in de paar voorgaande jaren heeft STW in 2012 in opdracht van de overheid het toezicht georganiseerd op de EUREKA-programma’s ITEA (Information Technology for European Advancement) en Catrene (Cluster for Application and Technology Research in Europe on Nano Electronics). STW schakelt daarbij experts uit de Nederlandse onderzoekswereld in, waarmee zij haar achterban enige toegang verschaft tot deze grote, industrieel geleide programma’s. SIA/RAAK

In de ronde 2012 van RAAK-pro, voor praktijkgericht onderzoek in het HBO, georganiseerd door SIA (Stichting Innovatie Alliantie), had STW een rol als adviseur voor de technisch getinte aanvragen. SIA en NWO besloten in 2012 een convenant te sluiten waarbij SIA onder de NWO-koepel ondergebracht gaat worden en huisvesting zal vinden bij STW. Dat zal in 2014 zijn beslag krijgen. Samen met het nieuwe financieringsinstrument Demonstrator van STW, dat ook open staat voor aanvragen vanuit het HBO, zijn dit eerste stappen naar een nauwere relatie tussen de HBO’s en de universiteiten.

In de afgelopen twee jaar heeft STW met de Deutsche Forschungsgemeinschaft (DFG) een pilot voor een zogeheten Lead Agency Procedure (LAP) uitgevoerd. Dat leverde via een call in 2011 acht uitgewerkte transnationale voorstellen op, waarvan DFG en STW er elk vier in competitie beoordeelden. Zes ervan werden uiteindelijk via STW of DFG gehonoreerd. Aan STW-zijde zijn de projecten voor een totaal van ruim 1,2 miljoen euro uit het OTP-budget gefinancierd en verder heeft STW voor bijna 0,9 miljoen euro bijgedragen aan Nederlandse aanvragen die via de DFG-route zijn gehonoreerd. De pilot heeft voorzien in een duide-

In november organiseerden FOM, STW en het Lorentz Center alweer voor de derde keer de workshop Physics with Industry. Ruim vijftig (jonge) fysici en onderzoekers van vijf bedrijven zochten elkaar op om een week lang te werken aan vijf fysische problemen. Het doel van deze workshop

was fysici actief mee te laten helpen om problemen uit de industrie op te lossen, hen kennis te laten maken met het bedrijfsleven en ook bedrijven in contact te brengen met talent. Het leverde een van de bedrijven een oplossing op die men op korte termijn al gaat gebruiken. Foto FOM

Ontwikkelingen binnen STW

15

De financiële situatie van STW STW heeft als doelstelling de haar toevertrouwde middelen optimaal in te zetten voor hoogwaardig technisch-wetenschappelijk onderzoek, en te bevorderen dat de resultaten uit dit onderzoek worden gebruikt door derden, de utilisatie. Stelselwijziging

Met ingang van het boekjaar 2012 heeft er een stelselwijziging plaatsgevonden dat een eenmalig effect heeft op het resultaat en het eigen vermogen van STW ultimo 2011 (retrospectieve werkingswijze). Het eigen vermogen per 1 januari 2011 was 12,3 miljoen euro. Het resultaat boekjaar vóór de stelselwijziging is 3,6 miljoen euro. Het effect van de stelselwijziging is 2,1 miljoen euro, waardoor het resultaat boekjaar na de stelselwijziging komt op 5,7 miljoen euro. Het eigen vermogen per 31 december 2011 is dan 18 miljoen euro. Jaarrekening 2012

In het jaar 2012 zijn de baten van STW toegenomen met 14 miljoen euro tot 91 miljoen euro. Deze stijging komt voornamelijk door een structureel accres van 10 miljoen euro van OCW/NWO. Daarnaast heeft het AB van NWO 6 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de topsector HTSM. In meerjarig perspectief is er sprake van een verlaging van de basissubsidie van NWO met 2 miljoen euro.

16

Aan de kostenkant wordt met name gestuurd op de effectiviteit en efficiëntie van het bureau, niet alleen bureau STW maar ook het programmabureau NanoNextNL. STW organiseert de projectadministratie, het financieel beheer, de communicatie en de juridische ondersteuning voor NanoNextNL. De beheerskosten gerelateerd aan de totale baten zijn na verdiscontering van bijdragen derden netto 5,7% voor 2012 en 5,0% voor 2011. De ontwikkeling van de beheerskosten valt te splitsen in 2 componenten: stijging personeelskosten en een verlaging van de doorberekende bureaukosten. De algemene reserve (onbestemd) en bestemde reserve (intern geoormerkt) is met 1 miljoen euro toegenomen. De algemene reserve is na resultaatbestemming 3 miljoen euro. Voor 3 miljoen euro heeft het bestuur een bestemming aangewezen en voor 14 miljoen euro zijn de gelden door derden beklemd en vastgelegd in bestemmingsvermogen. Het totale eigen vermogen is na resultaatbestemming toegenomen met 2 miljoen euro tot 20 miljoen euro. De ontwikkelingen omtrent het gevoerde vermogensbeleid worden periodiek gemonitord. Liquide middelen

De doelstelling van het liquiditeitsbeheer is zorgen dat er voldoende middelen zijn om tijdig de noodzakelijke uitgaven te doen. De beschikbare liquiditeiten worden kortlopend aangehouden bij het Ministerie van Financiën ingevolge schatkistbankieren. De liquide middelen zijn afgenomen met 1,5 miljoen euro van 55,5 miljoen euro ultimo 2011 naar 54 miljoen euro ultimo 2012.

De lasten uit hoofde van toekenningen bedragen in het verslagjaar 82,5 miljoen euro. In 2012 is 18 miljoen euro besteed aan het Open Technologieprogramma. Hiermee is in het OTP een honoreringspercentage van 33% gerealiseerd in aantallen en 34% in geld. Vijf nieuwe Perspectiefprogramma’s zijn gestart: Nature Coast, Microscopy Valley, CPS, Interactive Multi Invational Tools en ImaGene voor een totaalbedrag van 28 miljoen euro. Inclusief het programma eiwit-innovatie is het totaal 31 miljoen euro. Daarnaast is er 13 miljoen euro besteed aan de HTSM-call, 10 miljoen euro Vernieuwingsimpuls en 10,5 miljoen euro overige programma’s, zoals Partnerships Rijk Zwaan en ProRail, Valorisation Grant, Simon Stevin Meesterschap en continuering bestaande programma’s.

STW investeert in de door het kabinet aangewezen topsectoren van ons land, maar behoudt ook ruimte om te investeren in onderzoek waar onverwachte ontdekkingen kunnen leiden tot radicaal nieuwe oplossingen met commerciële potentie. STW zet haar instrumenten adequaat in om onderzoek te financieren waar gebruikers nauw bij betrokken zijn. Zo wordt de kans op succesvolle toepassing van kennis vergroot. STW blijft zich inzetten op publiek-private initiatieven binnen de topsectoren en valorisatie. De baten zijn voor 2013 begroot op 80 miljoen euro. De toekenningen van nieuwe projecten in het jaar worden begroot op 80 miljoen euro.

Het verschil tussen begroting 2012 en realisatie is voornamelijk te verklaren door de incidentele baten van de NWO-topsector HTSM, verschuiving van de Vernieuwingsimpuls (zowel in de baten als lasten) en de toekenning overige activiteiten, Partnerships en programma Demonstrator, in 2013 in plaats van 2012 (lasten).

STW heeft zich tot doel gesteld om een kwaliteitskeurmerk op haar interne processen te verkrijgen. In 2012 is gestart met het traject ISO 9001 en de verwachting is dat in het voorjaar van 2013 het ISO-certificaat wordt behaald. In 2013 zal ook het vervolgtraject worden gestart dat zich richt

Jaarverslag STW 2012

Begroting 2013

Ontwikkelingen

op het toegankelijk maken van informatie uit het nieuwe ict-systeem ISAAC (InformatieSysteem voor Aanvragen, Archivering en Communicatie).

Externe ontwikkelingen Topsector High Tech Systemen en Materialen

In de Topsector High Tech Systemen en Materialen (HTSM) voerde STW in 2012 de eerste call uit. Het STW-bestuur honoreerde na beoordeling door onafhankelijke experts 32 projectvoorstellen, met een onderzoeksbudget van in totaal 19 miljoen euro. Technologiestichting STW, NWO, FOM en ZonMW droegen 11,5 miljoen euro bij. Het hightech bedrijfsleven legde7,5 miljoen euro in waarvan 4 miljoen euro cash. Dit betekent dat 40% van de totale projectkosten door het bedrijfsleven wordt gedragen. Met de toewijzingen kunnen 32 van de 73 ingediende projecten worden uitgevoerd. De gehonoreerde projecten laten een goede afspiegeling zien van de 15 roadmaps binnen de Topsector HTSM. Het publieke onderzoeksbudget van 11,4 miljoen euro kwam grotendeels van STW en NWO. De Stichting voor Fundamenteel Onderzoek der Materie (FOM) en ZonMw (financier van gezondheidsonderzoek en zorginnovatie) droegen ieder circa een miljoen euro bij. Bedrijven droegen 7,5 miljoen euro bij (in cash en in natura bij elkaar opgeteld).

dat meer MKB- dan grote bedrijven waren betrokken bij de ingediende projectvoorstellen. Amandus Lunqvist, voorzitter van het topteam HTSM, toonde zich zeer tevreden over de grote betrokkenheid van het MKB. “Deze cijfers bewijzen dat MKB-bedrijven de beschikbare middelen binnen de Topsector HTSM goed weten te vinden en hiervan ook weten te profiteren.” Topsector Water

Deze topsector omvat de clusters Watertechnologie, Deltatechnologie en Maritiem. STW zal het Topconsortium Kennis en Innovatie (TKI) Watertechnologie gaan huisvesten. Dit krijgt in 2013 zijn beslag. STW zal binnen dit TKI de ingang worden voor projecten gedreven vanuit wetenschappelijke vraagstelling. Samen met NWO/ALW gaat STW de Maritiem-call 2013 uitvoeren. De call ging in januari 2013 open. Varia

STW-directeur Eppo Bruins is, namens NWO, vanuit de wetenschap secretaris van het Topteam HighTech Systemen en Materialen. Hij is, ook namens NWO, lid van de Raad van Toezicht van het TKI Biobased Economy.

Kernindicatoren Budget: 90 M€ (56M€ van NWO, 24M€ van EZ, 10M€ van derden)

Het midden- en kleinbedrijf (MKB) bleek na analyse van de call zeer goed vertegenwoordigd in de gehonoreerde onderzoeksprojecten. Dertig MKB-bedrijven waren betrokken bij de aanvragen, waarvan meer dan de helft (57 procent) is gehonoreerd. Opvallend is ook

Aantal onderzoekers (promovendi+ postdocs – in dienst bij de kennisinstellingen): circa 1143 Promoties: 94 Gebruikersrelaties: 1122 Gebruikerscommissiebijeenkomsten: 525 Door STW georganiseerde congressen: circa 15 Publicaties: 665 (66 met co-auteurs van bedrijven waarvan 55 publicaties in de SCI zijn opgenomen)

Overeenkomsten kennisoverdracht: 68 Kennisoverdrachtmomenten: 13 Vermeldingen in landelijke media: 6 Octrooien: 12 Start-ups Valorisation Grant: 12 Staatssecretaris Halbe Zijlstra, NWO-voorzitter Jos Engelen, Spinozalaureaten Xander Tielens, Annemarie Mol, Ieke Moerdijk en Mike Jetten (van links naar rechts) tijdens de uitreiking van de NWO-Spinozapremies 2012. Foto: NWO/Arie Wapenaar

Ontwikkelingen binnen STW

17

1 Deelnemers aan één van de workshops voor jonge onderzoekers over het trainen van allerlei soorten praktische vaardigheden voor het succesvol laten verlopen van hun onderzoeksproject.

STW-Jaarcongres 2012 Op 11 oktober hield STW haar jaarlijkse congres. Een korte impressie.

1

2 3

18

Jaarverslag STW 2012

2 Bij het jaarcongres was een bedrijvenmarkt van vooral (kleine) ondernemingen die betrokken zijn bij de vele onderzoeksprojecten op het gebied van mens-machine interactie in de groep van Frans van der Helm in Delft. Hier een demonstratieopstelling voor onderzoek aan de motoriek van benen.

3 Tijdens het STW-Jaarcongres werd voor het eerst een special programmaonderdeel georganiseerd voor eerstejaars STW-promovendi. Tijdens een lunch hielden twee rolmodellen een praatje en discussieerden de deelnemers over enkele stellingen over de gebruikerscommissie bij hun project. De belangstelling voor de bijeenkomst was groot.

4 Een van de vele wetenschappelijke voordrachten tijdens het congres. Alle presentaties waren geclusterd naar de topsectoren waarin STW-onderzoekers actief zijn. 5 Prof.dr. Frans van der Helm van de TUDelft werd Simon Stevin Meester 2012 en ontving de prijs uit handen van Chris Buijink, secretarisgeneraal van het ministerie van Economische Zaken. Van der Helm demonstreerde tijdens zijn voordracht een prototype van een bionisch pak dat live diverse lichaamsfuncties registreert en in beeld brengt.

6 De finalisten voor de Simon Stevin Gezel 2012competitie. Van links naar rechts Coert Metz (Erasmus MC), winnaar Loes Segerink (Universiteit Twente) en Daniel Schinkel (Universiteit Twente). . 7 De finalisten voor de Simon Stevin Leerling 2012-competitie. Van links naar rechts Haishan Cao (Universiteit Twente), Jacques Schorsch (TU Delft) en winnaar Yusang Wu (TU Delft). Alle foto’s Bram Saeys.

4

5 6

7

Ontwikkelingen binnen STW

19

02 Opvallende resultaten uit het onderzoek

22

Overzicht programma’s en activiteiten

24

Aandeel STW-onderzoek in Topsectoren

25

Overzicht aantal projecten per programma per Topsector

28 Inleiding 29

Open Technologieprogramma

33 Partnership 35 Perspectief 51 Nanotechnologie

21

Overzicht programma’s en activiteiten Programma

Looptijd

Totaal budget in M€

Open Technologieprogramma

open indiening

Budget in 2012 in M€

Uitvoering programma

18

STW

2007-2013 2007-2013 2007-2013 2008-2014 2008-2014 2008-2014 2008-2014 2009-2015 2009-2015 2009-2015 2009-2015 2010-2016 2010-2016 2010-2016 2010-2016 2010-2016

6 5 5,3 4,8 6,5 5,7 5,5 6,1 6 6,5 7 5,2 7,2 5,4 6 4,5

STW STW STW STW STW STW STW STW STW STW STW STW STW STW STW STW

2011-2017 2011-2017 2011-2017 2011-2017

3,8 6 5,5 5,4

STW STW STW STW

2011-2017

4,7

STW

2012-2018 2012-2018 2012-2018 2012-2018 2012-2018

4,5 5,4 5,6 6,7 5,4

STW STW STW STW STW

Hyflux Danone Healthy Lifestyle Solutions Explorail Meiosis Advanced Sustainable Lighting Solutions (ASLS) Volatile Fatty Acid Platform

2010-2014 2010-2015 2011-2016 2011-2016 2011-2016 2012-2017 2012-2018

3 3 3 5 3 3 3  

STW, Hyflux STW, Danone STW, NWO-NIHC, Philips STW, NWO-MaGW, ProRail STW, Rijk Zwaan STW, Philips STW, Paques

Valorisation Grant

2004-onbepaald

2,9

STW, FOM, NanoNed

Perspectief (inclusief bijdragen bedrijven):

Green & Smart Process Technologies (GSPT) Multiscale Simulation Techniques (MuST) Smart Systems in Package (SmartSiP) Autonomous Sensor Systems (ASSYS) Clean Combustion Concepts (CCC) GenBiotics Smart Optics Systems (SOS) Building on Transient Plasmas (BTP) Integral Solutions for Sustainable Construction (IS2C) Learning from Nature to protect crops (LFN) NeuroSIPE Bio-Based Geo & Civil Engineering (BioGeoCivil) Cardiovascular Risk Management (CARISMA) Generic Technology of Integrated Photonics (GTIP) SMART Seperations for complex systems (SMARTSep) From Waste to Resource (W2R) Fundamentals and Application of Silicon Heterojunction solar cells (FLASH) Human-Centered Haptics: H-Haptics ONTIME: how to fix a (broken) circadian clock (OnTime) Super-resolution Microscopy (‘Nanoscopy’) Integral and sustainable design of multifunctional flood defences Nature-driven nourishment of coastal systems (NatureCoast) Microscopy Valley Robust design of cyber-physical systems (IPS) Instruments for minimally Invasive techniques (iMIT) Population imaging genetics (ImaGene) Partnership:

Samenwerking met NWO:

Complexiteit Innovatieve Genomics Clusters Maatschappelijk Verantwoord Innoveren Mozaiek Nieuwe Instrumenten in de Gezondheidszorg (NIG) Rubicon Smart Energy Systems (SES) 22

Jaarverslag STW 2012

2010-2014 STW, NWO-EW 2004-onbepaald 9 STW, NGI 2008-2012 12 STW, NWO 2004-onbepaald 4 STW, NWO 2008-2012 9 STW, NWO, ZonMw, FOM 2005-onbepaald 2 STW, NWO 2010-2016 6 STW, NWO-EW

Programma

Looptijd

Totaal budget in M€

Budget in 2012 in M€

Uitvoering programma

Sport 2012-2018 10 STW, ZonMw, NWO/GW Cyber Security 2012-2018 3,8 STW, NWO ASPASIA 2011-2012 0,2 STW, NWO HTSM 2012-2018 16,7 STW, FOM NWO-Fonds Open Access 2010-onbepaald 2,5 ACTS, ALW, CW, EW, GW, MaGW, ZonMw, N, NGI, STW, WOTRO, FOM, NIHC NWOnano 2010-2015 10 STW, FOM, NWO-ALW, NWO-CW, ZonMw Vernieuwingsimpuls:

Veni Vidi Vici

2000-onbepaald 2000-onbepaald 2000-onbepaald

5 4,8 9

STW, NWO STW, NWO STW, NWO

FES-programma’s:

NanoNextNL NanoLabNL

2010-2016 2011-2013

250 37

Programmabureau STW Programmabureau STW

Samenwerking met derden:

ERA-net NanoSci-E+ 2005-2012 3 STW, FOM ERA-net SIINN 2011-2014 STW en 19 partners uit 14 verschillende landen JACQUARD 2001-2015 17 STW Sentinels 2004-2014 8,3 STW Eiwitinnovatie 2012-2018 4,7 STW STW-platformactiviteiten:

Adaptieve Intelligentie (SNN) ICT.OPEN (conferentie) Sense of Contact (conferentie) Schone en Zuinige Verbranding (COMBURA)

1995-onbepaald 2010-onbepaald 1998-2014 1997-onbepaald

STW STW, NWO STW STW

1998-onbepaald 2005-onbepaald 2008-onbepaald

STW STW STW

Simon Stevinprijzen:

Simon Stevin Meester Simon Stevin Gezel Simon Stevin Leerling

500 k€ 5 k€ 1k€

Monitoring:

ITEA MEDEA+ / CATRENE

2001-onbepaald 2001-2008/2008-2013

STW, AgentschapNL STW, AgentschapNL

Opvallende resultaten uit het onderzoek

23

al To ta

ie k

Lo gi st

Cr ea tie ve

W at er

En er gi e

in du st rie

H ig M hT at ec er h ia Sy le s n, te IC me T, n N en an o Li fe Sc ie nc es Ag ri en & ui Foo tg d an , T gs uin m b at ou Ch er w ia em le ec ie n on , B om io ie ba se d

Aandeel STW-onderzoek in Topsectoren

OTP

210 119 43 41 20 20 4 2 459 169 65 9 25 33 25 326 Partnership 9 5 9 5 28 NIG* 12 10 22 NWO-Nano 30 30 Vernieuwingsimpuls 105 52 8 22 7 4 4 2 204 Eiwitinnovatie 5 5 SES** 3 6 1 10 Overig 30 13 3 3 5 2 56 Perspectief

aantal projecten

Totaal

559 268 73 100 71 51 9 9 1140

250

200

150

100

ig Ov er

** S

Ve r

ni e

Ei

uw

w

in

iti

gs

im

W ON N

SE

nn ov at ie

pu ls

o an

* IG N

ip Pa rt ne rs h

tie f ec Pe r

sp

OT P

50

Aandeel STW-onderzoek in Topsectoren

* NIG: Nieuwe Instrumenten in de Gezondheidszorg ** SES: Smart Energie Systems

24

Jaarverslag STW 2012

High Tech Systemen en Materialen, ICT, Nano Life Sciences Agri & Food, Tuinbouw en uitgangsmaterialen Chemie, Biobased economie Energie Water Creatieve industrie Logistiek

Overzicht aantal projecten per programma per Topsector High Tech Systemen en Materialen, ICT, Nano

OTP 210 Perspectief 169 NIG 12 NWO-Nano 30 Vernieuwingsimpuls 105 SES 3 Overig 30

Life Sciences

OTP 119 Perspectief 65 Partnership 9 NIG 10 Vernieuwingsimpuls 52 Overig 13

Agri & Food, Tuinbouw en uitgangsmaterialen

OTP 43 Perspectief 9 Partnership 5 Vernieuwingsimpuls 8 Eiwitinnovatie 5 Overig 3

Opvallende resultaten uit het onderzoek

25

Overzicht aantal projecten per programma per Topsector Chemie, Biobased economie

OTP 41 Perspectief 25 Partnership 9 Vernieuwingsimpuls 22 Overig 3

Energie

OTP 20 Perspectief 33 Vernieuwingsimpuls 7 SES 6 Overig 5

Water

OTP 20 Perspectief 25 Vernieuwingsimpuls 4 Overig 2

26

Jaarverslag STW 2012

Creatieve industrie

OTP 4 Vernieuwingsimpuls 4 SES 1

Logistiek

OTP 2 Partnership 5 Vernieuwingsimpuls 2

Opvallende resultaten uit het onderzoek

27

Inleiding

In dit hoofdstuk presenteren wij een aantal aansprekende resultaten uit het onderzoek. Bij elke bijdrage is vermeld uit welk instrument (Open Technologieprogramma, Perspectief, Partnership, Valorisation Grant, Vernieuwingsimpuls, overige activiteiten) het onderzoek is gefinancierd en in welk van de werkterreinen zoals die binnen STW worden gehanteerd het onderwerp past: Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek; Systemen, Energie en Materialen; Chemie, Milieu en Water; Life Sciences & Technology; Nanotechnologie.

28

Jaarverslag STW 2012

Open Technologieprogramma (OTP) Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Universiteit Twente

Nieuw systeem kan zowel bewegingen als krachten van de hand zeer nauwkeurig in beeld brengen met prototype Powerglove De onderzoekers Henk Kortier en Robert Brookhuis werken aan een Powerglove. Dit is een systeem dat zowel de krachten tussen hand en omgeving als de bewegingen van de hand nauwkeurig kan meten en vastleggen. Je kunt hierdoor de wederzijdse beïnvloeding van hand en omgeving in kaart brengen. Dit is onder meer nuttig voor de revalidatie van mensen die een hersenbloeding hebben gehad, om te meten hoe de daadwerkelijke belasting van werkende mensen is en om te meten hoe een sporter, zoals een speerwerper, zijn techniek kan verbeteren. Ook kan je er mee evalueren hoe goed mensen via hun handen interacteren met hun omgeving. De onderzoekers hebben nu een werkend eerste prototype van het systeem opgeleverd. Het bestaat uit twee onderdelen: een gedeelte dat nauwkeurig de bewegingen van de hand in kaart brengt en een nieuwe, zeer kleine, krachtsensor die zowel krachten als krachtmomenten in drie richtingen kan vastleggen.

Projectleider Prof.dr.ir. P.H. Veltink

Project 10333

Het gedeelte dat de bewegingen van de hand vastlegt bevat diverse sensoren. Deze meten zowel de versnelling als de hoeksnelheid. Hierdoor kun je de oriëntatie en de versnelling van de verschillende vingers en de hand bepalen, waardoor je precies op een computer kunt zien hoe de hand wordt bewogen. De krachtsensor is een MEMS-chip die zowel de kracht als het moment van de kracht in drie richtingen in kaart brengt. De krachtsensor past op een vingertop en is maar liefst een factor twintig kleiner dan andere krachtsensoren in hetzelfde krachtbereik. Hiermee is het de eerste nauwkeurige zes-assige krachtsensor die echt compact is. De toepassingen voor het systeem zijn legio. Zo kun je een dergelijk systeem gebruiken in de revalidatie. Bijvoorbeeld om te meten wat de daadwerkelijke functionaliteit van de hand is van iemand die een hersenbloeding heeft gehad. Ook zien de onderzoekers allerlei mogelijkheden in de ergonomie en de sport. Bijvoorbeeld om de feitelijke belasting van werkende mensen bij hun dagelijkse taken te meten, of om in kaart te brengen hoe sporters, zoals speeren discuswerpers, hun techniek kunnen verbeteren. 1 Silicium-gebaseerde

vingertipsensor waarmee kracht en krachtmoment in 3 richtingen kan worden gemeten. 2 Prototype van de instrumentatie voor het meten van hand- en vingerbewegingen door middel van 3D versnellingsopnemers en hoeksnelheidssensoren.

1

2

Opvallende resultaten uit het onderzoek

29

Open Technologieprogramma (OTP) Life Sciences & Technology

Universiteit Universiteit Utrecht

Effectief gereedschap voor kwaliteitscontrole nieuwe generatie geneesmiddelen

Biologicals zijn grote en complexe biomoleculen – met name eiwitten, zoals antilichamen en enzymen – met therapeutische activiteit die gebruikt worden voor de behandeling van ziekten als kanker en reuma. Antilichamen zijn interessante geneesmiddelen, omdat ze in het algemeen een zeer hoge specificiteit hebben tegen hun target, waardoor er minder bijwerkingen optreden. Geneesmiddelen gebaseerd op antilichamen zijn ‘hot’, er komen dan ook steeds meer antilichamen op de markt. Wereldwijd zijn ze vandaag goed voor een omzet van meer dan 100 miljard euro. In vergelijking met de zogenaamde kleine geneesmiddelen (met een gewicht tot 500 Da, bv. aspirine) is de biologische en chemisch complexiteit van biologicals (150.000 Da) behoorlijk. De moleculen zijn niet alleen honderden keren groter, ze zijn ook vaak versierd met suikergroepen en vormen sterk vertakte structuren. Voor toepassing als medicijn is zekerheid over hun biologische en chemische kwaliteit, structuur en consistentie cruciaal.

Projectleider Prof.dr. A.J.R. Heck

De samenstelling en zuiverheid van dit soort grote geneesmiddelen moet nauwkeurig in kaart worden gebracht met toereikende analytische methoden. Een methode die hiervoor sterk opkomt is gebaseerd op de massaspectrometrie. De nauwkeurigheid en gevoeligheid van de huidige instrumenten zijn echter nog steeds ontoereikend voor de analyse van deze complexe biomoleculen. De groep van Heck aan de Universiteit van Utrecht ontwikkelt binnen een STW-project samen met instrumentfabrikanten (e.g. MSVision, ThermoFischer) en biofarmaceutische bedrijven (e.g. Merus, Genmab, MSD) nieuwe analytische methoden speciaal voor dit soort biologicals. In 2012 hebben zij nieuwe analyse methoden ontwikkeld die het niet alleen mogelijk maken antilichamen kwalitatief en kwantitatief te analyseren, maar zelfs ook nog veel complexere mengsels van meerdere (bispecifieke) antilichamen. Ook introduceerden Heck en collega’s een nieuwe massaspectrometer, ontwikkeld samen met ThermoFisher, die de analyse van deze biologicals sterk verbetert. De nieuwe massaspectrometer is een verbetering van de wereldwijd veel gebruikte Orbitrap-techniek. Deze apparatuur werd tot nu toe al veel gebruikt in onderzoekslaboratoria om bijvoorbeeld de rol van peptiden en eiwitten bij het ontstaan van ziekten te onderzoeken. De onderzoekers beschreven hun bevindingen in Nature Methods, ACS Analytical Chemistry en Angewandte Chemie. Dit nieuwe apparaat zal waarschijnlijk in 2013 als officieel commercieel product gelanceerd worden, en ondervindt nu al grote vraag vooral vanuit de farmaceutische industrie.

Artistieke impressie van nieuwe massaspectrometer; een effectief gereedschap om antilichamen en andere complexe nieuwe generatie geneesmiddelen analytisch te karakteriseren.

30

Jaarverslag STW 2012

Project 10805

Open Technologieprogramma (OTP) Life Sciences & Technology

Universiteit Leids Universitair Medisch Centrum

3D röntgenscan voor optimale positionering van de prothesecomponenten

Bij artrose (gewrichtsslijtage) ontstaat er onomkeerbare schade aan het kraakbeen, bijvoorbeeld in de heup of de knie. Voor de patiënt leidt dit veelal tot ernstige bewegingsbeperking en invaliderende pijn. Een orthopedisch chirurg kan het aangedane gewricht vervangen door een prothese, zodat de oorspronkelijke bewegingsfunctie hersteld wordt en de kwaliteit van leven voor de patiënt verbetert. Bij zo’n gewrichtsvervangende operatie dienen de gewrichtsvlakken nauwkeurig afgezaagd te worden, zodat de prothesecomponentengoed passen en ook correct uitgelijnd zijn. Met het huidige chirurgische instrumentarium is protheseuitlijning vaak een probleem, omdat de benodigde anatomische referentiepunten op het bot verscholen liggen onder een dikke laag weefsel. Het doel van dit STW-project is om de plaatsing van prothesen nauwkeuriger te maken, te vereenvoudigen en te versnellen. Dit doel willen we bereiken door het ontwikkelen van pre-operatieve planningssoftware waarmee op basis van een 3D röntgenscan de richting van de benodigde zaagsneden nauwkeurig bepaald kan worden en door het ontwikkelen van

Projectleider Dr.ir. E.R. Valstar

Project 10812

een nieuw soort instelbare chirurgische richtinstrumenten die heel precies op het gewricht van de patiënt passen en waarmee die planning nauwkeurig naar de operatiekamer gebracht kan worden. In de planningssoftware wordt met behulp van beeldverwerkings- en visualisatietechnieken een virtuele representatie van het bot uit de 3D röntgenscan gereconstrueerd (fig. 1). De chirurg kan in de software de volledige botten van alle kanten bekijken en zo de optimale positionering van de prothesecomponenten bepalen. Voor elk gewrichtsvlak wordt op basis van de vorm en de planning instellingen afgeleid voor het richtinstrument. De chirurg hoeft tijdens de operatie het instrument alleen maar te plaatsen en kan vervolgens middels de ingebouwde geleiding direct zagen en boren. Er is een belangrijke theoretische basis gelegd voor het bepalen van de instrumentinstellingen. Deze moeten dusdanig zijn dat in de geplande positie een robuuste fit ontstaat (fig. 2). Met de ontwikkelde analytische methode kan nu al voor een 2D instrument een optimale locatie voor botcontact en een aandrukvlak worden gevonden welke resulteren in een robuuste fit. De methode wordt momenteel doorontwikkeld voor het 3D instrumentarium. De unieke samenwerking tussen clinici, werktuigbouwkundig ingenieurs en medische visualisatieexperts die werkzaam zijn bij zowel het Leids Universitair Medisch Centrum als de TU Delft zorgt ervoor dat we dit belangrijke probleem rond protheseplaatsing op kunnen gaan lossen.

1

2

1 In deze 2D simulatie is een richtinstrument op een cosinusvormig botoppervlak geplaatst. Het dikke lijngedeelte geeft het minimale contact weer voor een zo robuust mogelijke mal. De getoonde mal heeft contact op de witte punten en is met nog minder contact nagenoeg even robuust. De grijswaardekaart in combinatie met het pijlenveld geeft, voor een gekozen aandrukpunt (de groene punten), de toegestane variatie in de richting van de aandrukkracht weer. 2 In de planningssoftware kan aan de hand van het gereconstrueerde bot en een virtuele representatie van het richtinstrument de operatie worden gesimuleerd.

Opvallende resultaten uit het onderzoek

31

Open Technologieprogramma (OTP) Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek

Universiteit Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Projectleider Prof.dr.ir. R. Uijlenhoet

straalverbindingen levert. Vervolgens kan een regenkaart van dagsommen worden gemaakt voor heel Nederland, bijvoorbeeld op basis van ruim driehonderd verbindingen. De resultaten zijn al veelbelovend, maar specifieke fouten verdienen wel meer onderzoek. Zo daalt het vermogen soms ook tijdens droog weer en moet de gemiddelde regenintensiteit over 15 minuten worden geschat uit het minimum en maximum ontvangen vermogen gedurende 15 minuten.

Regenmeting met radiostraalverbindingen van het mobiele telefonienetwerk

In veel landen worden maar weinig regenwaarnemingen gedaan met regenmeters of weerradars. Echter, de meeste landen hebben wel een mobiel telefonienetwerk dat doorgaans dezelfde eigenschappen heeft. Het aantal radiostraalverbindingen is sowieso meestal een stuk hoger dan het aantal regenmeters. Het meten van regen met het mobiele telefonienetwerk in gebieden met weinig nauwkeurige regeninformatie kan daarom een belangrijke ontwikkeling worden. Voor Nederland is met name het corrigeren van radarbeelden met data van radiostraalverbindingen van belang. De komende jaren wordt gewerkt aan een realtime radarneerslagproduct voor heel Nederland dat is gecorrigeerd met data van 1500 radiostraalverbindingen. Hierdoor zal de kwaliteit van radarbeelden voor bijvoorbeeld het waterbeheer toenemen ten opzichte van het huidige realtime radarneerslagproduct, waarbij slechts met data van tweeëndertig regenmeters wordt gecorrigeerd.

Nauwkeurige regenmetingen zijn onder andere belangrijk voor waterbeheer, landbouw, weersverwachting en klimaatonderzoek. Wereldwijd neemt het aantal bruikbare grondmetingen van regenmeters echter af. Dit vraagt om andere typen waarnemingen. Radiostraalverbindingen van het mobiele telefonienetwerk kunnen worden gebruikt om regen te meten, terwijl ze hier niet voor zijn ontworpen. Bij een radiostraalverbinding wordt elektromagnetische straling verzonden van de antenne van de ene gsm-mast naar de antenne van een andere gsm-mast. Telecomproviders meten het ontvangen vermogen van de radiostraalverbinding. Als het regent wordt het signaal gedeeltelijk uitgedoofd waardoor het ontvangen vermogen lager wordt. De uitdoving wordt sterker als er meer regendruppels of grotere regendruppels voorkomen op het pad tussen beide antennes. Uit het verschil tussen het ontvangen vermogen tijdens regen en het ontvangen vermogen gedurende droog weer kan de totale uitdoving door regen op het pad worden berekend. Vervolgens kan de gemiddelde regenintensiteit over het pad worden berekend uit de totale uitdoving. Dit is in samenwerking met het KNMI gedaan op basis van de data van een gedeelte van de radiostraalverbindingen van T-Mobile NL, het bedrijf dat voor dit STW-project alle data van radio-

1

Dagelijkse regenhoeveelheid van 7 juli 2009, 10 uur tot en met 8 juli 2009, 10 uur lokale tijd voor Nederland. Gebaseerd op regenmeterdata (geïnterpoleerd; links), radardata gecorrigeerd met regenmeterdata (midden), en data van radiostraalverbindingen (geïnterpoleerd; rechts).

1

32

Jaarverslag STW 2012

Project 11944

2

2 Regen verzwakt het signaal dat wordt verzonden van de antenne van de ene gsm-mast naar de antenne van de andere gsm-mast.

Partnership – Danone Life Sciences & Technology

Universiteit Universiteit Utrecht

Projectleider Dr. M.H.M. Wauben

krijgen. Dit maakte het mogelijk om in deze blaasjes de aanwezigheid van verschillende eiwitten die het immuunsysteem kunnen beïnvloeden aan te tonen. Daarnaast werd duidelijk dat het opslaan van melk bij lage temperatuur drastische effecten heeft op zowel de cellen als de populatie aan membraanblaasjes die aanwezig zijn in melk. Momenteel zijn we bezig met de ontwikkeling van een methode om melkmonsters na eenvoudige bewerking op te kunnen slaan voor verder onderzoek aan membraanblaasjes. In de nabije toekomst zullen de samenstelling en functies van membraanblaasjes in melk verder onderzocht worden.

Biomarkers in moedermelk voor preventie van allergische aandoeningen bij kinderen: isolatie en karakterisatie van membraanblaasjes in moedermelk Moedermelk levert de eerste immuniteit aan pasgeborenen en beïnvloedt de rijping van hun immuunsysteem. Het immuunsysteem van de moeder heeft invloed op de samenstelling van de moedermelk en zou op die manier de ontwikkeling van allergieën later in het leven van het kind kunnen beïnvloeden.

Daarnaast zullen veranderingen in deze blaasjes onderzocht worden in relatie tot de allergische status van de moeder. Uiteindelijk zouden de membraanblaasjes in melk kunnen dienen als biomarker voor het karakteriseren van borstvoeding in relatie tot mogelijke effecten op het immuunsysteem van de zuigeling. De nieuw te verwerven inzichten kunnen helpen om gespecialiseerde voeding voor moeders te ontwikkelen en het effect daarvan op de membraanblaasjessamenstelling in moedermelk te volgen. Ook kan de nieuwe kennis mogelijk bijdragen aan de optimalisatie van moedermelkvervangers.

Welke componenten van moedermelk hier precies aan bijdragen is onbekend. Nieuwe inzichten wijzen op het belang van door cellen geproduceerde membraanblaasjes als op maat gemaakte boodschappers voor communicatie tussen cellen. De membraanblaasjes in moedermelk zouden een rol kunnen spelen in de ontwikkeling van het immuunsysteem van de baby via het maagdarmkanaal. Wij bestuderen de membraanblaasjes met nano-afmetingen die voorkomen in melk. Opzuivering van deze membraanblaasjes is technisch ingewikkeld vanwege de complexe samenstelling van melk. Bovendien was onbekend of koude opslag van melk, zoals dat in melkbanken gebeurt, invloed heeft op deze membraanblaasjes. Het afgelopen jaar is het gelukt om een methode te ontwikkelen om de nano-membraanblaasjes uit melk zuiver in handen te

1

Project 11676

1

Moedermelk bevat verschillende typen membraanblaasjes met nano-afmetingen. Deze blaasjes worden afgegevenn door cellen van de moeder en spelen mogelijk een instruerende rol in het immuunsysteem van het kind.

2 De onderzoekers hebben een methode ontwikkeld om membraanblaasjes uit moedermelk te zuiveren. Dit maakt het mogelijk om de samenstelling van deze blaasjes verder te onderzoeken en hun herkomst en rol in communicatie tussen immuuncellen te bestuderen.

2

Opvallende resultaten uit het onderzoek

33

Partnership – Philips; Healthy Lifestyle Solutions Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek

Universiteit Universiteit Utrecht

SleepCare: leren slapen met een virtuele coach

Ongeveer 15% van de Westerse bevolking heeft een slaapstoornis, zoals ’s avonds moeilijk in slaap vallen of ‘s nachts langdurig wakker liggen. Sommige mensen hebben hier jarenlang last van en slapen slechts enkele uren per nacht. Deze stoornis wordt ook wel insomnia genoemd. Insomnia heeft grote gevolgen voor individu en maatschappij en wordt tegenwoordig zelfs gerelateerd aan een verhoogde kans op hartaandoeningen en reumatoïde artritis. Al in 1996 werden de kosten van insomnia in de Verenigde Staten ten gevolge van medische behandelingen en dalende arbeidsproductiviteit op zo’n 35 miljard dollar per jaar geschat. Insomnia kan op verschillende manieren worden behandeld. Voor korte periodes kan medicatie worden gebruikt, maar voor langdurige verbetering wordt vooral cognitieve gedragstherapie (CGT) toegepast. CGT is erop gericht om via oefeningen gedragsveranderingen te bewerkstelligen en gedachten te onderdrukken die de slaap verstoren. CGT voor insomnia vergt intensieve oefening van patiënten en begeleiding van deskundige therapeuten.

1

Projectleider Dr.ir. R.J. Beun

Project 12040

Binnen het SleepCare-project ontwikkelen onderzoekers van Universiteit Utrecht en de Technische Universiteit Delft een virtuele mobiele coach voor slaaptherapie op basis van persuasieve technologie. Persuasieve technologie wordt toegepast bij de ondersteuning van gedragsverandering, zoals het aanleren van gezonde voedingsgewoonten. De virtuele coach fungeert in dit project als gedragstherapeut en als prediagnostische tool. Dit betekent dat in minder ernstige gevallen slechte slapers direct geholpen kunnen worden. Daarnaast beschikt een hulpverlener, als de virtuele coach onvoldoende resultaat heeft en de behandeling moet worden voortgezet, van begin af aan over essentiële informatie over het (slaap) gedrag van de gebruiker. Een belangrijke bevinding binnen het project is dat vrijwel alle bestaande persuasieve technieken kunnen worden toegepast op slaaptherapeutische oefeningen; hierdoor kan de therapietrouw in principe aanmerkelijk worden verhoogd. Voorbeelden van deze technieken zijn het personaliseren van de communicatie en de therapie, het geven van relevante feedback over de prestaties, en het ‘triggeren’ van de gebruiker, dat wil zeggen het zenden van herinneringen op het juiste moment. Het afgelopen jaar is onder meer een onderzoeksinfrastructuur geïmplementeerd voor experimenten met de virtuele coach. Momenteel zijn we bezig met het ontwikkelen van de algoritmes en scenario’s voor gebruik. Meer informatie is beschikbaar op www.ikgalekkerslapen.nl.

2

1 Interface van het slaapdagboek. 2 De virtuele slaapcoach is niet zoals die binnen dit project gaat worden, maar meer de droom waar de onderzoekers in het project op lange termijn naar toe willen.

34

Jaarverslag STW 2012

Perspectief – Green & Smart Process Technologies (GSPT) Chemie, Milieu en Water

Universiteit Technische Universiteit Eindhoven

Projectleider Prof.dr.ir. J.C. Schouten

Project 07974

de locatie waar de reactie plaatsvindt. Goed koelen van de kwartsbuis is noodzakelijk om uitspoelen van koper met het reactiemengsel te voorkomen.

Polaire vloeistoffen zeer snel opwarmen met microgolven

Elektromagnetische energie in microgolven kan worden gebruikt om polaire vloeistoffen zeer snel op te warmen. Het mechanisme van het opwarmen is de wrijving van de met het wisselende elektrische veld meebewegende dipolen. De snelle opwarming heeft grote voordelen ten opzichte van meer traditionele opwarming door warmteoverdracht, bijvoorbeeld kortere procestijden. De geringe indringdiepte van de microgolven beperkt echter toepassing op grotere schaal. Bij buisreactoren met een diameter kleiner dan de indringdiepte speelt deze beperking niet. Ook metalen kunnen door microgolven snel worden opgewarmd. Als model is in dit project door koper gekatalyseerde vorming van 1,3-difenyl-2-propynyl piperidine in een buisje bestudeerd (zie fig. 1). Het koper is als een dun laagje op de binnenwand van een kwartsbuisje aangebracht. Het reactorbuisje wordt in een microgolfoven geplaatst, waarin een staande golf met één frequentie van het wisselende elektromagnetische veld bestaat, een zogenaamde “monomode cavity”. De reagentia (benzaldehyde, piperidine en phenylacetyleen) zijn opgelost in tolueen dat niet door microgolven wordt opgewarmd. Door selectieve opwarming van de koperfilm kan met korte verblijftijden een hoge opbrengst en een hoge volumetrische productiesnelheid van het eindproduct worden bereikt. De katalysatortemperatuur blijkt ongeveer 100 ºC hoger dan de bulktemperatuur van het reactiemengsel. Zo wordt bij het toepassen van microgolftechnologie gelijktijdig geprofiteerd van de katalysatoractiviteit en van de hoge temperatuur op

Het onderzochte concept met selectieve verwarming van de katalysator is veelbelovend voor toepassing bij de productie van speciale chemische producten met een hoge toegevoegde waarde. Vergroten van de productiecapaciteit is eenvoudig door meerdere reactorconfiguraties parallel te gebruiken. Een belangrijk aspect in dit onderzoek is het ontwerp van de microgolfveldapplicator – de structuur die het microgolfveld opsluit en ondersteunt. Onderzoek bij de TU Delft aan een commercieel verkrijgbaar microgolfverhittingsapparaat voor laboratoriumdoeleinden toont aan dat de ruimtelijke verdeling van het microgolfveld in dergelijke systemen zich niet goed laat voorspellen, laat staan optimaliseren. Een in Delft onderzochte alternatieve microgolfapplicator, gebaseerd op standaardmaat rechthoekige golfpijpen, heeft een veel minder complex en bij benadering tweedimensionaal veldpatroon. Voor deze applicator is een spiraalreactor ontwikkeld die goed en voorspelbaar met dit veldpatroon koppelt, waardoor gecontroleerde toepassing van microgolfvelden in continueprocessen met lange verblijftijd mogelijk wordt. Deelnemers aan dit project zijn prof.dr.ir. A. Stankiewicz en dr.ir. G. Stefanidis. De promovendi zijn Narendra Patil en Faysal Benaskar en Guido Sturm. 1

Het bestudeerde modelproces waarbij met een koperkatalysator 1,3-difenyl2-propynyl piperidine gevormd wordt.

3 De gebruikte reactorconfiguratie: zeven parallelle, gekoelde kwartsreactorbuizen voorzien van een dun koperlaagje.

2

Veldpatroon in een rechthoekige golfgeleider (links) en temperatuurontwikkeling in een spiraalreactor (rechts).

1

2

3

Opvallende resultaten uit het onderzoek

35

Perspectief – Thin Film Nanofacturing (TFN) Chemie, Milieu en Water

Universiteit Technische Universiteit Eindhoven

Atoomlaagdepositie: plasma’s bieden nieuwe mogelijkheden op de nanoschaal

In de huidige trend van miniaturisatie in de micro-elektronica en de snelle opkomst van nanotechnologie is atoomlaagdepositie (in het Engels atomic layer deposition ofwel ALD) de methode voor het aanbrengen van ultradunne lagen met een voortreffelijke stapbedekking op ingewikkelde nanostructuren. In het ALD-proces worden nanometer dikke laagjes van materialen heel precies atoomlaag voor atoomlaag opgebouwd door het oppervlak bloot te stellen aan gassen die net zo lang met het oppervlak reageren totdat het helemaal met een laag deeltjes bezet is. Daarna houdt de reactie met het oppervlak op. Het is ook mogelijk om het oppervlak bloot te stellen aan een plasma, dat wil zeggen een geïoniseerd gas met deeltjes die veel reactiever zijn dan normale gasdeeltjes. Uit dit onderzoek, uitgevoerd aan de Technische Universiteit Eindhoven, is gebleken dat zo’n plasmageassisteerd ALD-proces vele voordelen en extra

Projectleider Prof.dr.ir. W.M.M. Kessels

Project 10018

mogelijkheden biedt dankzij deze reactieve deeltjes. Zo kunnen materialen gemaakt worden die niet met reguliere ALD-processen vervaardigd kunnen worden en is het bijvoorbeeld ook mogelijk om ultradunne laagjes te maken bij kamertemperatuur terwijl voorheen veel hogere temperaturen noodzakelijk waren. Dit biedt het belangrijke voordeel dat ALD ook toegepast kan worden op materialen die niet bestand zijn tegen zulke hoge temperaturen, bijvoorbeeld voor de vervaardiging van plastic elektronica. Daarnaast is ook onderzocht wat de rol is van de geïoniseerde deeltjes, de ionen, tijdens het ALD-proces. Het is aangetoond dat ionen die het oppervlak “bombarderen” typisch een hoge bewegingsenergie hebben zodat reacties op het oppervlak gestimuleerd worden door deze energie. Naar aanleiding van dit resultaat is een methode ontwikkeld waarbij de ionenenergie door middel van het aanbrengen van een elektrische potentiaal op het oppervlak nog verder verhoogd kan worden. Op deze manier is de energie van de ionen heel precies in te stellen; het is gebleken dat de eigenschappen van de ultradunne lagen nauwkeurig te veranderen zijn door enkel de ionenenergie te verhogen of te verlagen. Op basis hiervan heeft de industriële samenwerkingspartner Oxford Instruments, een leverancier van ALD-apparatuur, besloten om deze nieuwe methode commercieel aan te gaan bieden aan zijn klanten. Plasma’s bieden tijdens atoomlaagdepositie dus nieuwe mogelijkheden op de nanoschaal. Dit zal bijdragen aan de verdere omarming van de techniek in de moderne nanotechnologie.

Schematisch weergave van het plasma-geassisteerde ALD-proces waarbij in elke cyclus het oppervlak wordt blootgesteld aan een gas en een plasma (foto in het midden). Elke cyclus leidt tot een atoomlaag materiaal waarbij de eigenschappen van het materiaal veranderd kunnen worden door de energie van de ionen in het plasma te verhogen of te verlagen.

36

Jaarverslag STW 2012

Perspectief – Smart Systems in Package (SmartSiP) Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek

Universiteit Technische Universiteit Delft

Complete druk/flowsensor die in de tip van een voerdraad, niet dikker dan drie keer een mensenhaar, past Wie ooit wel eens is gedotterd, zal zich ongetwijfeld hebben verbaasd over het gemak waarmee katheters en voerdraden via een klein gaatje in het been tot in de kleinste vertakkingen van de kransslagaders van het hart kunnen worden gepositioneerd. Het doel van het SCoDIS -project was om op de punt van deze instrumenten elektronische druk- en flowsensoren te integreren, zodat een nauwkeurige en objectieve meting van de conditie van het hartvaatstelsel mogelijk wordt. Tijdens een dotterprocedure zal in de regel eerst een 300µm diameter voerdraad worden ingebracht, waarover dan later de ballon met de stent worden

Projectleider Prof.dr.ir. R. Dekker

Project 10046

geschoven. Door sensors op de voerdraad te zetten, kan dus bij iedere interventie automatisch de druk en flow worden bepaald, zonder dat daar extra medische handelingen voor nodig zijn. Het probleem hierbij is de zeer kleine diameter van de voerdraad: drie keer de dikte van een mensenhaar! Aan deze uitdaging is door twee promovendi, één in Eindhoven en één in Delft, vier jaar lang gewerkt. In Eindhoven is het probleem vooral theoretisch benaderd. Een leuke uitkomst van dat werk was, dat door een bestaande voerdraad die alleen druk kan meten op een slimme manier te gebruiken, ook heel aardig een meting van de flow mogelijk is. In Delft is in de cleanroom van DIMES een complete druk/flowsensor gemaakt die in de tip van een voerdraad past. Het mooie is dat de technologie veel breder toepasbaar is, er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de fabricage van een voerdraad met ultra-sound imaging functionaliteit. Door het project is er een leuke en goede samenwerking tussen de twee technische universiteiten ontstaan en hebben we eens uitgebreid bij elkaar in de keuken kunnen kijken. Philips Research was nauw bij het project betrokken, en in de MiPlaza Cleanroom in Eindhoven wordt het concept inmiddels uitgebreid tot een echte platformtechnologie.

Prototype van de flexibele druk- en flowsensor voordat deze op de 0,3mm diameter voerdraad wordt gemonteerd. Het stuk silicium op de voorgrond met de tekst dient uitsluitend om de sensor met een pincet te kunnen hanteren en wordt na montage verwijderd.

Opvallende resultaten uit het onderzoek

37

Perspectief – Multiscale Simulation Techniques (MUST) Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Universiteit Twente

Op zoek naar een model dat korrelachtige systemen beschrijft

Het begrijpen van korrelachtige systemen met gevarieerde korrelgrootte is lastig omdat deze systemen tegelijkertijd de karakteristieken kunnen hebben van gas, vloeistof, glas of vaste stof. De componenten in veel toepassingen zijn niet even groot maar “polydispers”. Toepassingen zijn: colloïden, verf, voedsel, microsystemen, asfalt, rubber/banden, interfaces en poeders in de deeltjestechnologie – voor en na het verwerken van moderne, high-performance materialen. Door de verschillende korrelgroottes zijn er geen modellen die simpel en nauwkeurig zijn. Methoden in de statistische stromingsleer berekenen de polydisperse druk van N harde deeltjes in drie grootheden: de volumefractie en het tweede en derde moment. Een mix van twee componenten is echter normaliter genoeg om deze drie grootheden te matchen, waardoor de equivalente situatie bidispers is, niet polydispers. De kinetische theorie hiervoor is veel eenvoudiger aangezien twee gekoppelde vergelijkingen kunnen worden opgesteld voor beide componenten.

1

38

Jaarverslag STW 2012

Projectleider Prof.dr. S. Luding

Project 10120

Een bidisperse mix is goed voor het beschrijven van colloïden en granulaire materialen die zich als een vloeistof gedragen, maar niet voor metastabiel glasachtige gedrag in systemen met een hogere dichtheid. We hebben gevonden dat met slechts vijf grootheden de tridisperse systemen dezelfde karakteristieken hebben als een polydispers materiaal. Tridisperse systemen lijden niet onder gedeeltelijke kristallisatie die wel gevonden wordt in sommige bidisperse systemen. Bovendien kunnen deze tridisperse systemen de maximale dichtheid, waar de korrels niet meer de ruimte hebben om zich ten opzichte van elkaar te verplaatsen, voorspellen met minder dan 0,5% onzekerheid ten opzichte van de maximale dichtheid van hun equivalente polydisperse systemen. Hoogtepunten en perspectieven van ons onderzoek zijn: een tridisperse theorie is nog analytisch op te lossen; een polydispers systeem daarentegen zou willekeurig veel componenten en gekoppelde vergelijkingen vereisen; de continue verdeling aan lengteschalen in polydisperse materialen kunnen vervangen worden door een discrete verdeling met alleen drie deeltjesgroottes die een kleinere variatie aan lengteschalen beslaan. Hiermee hebben we een werkend, minder complex multi-scale model; andere transportcoëfficiënten (zoals de warmtegeleidingscoëfficiënt, viscositeit) kunnen analytisch berekend worden in het framework van een tridisperse theorie. Of de vijfgrootheden equivalentievoorspelling dan ook stand houdt, moet bevestigd worden. 1

Een polydispers systeem met een uniforme deeltjesgrootteverdeling en N=8192 deeltjes.

2 Het meest overeenkomende tridisperse systeem. De kleur van de deeltjes representeert hun diameter. 2

Perspectief – Clean Combustion Concepts (CCC) Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Rijksuniversiteit Groningen

Projectleider Prof.dr. H.B. Levinsky

“Vlamloze verbranding” met een minimale uitstoot van roet en stikstofoxide

Verbranding is een onmisbaar proces voor de omzetting van brandstoffen in energie. In 2011 werd in Nederland meer dan 90% van de energie opgewekt door de verbranding van fossiele brandstoffen. In de toekomst zullen deze fossiele brandstoffen vervangen worden door duurzame varianten zoals biomassa en waterstof opgewekt met zonne-energie. In het MILDNOx-project wordt een nieuwe vorm van verbranding onderzocht, waarbij deze brandstoffen op een zeer efficiënte wijze worden omgezet met een minimale uitstoot van vervuilende stoffen zoals roet en stikstofoxiden. Het brandstof-luchtmengsel wordt hierbij sterk verdund en voorverwarmd, wat leidt tot een zeer milde en “vlamloze” verbranding. De ideale eigenschappen van deze zogenaamde MILD-verbranding hebben de interesse gewekt van de industrie. Brede toepassing wordt echter nog tegengehouden door een gebrek aan kennis van deze nieuwe vorm van verbranding.

1

2

Project 10414

In het MILDNOx-project proberen onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen en de Technische Universiteit Eindhoven de fundamentele processen in MILD-verbranding te doorgronden. In het laboratorium van de RuG hebben de onderzoekers een brander ontwikkeld die het mogelijk maakt om zeer nauwkeurige metingen te doen onder goed gecontroleerde condities. Met behulp van laser-diagnostische technieken zoals Raman en LIF zijn zij er in geslaagd om de temperatuur en de concentraties van diverse chemische componenten in de vlam te meten. Deze metingen tonen aan dat de vorming van stikstofmonoxide tientallen malen minder is dan in een normale vlam. Tegelijkertijd ontwikkelden onderzoekers van de TU/e een numeriek model om de verbranding in deze brander te simuleren. In dit model worden zeer gedetailleerde modellen voor chemische kinetiek en moleculair transport gebruikt. De overeenkomst tussen de resultaten van de berekeningen en de metingen is verbluffend en toont de voorspellende waarde van het model aan. Het goed voorspellen van detailmetingen op een relatief eenvoudige geometrie is een essentiële voorwaarde voor het nauwkeurig modeleren van systemen op (semi-)industriële schaal. Vandaar dat er ook nauwe banden zijn met het zusterproject flexFLOX, waarin de methoden voor laminaire vlammen uit het MILDNOxproject worden ingezet in grootschalige turbulente systemen. De industriële projectpartners gebruiken deze kennis en modellen in het ontwerp van nieuwe, energiezuinige en schone verbrandingsprocessen.

1 2

Experimentele opstelling.

Berekende temperatuurverdeling in de vlam in valse kleuren.

3 Overeenkomst tussen berekende (_) en gemeten (•) temperatuurprofielen. Het ontbreken van temperatuurpieken in MILD-verbranding leidt tot een sterk gereduceerde emissie van stikstofoxiden.

3

Opvallende resultaten uit het onderzoek

39

Perspectief – Smart Optics Systems (SOS) Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Universiteit Utrecht

Slimme adaptieve optiek voor het afbeelden van weefsels

Optische microscopie heeft de afgelopen decennia stormachtige ontwikkelingen ondergaan en is op dit moment een onmisbare techniek in vele disciplines. De introductie van laserscan microscopiemethoden, zoals confocale microscopie en twee foton excitatie microscopie, maakt het mogelijk om drie dimensionale afbeeldingen te maken van bijvoorbeeld weefsels. Met het populair worden van deze methoden kwam ook een fundamentele beperking aan het licht. De niet-homogene optische eigenschappen van de preparaten introduceren optische aberraties, waardoor het focus van de laser waarmee het preparaat wordt gescand, vervormt. Hierdoor nemen beeldscherpte en contrast af naarmate er dieper in het monster gekeken wordt. In dit project wordt slimme adaptieve optiek gebruikt, die de optische aberraties compenseert, zodat optimaal scherpe beelden worden opgenomen. Het hart van deze optiek wordt gevormd door een vervormbare spiegel die nauwkeurig het golffront van het licht kan controleren.

Projectleider Prof.dr. H.C. Gerritsen

Project 10433

In dit project wordt gewerkt aan het snel bepalen van de optimale vorm van de vervormbare spiegel. Dit is een grote uitdaging waar een interdisciplinair onderzoeksteam uit Delft (regelsystemen), Leiden (astronomie) en Utrecht (biofysica) twee oplossingen voor hebben ontwikkeld. De eerste is gebaseerd op een slim algoritme dat de gemeten intensiteit iteratief optimaliseert. Het in Delft ontwikkelde algoritme blijkt buitengewoon efficiënt te zijn; het geeft veel sneller de optimale vorm van de spiegel dan bestaande optimalisatiemethoden. De tweede is in Utrecht en Leiden ontwikkeld en is gebaseerd op het direct meten van de aberraties. Hiertoe wordt het door het monster gereflecteerde licht geanalyseerd. Het gereflecteerde licht bevat bijdragen van licht gereflecteerd uit het focus, maar ook van andere delen van het monster en reflecties van bijvoorbeeld lensoppervlakken. Alleen de reflectie uit het focus bevat de gezochte informatie. Om dit signaal uit het gereflecteerde licht te filteren wordt gebruik gemaakt van gepulst laserlicht, zodat de reflectie van het licht uit het focus in de tijd gescheiden is van andere reflecties. Inmiddels is aangetoond dat met de methode zeer nauwkeurig golffrontmetingen uitgevoerd kunnen worden, die gebruikt kunnen worden om de vervormbare spiegel aan te sturen. Binnenkort worden de nieuwe methoden getest voor het afbeelden van weefsels.

Afbeelding van het focus in een microscoop voor (links) en na (rechts) correctie met behulp van de vervormbare spiegel.

40

Jaarverslag STW 2012

Perspectief – Autonomous Sensor Systems (ASSYS) Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek

Universiteit Technische Universiteit Eindhoven

Nieuwe generatie sensorsystemen zo groot als een zandkorrel

Veel mensen worden enkele keren per jaar midden in de nacht wakker van een harde piep ergens in huis. Vervolgens moeten ze, in het donker en in de kou, op zoek naar die ene rookmelder waarvan de batterij bijna leeg is. In toekomstige gebouwen zal naar verwachting het aantal draadloze sensoren toenemen van een paar rookmelders naar honderden inbraak-, brand-, rook-, gas-, temperatuur-, licht-, bewegings- en andere sensoren. Hierdoor ontwikkelt het regelmatig opladen en/of vervangen van batterijen zich van een kleine irritatie tot een serieus probleem: een probleem voor de mens, voor het milieu, maar ook voor de betrouwbaarheid van het gebouw.

Projectleider Prof.dr.ir. P.G.M. Baltus

Project 10544

Geïnspireerd door dit probleem hebben we binnen het Centre for Wireless Technology Eindhoven (CWTe) van de TU/e een onderzoeksroadmap opgesteld voor de ontwikkeling van technologieën voor batterijloze draadloze sensoren. Naast de eerder genoemde voordelen kunnen batterijloze sensoren ook nog extreem klein en heel goedkoop worden omdat alle andere componenten in principe in het silicium kunnen worden geïntegreerd. Hierdoor worden de externe componenten, de printplaat en zelfs de behuizing overbodig. De totale draadloze sensor wordt hierdoor zo klein dat deze kan worden verwerkt in bijvoorbeeld het behang of de verf. In het STW-project PREMISS heeft het CWTe, gesteund door Philips en IMEC-NL, voor het eerst laten zien dat dit daadwerkelijk mogelijk is. Een essentieel onderdeel hiervan was uiteraard de energievoorziening die nu, net als de communicatie, draadloos wordt verstuurd vanaf een centraal toegangspunt. Om de energie voldoende efficiënt te kunnen overdragen moest het radiosignaal sterk gebundeld en gericht worden. Millimetergolven zijn daarvoor heel geschikt, maar efficiënte omzetting en opslag van de energie in de sensor is bij deze frequenties zelfs bij gebruik van geavanceerde IC-technologieën een uitdaging. Omdat de hoeveelheid energie die kan worden overgedragen en opgeslagen beperkt is tot ongeveer één nanoJoule werd de sensor en bijbehorende radio sterk vereenvoudigd en hierdoor zeer energiezuinig en efficiënt gemaakt. CWTe realiseerde een sensor met een extreem klein volume (0.4mm3) en gewicht (1,6mg) die draadloos en batterijloos de temperatuur kan meten, zonder ooit nog een aanslag te plegen op de nachtrust van de gebruiker!

Opvallende resultaten uit het onderzoek

41

Perspectief – NeuroSIPE Life Sciences, & Technology

Universiteit Technische Universiteit Delft

Met ROBIN is weefselstijfheid en spierkracht los van elkaar te meten

ROBIN is een technisch-medisch samenwerkingsproject tussen TUDelft, LUMC en VUMC. Het project is in 2010 gestart binnen het STW onderzoeksprogramma NeuroSIPE. ROBIN doet onderzoek naar de veranderingen in neurale en mechanische eigenschappen van het menselijk enkelgewricht met als doel de verbetering van medische behandeling van bewegingsaandoeningen. Een veel voorkomend probleem na een hersenbloeding is verstijving van gewrichten waardoor beweging ernstig wordt belemmerd. Verstijving wordt veroorzaakt door structuurverandering van bindweefsels en/of ongewenste spierkracht (spasticiteit). De grootte van deze twee bijdragen bepaalt het soort therapie, zoals oprekken van bindweefsels (bijv. met een nachtspalk) of medicamenten voor de onderdrukking van spieractiviteit. Het bepalen van gewrichtsstijfheid gebeurt tot op heden nog met de hand, is daarom subjectief en biedt voor de arts te weinig informatie om onderscheid te maken tussen verandering van weefseleigenschappen en spierkracht. Door de enkel te bewegen met heel kleine

1

Projectleider Dr.ir. E. de Vlugt

Project 10733

mechanische trillingen is het mogelijk weefselstijfheid en spierkracht los van elkaar te identificeren en vervolgens uit te drukken in een kwantitatieve maat. Voor deze aanpak is een mathematisch model ontwikkeld waarmee de stijfheid tijdens normale bewegingen kan worden geïdentificeerd. MOOG BV heeft voor deze aanpak de Achilles ontwikkeld (fig. 1), een meetrobot waarmee mechanische trillingen kunnen worden overgebracht aan de enkel, geschikt voor meting in zittende houding. Recentelijk heeft het ROBIN-project een modulair meetprotocol ontwikkeld dat op de Achilles zal worden geïmplementeerd, bedoeld voor toepassing in de dagelijkse klinische praktijk. Het ROBIN-project gaat verder de uitdaging aan om de enkelstijfheid te meten tijdens lopen, waarbij de identificatie in een zeer korte tijd (minder dan 300 ms) tijdens de standsfase van het been moet worden uitgevoerd. Hiervoor heeft ForceLink BV een nieuwe loopband ontwikkeld (fig. 2) waarmee de band kortstondig in trilling wordt gebracht zonder dat het de loopbeweging ernstig verstoort. De identificatie op de Achilles en de loopband wordt toegepast op 250 patiënten (beroerte en cerebrale parese) die voor reguliere behandeling in aanmerking komen. De meerwaarde van de ROBIN-meettechniek wordt achteraf bepaald door de gemaakte keuze van de arts voor een bepaalde behandeling te vergelijken met de gewenste keuze op basis van het ROBIN-protocol.

1

“Achilles” (MOOG The Netherlands, Nieuw Vennep), de ontwikkelde enkelrobot waarmee kleine mechanische trillingen worden gegenereerd voor identificatie van weefselstijfheid en spierkracht van het enkelgewricht.

2 High-end loopband (ForceLink BV, Culemborg) waarmee snelle verandering van loopbandsnelheid kan worden uitgevoerd voor identificatie van enkelstijfheid tijdens lopen.

2

42

Jaarverslag STW 2012

Perspectief – Building on Transient Plasmas (BTP) Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Technische Universiteit Eindhoven

Harde straling uit vonken en bliksem – waar ligt de grens?

In januari 2011 meldden de media dat onweer niet alleen harde gammastraling opwekt, maar zelfs antimaterie! Elektronen en positronen ontstaan in onweer boven Zambia reisden langs het aardmagneetveld naar de Fermisatelliet die toen op 500 kilometer hoogte boven Egypte vloog. De satelliet nam de positronen waar. Ons project over de vroege en energetische fase van elektrische ontladingen was op dat moment al gestart, en promovendus Christoph Köhn aan het CWI Amsterdam haastte zich om de productie van elektron-positron-paren in zijn modellen op te nemen. Ondertussen onderzocht promovendus Pavlo Kochkin van de TU/e een kleinere versie van een bliksem experimenteel: vonken van één meter lengte bij een spanning van 1 megavolt (MV). Natuurlijk is een echte bliksemschicht vele honderden meters lang en lopen de spanningen in de wolk op tot honderden MV, maar de ontladingen in het hoogspanningslab kunnen op elk gewenst moment gemaakt worden. Bliksems komen daarentegen in de natuur vaak voor, maar zelden dicht bij een meetopstelling.

Projectleiders Dr. A.P.J. van Deursen Prof.dr. U.M. Ebert

Project 10757

De vragen in ons project zijn: hoe hard kan de straling zijn die een vonk of bliksem produceert? In welke fase van de ontlading ontstaat ze? Waar en hoe begint een ontlading eigenlijk en waar slaat hij in? Begrijpen we dit proces zo goed dat we windmolens, vliegtuigen en schepen – gemaakt van moderne maar slecht geleidende composietmaterialen – beter kunnen beschermen tegen bliksem? Het hoogtepunt van 2012 waren de metingen met nanoseconde tijdoplossing die de ontwikkeling van een één meter lange vonk in detail lieten zien (zie de foto’s). Eerst groeit een front van honderden positieve streamer-ontladingskanalen van de hoogspanningselektrode naar beneden. Als die dicht bij de geaarde elektrode komen ontspringen daaruit negatieve vangontladingen. In deze fase lopen de lokale elektrische velden enorm op en ontstaat de harde röntgenstraling bij 1 MV spanning. In een wolk kan zo gammastraling vrijkomen tot 40MeV en zelfs antimaterie. Later verhit Ohmse wrijving enkele streamerkanalen tot veel helderdere leaderkanalen. Bij natuurlijke bliksem worden meestal alleen deze leaders waargenomen. De labmetingen verklaren talrijke paradoxaal lijkende eerdere leaderwaarnemingen; ze hebben dan ook veel internationale aandacht getrokken.

De ontwikkeling van de ontlading in enkele foto’s genomen met sluitertijd toenemend van 50 nanoseconde tot 1 microseconde.

Opvallende resultaten uit het onderzoek

43

Perspectief – Integral Solutions for Sustainable Construction (IS2C) Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Universiteit Leiden

Subtiele veroudering van de Hollandse Brug herkennen om de veiligheid van de brug te garanderen De Hollandse Brug vormt al jaren de belangrijkste snelwegverbinding tussen Amsterdam en Almere. Bij een recente renovatie is de brug uitgerust met een uitgebreid sensornetwerk, waarmee de belasting van de brug continu gemeten kan worden. Het netwerk was oorspronkelijk bedoeld voor het monitoren van de renovatieactiviteiten en het meten van de respons van de brug onder zeer zware belasting, met name extreem zware vrachtwagens. Nadat de brug weer was opengesteld, is het netwerk overgedragen aan het InfraWatch consortium, een door STW gefinancierde samenwerking tussen Technische Universiteit Delft, Universiteit Leiden en Strukton. Op dit moment wordt het netwerk gebruikt om 24 uur per dag, het jaar rond, te kijken hoe de brug reageert op verschillende vormen van belasting, en in hoeverre de geleidelijke veroudering van de brug af te leiden is uit de verzamelde sensordata.

1

Projectleider Prof.dr. J.N. Kok

Voor een grote klomp beton en staal blijkt de brug een opvallend dynamische omgeving. Uit de meetwaarden, die onder andere aangeven hoever de brug doorbuigt en vibreert, blijkt dat de brug voordurend reageert op zaken als verkeer, wind en neerslag. Bij al deze hectiek gaat het echter om een elastische respons: nadat het verkeer verdwenen is, zijn de meetwaarden weer normaal, en is er feitelijk aan de brug niets veranderd. Althans, dit geldt voor de korte termijn, maar uiteindelijk heeft elke belasting natuurlijk wel een minimaal blijvend effect, en al deze invloeden stapelen op door de jaren. De grote uitdaging van het InfraWatchproject is om in een omgeving van constante verandering de subtiele veroudering te herkennen die van cruciaal belang is voor het beheer van de brug en het garanderen van de veiligheid van de brug. Het sensornetwerk produceert jaarlijks zo’n vijf terabyte (vijf miljoen megabyte) aan gegevens, dus grootschalige data-analyse speelt een belangrijke rol in het modeleren van de brug. Zo zijn we in staat om te bepalen in welke mate de buitentemperatuur bepalend is voor de doorbuiging, hoe verkeer van verschillend gewicht en snelheid, op verschillende rijbanen, zich uit in trillingen van de brug, en hoe dit effect door de seizoenen verandert. Door al deze verklaarbare fenomenen uit de data weg te strepen, proberen we inzicht te krijgen in de geleidelijke achteruitgang van de brug.

1 2

De Hollandse Brug.

Data zoals die uit het sensornetwerk onder de Hollandse Brug komt.

2

44

Jaarverslag STW 2012

Project 10970

Perspectief – Learning From Nature to protect crops Life Sciences & Technology

Universiteit Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Projectleider Prof.dr. M. Dicke

Plantenafweer: multitasken onder gecombineerde stress

Voedselschaarste is een snel groeiend probleem. Wereldwijd lijdt nu al ruim twaalf procent van de menselijke bevolking aan ondervoeding, terwijl de wereldbevolking tot 2050 met nog eens twee miljard mensen zal groeien. Met de snel groeiende vraag naar voedsel zal de productie en vooral ook de bescherming van gewassen efficiënter moeten worden. Een groot deel van voedselgewassen gaat namelijk verloren aan ziekten, plagen en abiotische stress; op dat punt valt veel winst te behalen. Door gebruik te maken van het bestaande natuurlijke afweersysteem van planten kan het ontwikkelen van gezonde en sterke gewassen enorm geholpen worden. Het Learning from Nature-programma zoekt nieuwe resistenties in planten tegen combinaties van stressfactoren. Binnen een deelproject wordt de stressresistentie tegen biotische en abiotische stressfactoren onderzocht. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de natuurlijke genetische variatie van de modelplant Arabidopsis thaliana. Van 350 natuurlijke A. thaliana

Project 10988

accessies is vastgesteld hoe vatbaar ze zijn voor een infectie met de necrotrofe schimmel Botrytis cinerea. Daarnaast is gekeken naar het effect van een tweede stressfactor (droogte of insectenvraat) op het niveau van ziekteresistentie. Resultaten laten een grote genetische variatie zien in de vatbaarheid voor een infectie met B. cinerea, en zowel droogtestress als rupsenvraat kunnen deze uitkomst beïnvloeden. Vraat door rupsen van het kleine koolwitje, Pieris rapae, zorgt over het algemeen voor een verminderde vatbaarheid voor B. cinerea infectie. Droogtestress kan er echter ook voor zorgen dat planten veel vatbaarder worden, maar er zijn ook Arabidopsis accessies die veel resistenter worden tegen B. cinerea in combinatie met droogtestress. De genetische variatie die hieraan ten grondslag ligt kan in kaart gebracht worden door associatiestudies. Genen die geassocieerd worden met vatbaarheid voor de infectie in aan -of afwezigheid van een tweede stress kunnen hiermee geïdentificeerd worden. Potentiële kandidaatgenen kunnen vervolgens aan een functionele analyse worden blootgesteld om te bevestigen of ze daadwerkelijk betrokken zijn bij het multitasken van de plant onder gecombineerde stress. De kennis die met deze studie verworven wordt, zal meer inzicht bieden in het functioneren van het afweersysteem van planten onder gecombineerde stresssituaties. In samenwerking met onze industriële partners kan deze kennis gebruikt worden voor de ontwikkeling van duurzame bescherming van landbouwgewassen. 1 Voor het zoeken naar resistenties tegen combinaties van stress worden duizenden planten gescreened.

1

2 Planten blootgesteld aan de ziekteverwekker Botrytiscinerea, aan een combinatie van droogte en de ziekte en aan een combinatie van rupsen en de ziekte. Foto’s: Hans van Pelt (Universiteit Utrecht)

2

Opvallende resultaten uit het onderzoek

45

Perspectief – Bio-Based Geo & Civil Engineering (BioGeoCivil) Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Technische Universiteit Delft

Impregneren met bacteriën maakt beton zelfherstellend

Beton is niet voor niets het meest gebruikte constructiemateriaal ter wereld. Het is sterk, veelzijdig inzetbaar en bovendien relatief goedkoop. Hoewel beton over het algemeen grijs van kleur is zijn er wel degelijk grote verschillen in samenstelling en kwaliteit. Verschillende soorten cement, toeslagmateriaal (zand en grind) en additieven (diverse chemicaliën) bieden de betontechnoloog mogelijkheden een product te maken dat zo goed mogelijk aansluit bij de gewenste functionaliteit van de uiteindelijke constructie. Belangrijke functies zijn bijvoorbeeld sterkte, waterdichtheid en levensduur. Deze aspecten moeten vooral ook afgestemd zijn op de specifieke omgeving waarin het object geplaatst wordt omdat de wisselwerking met het milieu de functionaliteit sterk kan beïnvloeden. Vooral op dit punt blijkt de praktijk weerbarstig en verouderen constructies vaak sneller dan verwacht. Doel van het STW-project is het ontwikkelen en testen van reparatiemiddelen waarmee verouderde 1

Projectleider Dr. H.M. Jonkers

Project 11342

betonconstructies duurzaam gerepareerd kunnen worden. ‘Duurzaam’ is in dit geval tweeledig: goed voor de levensduur van de constructie èn minimale belasting voor het milieu. Het gebruikte concept is daarom gebaseerd op bacteriën die kalksteen maken, een in de natuur veel voorkomend proces. In het project worden twee verschillende reparatiematerialen voor beton ontwikkeld, een impregneermiddel en een mortel. Het impregneermiddel is bedoeld voor behandeling van poreus en gescheurd beton terwijl de mortel bedoeld is voor reparatie van grotere defecten. In beide reparatiematerialen zijn bacteriesporen en geschikt voedsel (o.a. calciumlactaat) verwerkt. Na toepassing zetten de bacteriën het voedsel om in kalksteen waarmee de defecten vanzelf worden gerepareerd. Met deze middelen kunnen dus bestaande beschadigde en verouderde betonconstructies zelfherstellend gemaakt worden. Naast ontwikkeling van beide reparatiemiddelen in het laboratorium is het bio-impregneermiddel ook al in de praktijk getest op functionaliteit. De dakconstructie van de EHBO-post in Galder, geplaagd door lekkageproblemen door scheurvorming in het beton, werd in het najaar van 2011 behandeld en vervolgens gemonitord op scheurherstel. Een eerste bewerking met het bio-impregneermiddel bleek het lekkageprobleem reeds te verhelpen en nadere inspectie wees uit dat zoals verwacht vorming van kalksteen in scheuren resulteerde in het lekdicht maken van het dak. Gezamenlijk met STW en de bij het project betrokken stakeholders zal verder onderzocht worden of commercialisering van dit product mogelijk is. 2

1 Behandelen van dakconstructie EHBO-post Galder met bio-impregneermiddel. 2

EHBO-post Galder.

3 Kalksteenvorming in scheur dakconstructie.

3

46

Jaarverslag STW 2012

Perspectief – SMART Seperations for complex systems (SMARTSEP) Chemie, Milieu en Water

Universiteit Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Droge scheidingstechnologie om ingrediënten te maken

1

Schema van de elektrostatische oplading van deeltjes in de oplaadbuis en de scheiding van de geladen deeltjes in een elektrisch veld. 2 Lading van polystyreendeeltjes als functie van de gassnelheid en de deeltjesdiameter. 3 Vier stadia in de oplading ten gevolge van een deeltjes-wandbotsing. 1) Een gedeeltelijk geladen deeltje koerst richting de wand; de potentiaal op het deeltje neemt af. 2) Het deeltje botst met de wand en ontvangt een lading ten gunste van tribo-elektrificatie; de potentiaal neemt onmiddellijk toe naar een veel hogere waarde. 3) Het deeltje koerst weg van de wand; zijn potentiaal neemt geleidelijk toe totdat het de maximale potentiaal gegeven door Paschen’s curve bereikt. Op dat moment zal de lading afnemen door ionisatie van de lucht tussen deeltje en wand. De ontlading stopt bij 4). Als gevolg hiervan wordt de netto oplading niet gegeven door de oplading bij 2), maar door de relaxatie bij 3). Bron: T. Matsuyama en H. Yamamoto, Journal of Physics D: Applied Physics 30, 2170 (1997) 4 De splitsing van gemalen tarwezemelen met behulp van elektrostatische scheiding levert twee verschillende mengsels op, niet alleen verschillend in kleur maar ook in samenstelling.

Eind 2011 startte het project DRYFRAC, een acroniem voor New driving forces for dry fractionation, binnen het programma STWSMARTSEP. Het doel is een nieuwe droge scheidingstechnologie te ontwikkelen voor mengsels van vaste deeltjes bestaande uit verschillende materialen. De droge scheiding is gebaseerd op het elektrostatisch laden van poeders in een gasstroom met een oplaadbuis en vervolgens scheiding in een extern elektrisch veld (fig. 1). De eerste resultaten zijn bemoedigend en geven inzicht in het gedrag van poeders in de oplaadbuis. Met dit inzicht is een ontwerp gemaakt van een prototype scheidingsapparaat, dat vanaf maart 2013 getest zal worden voor het scheiden van relevante grondstoffen. De nieuwe scheidingstechnologie kan grondstoffen bestaande uit verschillende componenten in verrijkte fracties scheiden. Het blijkt bijvoorbeeld dat na fijn malen van veel plantaardige grondstoffen (zoals granen en peulvruchten) fijne deeltjes eiwitrijk zijn en grotere deeltjes voornamelijk zetmeel bevatten. Verrijkte eiwitfracties kunnen toegepast worden als broodverbeteraar of als ingrediënt in de productie van vleesvervangers. Grote voordelen van droge scheiding in vergelijking met traditionele natte scheiding zijn het behoud van biologische functionaliteit van componenten en het lagere energie en waterverbruik. Dit is mede de reden dat het project gesteund wordt door participerende gebruikers zoals Akzo-Nobel, DSM, FBR/WUR en Unilever.

Projectleider Dr.ir. M.A.I. Schutyser

Project 11399

gemodelleerd (fig. 3). Omdat oplading van deeltjes alleen aan het contactoppervlak optreedt, moet dat nauwkeurig worden beschreven. Vanaf het moment dat een deeltje geladen is, zal het elektrostatische interacties met andere deeltjes aangaan, alsook met hun geïnduceerde ladingen aan de geleidende wanden. Een eerste evaluatie van de scheiding van deeltjesmengsels is veelbelovend. Voor bijvoorbeeld gemalen tarwezemelen blijkt de scheiding erg goed te werken (fig. 4). Ontsluiting (deeltjes fysiek van elkaar losmaken) van componenten voorafgaand aan de scheiding door fijn malen blijkt mede kritisch voor het scheidingsresultaat.

1

2

3

4

Het onderzoek wordt uitgevoerd door een team van onderzoekers aan de WUR (Wang, de Wit, Schutyser en Boom) en aan de TU/e (Korevaar, Padding en Kuipers). In Wageningen worden experimentele studies uitgevoerd naar oplading en scheiding en in Eindhoven wordt gemodelleerd om tot een goed procesontwerp te komen. Met behulp van een speciale opstelling is de oplading van goed gedefinieerde materialen zoals polystyreendeeltjes als functie van de luchtstroomsnelheid en deeltjesgrootte bestudeerd (fig. 2). Het opladingsproces is in groot detail

Opvallende resultaten uit het onderzoek

47

Perspectief – Cardiovascular Risk Management (CARISMA) Informatie- en Communicatietechnologie & Elektrotechniek

Universiteit Leids Universitair Medisch Centrum

Vierdimensionale bloedstromingsmetingen met MRI

Om een goede bloedcirculatie tot stand te brengen dient het hart 24 uur per dag onder wisselende omstandigheden arbeid te verrichten. Snelheids-gecodeerde Magnetische Resonantie Imaging (MRI) maakt het mogelijk om de bloedstroming in het hart driedimensionaal (3D) en in de tijd in beeld te brengen. Met de huidige medische beeldvisualisatiewerkstations is het niet mogelijk om de complexe 4D (3D + tijd) beelddatasets inzichtelijk te maken. In dit STWproject zullen nieuwe beeldanalysetechnieken worden ontwikkeld waarmee uit de MRI-beelden van het bloedstromingspatroon in het hart relevante metingen uitgevoerd kunnen worden die gerelateerd zijn aan bepaalde ziektebeelden. De ontwikkelde technologie kan bijvoorbeeld worden toegepast om te bepalen of een operatieve ingreep aan een hartklep noodzakelijk is.

Projectleider Dr.ir. R.J. van der Geest

Project 11626

De pompwerking van het hart wordt efficiënter door het ontstaan van onder meer wervelpatronen (vortices) in de bloedstroming. Een vortex is een stromingspatroon waarbij het bloed een draaiende beweging rondom een denkbeeldige lijn maakt. Op het moment dat bloed vanuit de linkerboezem van het hart de linkerkamer instroomt wordt een gedeelte van de kinetische energie tijdelijk opgeslagen in zo’n vortex, waardoor tijdens de volgende contractie van de hartkamer energie, nodig om het bloed de grote lichaamsslagader in te pompen, kan worden bespaard. De automatische karakterisatie van vortices in het stromingspatroon in het hart vormt daarom een belangrijk aspect van het onderzoek. De eerste resultaten van het huidige onderzoek laten zien dat de meest dominante vortices die optreden bij de vulling van de linkerhartkamer automatisch kunnen worden afgeleid. Bij een zevental gezonde vrijwilligers is gebleken dat vortices tijdens verschillende momenten van de vullingsfase verschillende vormen aannemen: tijdens de piek van de vroege vulling is deze vorm bij bena-dering een cirkelvormige ring terwijl de vortex op het moment van late vulling een ellipsvormige ring aanneemt. Onderzoek bij patiënten met verschillende pathologiën zal worden uitgevoerd om de relatie te achterhalen tussen de vortexvorm en specifieke cardiale afwijkingen. De verwachting is dat toepassing van 4D bloedstromingsmetingen met MRI een belangrijke rol gaat spelen in klinisch cardiaal onderzoek. Integratie van de ontwikkelde beeldanalysetechnieken in een softwarepakket voor klinische eindgebruikers biedt perspectieven voor commerciële exploitatie.

Resultaat van analyse van bloedstroming in het hart. De groene structuren tonen de gedetecteerde vortexkernen op het moment van vroege vulling van de linkeren rechterhartkamer. De dominante vortex op het niveau van de klep tussen linkeratrium en linkerkamer (rechts in de figuur) is ellipsvormig. De op een tweetal locaties ingetekende stromingslijnen laten duidelijk zien dat het bloed rondom de vortexkern stroomt. De gedetecteerde vortices in de rechter harthelft (links in de figuur) zijn complexer. In het rechteratrium is bijvoorbeeld een helixvormig stromingspatroon zichtbaar.

48

Jaarverslag STW 2012

Perspectief – Super-resolution Microscopy (Nanoscopy) Life Sciences & Technology

Universiteit Universiteit van Amsterdam

Projectleider Dr. E.M.M. Manders

Project 12151

zeven bedrijven, waaronder Nikon en Leica, zijn nu een klein jaar bezig en het programma begint zijn eerste vruchten af te werpen.

Scherpere beelden in biomedische toepassingen

Natuurwetten kunnen niet zomaar worden overschreden maar je kunt er soms wel slim omheen. Sinds de uitvinding van de microscoop in de Gouden Eeuw hebben microscopisten ervaren dat het scheidend vermogen van een microscoop beperkt is, een ervaring die later werd vastgelegd in de wet van Abbe. Deze wet zegt dat je met een lichtmicroscoop nooit objecten kunt zien die kleiner zijn dan ongeveer 250 nanometer. Toch kun je door slimme trucs om deze wet heen waardoor het mogelijk is om een super-resolutie microscoop te maken. In 2011 heeft dr. Erik Manders van de Universiteit van Amsterdam het initiatief genomen om super-resolutie microscopie in Nederland verder te ontwikkelen binnen een Perspectiefprogramma. Zeven onderzoeksgroepen verspreid over Nederland en

Giulia de Luca, promovenda bij Manders, werkt aan de ontwikkeling van een microscoop waarmee je levende cellen twee keer zo scherp kunt zien. De techniek die ze heeft ontwikkeld is gebaseerd op de confocale laser scanning microscoop, ontwikkeld in de 80er jaren door Brakenhoff in Amsterdam. Een laser scant door een fluorescerende cel en op ieder punt wordt het fluorescentielicht gedetecteerd. Het verschil met de ouderwetse confocale microscoop is nu dat De Luca de detector heeft vervangen door een snelle camera, die voor elk punt in de cel een plaatje opneemt. Dit levert een gigantische hoeveelheid data op die na een flinke rekenpartij een beeld geeft met super-resolutie. Deze techniek wordt nu overgenomen door Nikon, één van de commerciële partners in dit project. De UvA en Nikon hebben in 2012 het “Nikon Centre of Excellence on Nanoscopy Development” opgericht. Een samenwerking waardoor de overdracht van kennis en ontwikkeling van nieuwe technieken nog eenvoudiger is geworden, simpelweg omdat de UvA elke dag medewerkers van Nikon over de vloer heeft. De Luca: ”Met mijn nieuwe microscoop ga ik lekker om Abbe’s wet heen en kan toch scherpere beelden maken dan ik eigenlijk van Abbe zou mogen.”

Giulia de Luca bouwt haar nieuwe super-resolutie microscoop waarmee ze voorbij gaat aan de wet van Abbe.

Opvallende resultaten uit het onderzoek

49

Perspectief – Fundamentals and Application of Sillicon Heterojunction solar cells (FLASH) Chemie, Milieu en Water

Universiteit Technische Universiteit Delft

Projectleider Dr.ir. A.H.M. Smets

Inzicht in een HIT-zonnecel

Zogeheten HIT-zonnecellen behoren tot de beste presterende fotovoltaïsche technologieën gebaseerd op silicium wafers. Het Japanse bedrijf Panasonic heeft een rendement van 23,9% voor HIT-zonnecellen gedemonstreerd. Ondanks deze hoge rendementen, is het fundamentele begrip van de werkingsprincipes van de HIT-technologie nog gebrekkig. De reden hiervoor ligt in de complexe natuur van de gebruikte materialen en grenslagen die in de HIT-cel geïntegreerd zijn. Dit STWonderzoek richt zich op het identificeren en begrijpen van de rol van de verschillende defecten in een HIT-zonnecel. De opgedane fundamentele kennis zal gebruikt worden om de HIT-techniek verder te ontwikkelen. Een HIT-zonnecel (HIT staat voor Heterojunction with Intrinsic Thin layer) is gemaakt van twee verschillende types silicium. Het eerste materiaal is kristallijn silicium; die laag wordt gebruikt voor het produceren van

1

2

ladingsdragers door het absorberen van zonlicht. Het tweede materiaal is gehydrogeneerd amorf silicium. Dat passiveert defecten aan grenslagen en scheidt de ladingsdragers in de zonnecellen. Hierdoor worden de verliezen van ladingsdragers aan defecten in de HIT-zonnecel tot een minimum beperkt wat resulteert in hoge rendementen. Beide type silicium bevatten bulk- en oppervlaktedefecten, die de elektrische eigenschappen van de materialen nadelig kunnen beïnvloeden. In tegenstelling tot kristallijn silicium dat uitgebreid is onderzocht, is de nanostructuur van het amorf silicium slecht begrepen. Amorf silicium heeft van nature vele defecten in de bulk, waar – in vergelijking – de bulk van monokristallijn silicium nagenoeg vrij is van defecten. Daardoor overheersen de oppervlaktedefecten in kristallijn silicium. De belangrijke wetenschappelijk vraag is welke defecten een belangrijke rol spelen in de HIT-zonnecel en of we meer inzicht kunnen verschaffen in de relatie tussen defecten, de amorfe nanostructuur en haar interacties met een kristallijn oppervlak. In dit project wordt gebruikt gemaakt van nieuwe innovatieve methodes voor het karakteriseren van HIT-zonnecellen en hun heterojunctie-grenslagen. Omdat er geen meettechniek bestaat die direct deze defecten kan detecteren, gebruiken de onderzoekers een combinatie van indirecte meettechnieken. Onder deze technieken vallen onder andere multi-exposurephotoconductance-decay-spectroscopy (MEPCDS), photothermal-deflection-spectroscopy (PDS) en Fourier-transform-photocurrent spectroscopy (FTPS) . Met behulp van deze technieken is al aangetoond dat meervoudige defecten, met verschillende energieposities relatief tot de valentie- en geleidingsband, een belangrijke rol spelen. 1

Schematische weergave van een HIT-zonnecel.

2

FTPS-spectrum van een HIT-zonnecel die de signaturen van verschillende defecten laat zien.

3

50

Jaarverslag STW 2012

Project 12166

3 MEPCDS-meting, verandering van de levensduur van ladingsdragers als gevolg van de blootstelling aan licht. 4 Foto van een HIT-cel op labschaal. 4

Nanotechnologie NWO-nano

Universiteit Universiteit Twente

Projectleiders Prof.dr. D. Lohse Dr. J.R.T. Seddon Prof.dr.ir. H.J.W. Zandvliet

Project 11431

(minder dan een nanometer) moeilijk van het onderliggende substraat te onderscheiden. Het aantonen van de laag is dus geen sinecure.

Nanobellen aan vaste oppervlakken: nuttig en hinderlijk

Oppervlaktenanobellen zijn bolvormige gasbelletjes die zich, onder bepaalde omstandigheden, vormen aan het oppervlak van substraten wanneer deze in contact komen met water. Deze bellen zijn typisch enkele honderden nanometers in diameter en enkele tientallen nanometers hoog. Figuur 1 toont een atomaire kracht microscopie-opname van een oppervlak waarop zich nanobellen hebben gevormd. De eerste aanwijzingen voor de aanwezigheid van deze bellen zijn al in de jaren negentig van de vorige eeuw gevonden, maar de aandacht vanuit de wetenschappelijke wereld is in het laatste decennium exponentieel toegenomen. De belangstelling voor nanobellen wordt gevoed door een aantal intrigerende eigenschappen die ze bezitten. Zo voorspellen bestaande theorieën dat nanobellen hooguit een milliseconde stabiel zijn; in de praktijk blijkt echter dat de levensduur dagen is. Daarnaast worden nanobellen in verband gebracht met micropannenkoeken (‘micropancakes’); dunne lagen die waarschijnlijk bestaan uit geadsorbeerd gas. Het nanobel-gerelateerde onderzoek aan de Universiteit Twente richt zich op zowel fundamenteel begrip als mogelijke toepassingen. Fundamenteel onderzoek focust zich onder anderen op het verklaren van de stabiliteit, en de relatie tussen de geadsorbeerde gaslaag en bellen. Die geadsorbeerde laag is vermoedelijk een noodzakelijke voorwaarde voor de vorming van de nanobellen. Hij is door zijn minieme dikte

2

1

Mogelijke toepassingen zijn onder andere oppervlaktemodificatie, controle over depositie van nanodeeltjes en het controleren van de wrijving die een vloeistof ondervindt wanneer deze over het oppervlak stroomt. Daarnaast wordt er onderzoek gedaan naar de mogelijke invloed van nanobellen op de productie van micro- en nanostructuren. Soms zullen ze nuttig zijn (bijvoorbeeld als hulp bij het schoonmaken van gerealiseerde nanostructuren), soms hinderlijk (ze kunnen immersielithografie verstoren). Belangrijke technieken die in dit onderzoek worden gebruikt zijn de atomaire kracht microscopie, ellipsometrie, spectroscopie en een nieuwe techniek waarin interferentieversterkte reflectiemicroscopie wordt gebruikt om nanobellen af te beelden. Deze methode is in 2012 getest in samenwerking met collega’s van het Max Planck instituut uit Potsdam. Voordeel van de laatst genoemde techniek is een hoge tijdsresolutie (seconden) gecombineerd met een hoge ruimtelijke resolutie (circa 300nm) zonder dat de nanobellen tijdens de metingen worden beïnvloed. Een ander pluspunt is dat ook bij hoge temperaturen (in het geval van water 60 tot 80 graden Celsius) gemeten kan worden (zie fig. 2).

STW is binnen NWO de trekker op het gebied van nanotechnologie. Dit uit zich onder andere in het NWOnanoprogramma en de betrokkenheid bij het opzetten en begeleiden van de grote nationale innovatieprogramma’s NanoNextNL en NanoLabNL. Verder zijn er tal van nanotechnologieprojecten binnen de niet-specifieke STW-instrumenten. Meer informatie over de verschillende programma’s op het gebied van nanotechnologie: www.stw.nl/nano, www.nwonano.nl, www.nanonextnl.nl en www.nanolabnl.nl

1 Nanobellen (de ronde lichte objecten) op een oppervlak van grafiet. De bellen zijn typisch enkele honderden nanometers groot. 2 Links nanobellen (de zwarte vlekjes), 37 seconden na bevochtigen van het oppervlak waarop ze zich hebben gevormd. Rechts de bellen na verwarming tot 65˚ C. Ze zijn blijven bestaan en met een nieuw ontwikkelde microscopische techniek meetbaar.

Opvallende resultaten uit het onderzoek

51

03 Opvallende resultaten uit de kennisoverdracht

54 Inleiding 55

Cijfers kennisoverdracht

56

Open Technologieprogramma

60 Vernieuwingsimpuls

53

Inleiding Kennisoverdracht en kennisbescherming spelen bij STW een grote rol om haar missie te realiseren. Om kennisoverdracht met succes tot stand te kunnen bevorderen, brengt STW geïnteresseerde bedrijven, maatschappelijke groeperingen en onderzoekers bij elkaar door het organiseren van een gebruikerscommissie per project. Uitgangspunt voor de kennisoverdracht is dat STW als financier en de kennisinstelling die het onderzoek uitvoert mede-eigendom hebben op de onderzoeksresultaten. Op basis van de (mede) eigendom kunnen afspraken over optierechten, licenties of overdracht op de resultaten met bedrijven worden gemaakt. Het proces van kennisoverdracht begint echter al bij het onderzoeksvoorstel waarin de utilisatiemogelijkheden en potentiële gebruikers geïdentificeerd worden door de indiener. Aanvragen worden bij STW beoordeeld op wetenschappelijke kwaliteit én op de utilisatiekansen. Daarnaast beoordeelt het STW-bureau al bij de indiening van onderzoeksvoorstellen of er sprake is van belemmeringen voor de kennisoverdracht, met andere woorden of er freedom to operate is. Doel van STW is om het onderzoek mogelijk te maken en STW zal in het geval van dergelijke belemmeringen in samenwerking met de kennisinstelling en de projectleider afspraken maken om toegang tot benodigde kennis te verkrijgen of te behouden. Hierdoor blijven afspraken over exploitatie van de onderzoeksresultaten met bedrijven mogelijk. Juridische kennisbescherming is van belang als dat bijdraagt om kennisoverdracht te realiseren. Voor STW is een octrooi een middel om kennisoverdracht te realiseren, bijvoorbeeld door middel van het verlenen van licenties of overdracht van de eigendom van de octrooirechten. Daarnaast worden in het onderzoeksproject afspraken gemaakt met bedrijven die deelnemen in een gebruikerscommissie over geheimhouding van de resultaten en over publicatie van de resultaten uit het onderzoek. In dit hoofdstuk presenteren wij een aantal aansprekende resultaten uit het onderzoek. Bij elke bijdrage is vermeld uit welk instrument (Open Technologieprogramma, Perspectief, Partnership, Valorisation Grant, Vernieuwingsimpuls, overige activiteiten) het onderzoek is gefinancierd en in welk van de werkterreinen zoals die binnen STW worden gehanteerd het onderwerp past: Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek; Systemen, Energie en Materialen; Chemie, Milieu en Water; Life Sciences & Technology; Nanotechnologie.

54

Jaarverslag STW 2012

Cijfers kennisoverdracht

Invention Disclosure en octrooiaanvragen

In totaal zijn in 2012 twintig ‘Invention Disclosure’ formulieren aangevraagd en verstuurd. Er zijn veertien searches uitgevoerd van de Invention Disclosure formulieren uit 2012 en bij twee vindingen moet nog een search procedure worden gestart. Bij zeven vindingen is wel een search uitgevoerd maar er is nog geen beslissing of er een octrooiaanvrage zal worden ingediend. Vier van die twintig vindingen hebben geleid tot een octrooiaanvraag in 2012. Van vijftien vindingen is afgezien van het indienen van een octrooiaanvrage, waarvan drie vindingen in 2010 zijn gedaan.

op resultaten uit het onderzoek geeft een bedrijf meestal (ingeval er geen andere bedrijven interesse hebben binnen de gebruikerscommissie) de exclusieve mogelijkheid om gedurende het onderzoek in onderhandelingen te treden over gebruiksrechten. Bij een optielicentie wordt met een bedrijf op de voorhand (bij start van het onderzoek) al een afspraak gemaakt over een marktconforme vergoeding voor een licentie op of een overdracht van een octrooi (of knowhow) en de voorwaarden die bij dergelijke gebruiksrechten gewoonlijk dienen te worden afgesproken zoals anti-ijskastclausule en een gratis onderzoeks- & onderwijs licentie voor de kennisinstelling/STW.

Tot slot zijn er negen afspraken die heel verschillend van aard zijn, het betreffen afspraken over octrooikostenverdeling en -management, inkomsten, volmacht en een gewijzigde bijdrage aan het onderzoek. Nieuwe bedrijven

Direct voortkomend uit STW-onderzoek zijn in 2012 geen nieuwe bedrijfjes opgestart.

Octrooiaanvragen in 2012

Op negen vindingen uit projecten is een octrooiaanvrage ingediend in 2012, vijf octrooiaanvragen door STW al dan niet tezamen met de aanvragende kennisinstelling en vier octrooiaanvragen door derden (bijvoorbeeld bedrijven).

Er zijn drie samenwerkingsovereenkomsten die ook wel worden afgesloten als er sprake is van een samenwerking tussen twee of meer contractspartijen bij een onderzoeksproject. Verder zijn er vier material transfer overeenkomsten afgesloten en vijf afstandsverklaringen.

Vervallen octrooiaanvragen in 2012

In 2012 zijn er in totaal drie octrooiaanvragen vervallen binnen de termijn van dertig maanden vervallen. Overeenkomsten

In 2012 zijn er totaal achtenzestig overeenkomsten gesloten. Daarvan zijn er drie overeenkomsten inzake de overdracht van een of meer octrooien gesloten. In vier gevallen is er een licentie verstrekt op een of meer octrooien, al dan niet beperkt tot een bepaald toepassingsgebied. In een geval is er sprake van knowhow transfer, wat in feite een geheimhouding van bepaalde kennis betreft voor bepaalde duur, om het bedrijf in de gelegenheid te stellen om deze kennis commercieel toe te passen. Er zijn eenendertig overeenkomsten met optierechten afgesloten. En er zijn twee optielicenties verleend op de onderzoeksresultaten aan bedrijven. Een optierecht

Afspraken over het geheimhouden van resultaten en/of andere informatie is drie maal schriftelijk vastgelegd. Geheimhouding is binnen een onderzoeksproject altijd geregeld in de algemene financieringsvoorwaarden en in de voorwaarden van de gebruikerscommissie en in overeenkomsten met gebruikers. In een voorkomend geval is een extra geheimhoudingsafspraak gewenst bijvoorbeeld als er sprake is van een nog niet geoctrooieerde vinding die onderwerp is van een bespreking met een gebruiker of derde. Binnen het partnershipinstrument zijn twee raamovereenkomsten afgesloten, waarin de het opzetten van de partnership call en de samenwerking tussen STW en de industriële partner wordt vastgelegd.

Opvallende resultaten uit de kennisoverdracht

55

Universiteit Universiteit Utrecht

Open Technologieprogramma (OTP) Life Sciences & Technology

Projectleider Dr. C.J.G. Bakker

Verdeling van radioactieve holmiumbolletjes meten met één enkele MRI-scan

Bij radio-embolisatie, een therapie voor behandeling van tumoren waarbij kleine radioactieve holmiumbolletjes worden toegediend, moet na toediening de verdeling van de bolletjes in het weefsel gemeten worden. Dat geeft aan wat de verdeling van de stralingsdosis is geweest, zodat beoordeeld kan worden of de behandeling veilig is verlopen en mogelijk effectief zal zijn. Onderzoekers in het UMC Utrecht hebben in dit STW-project een MRI-methode ontwikkeld om de verdeling van de bolletjes in het lichaam op basis van één enkele scan te kunnen kwantificeren. De nu ontwikkelde methode vereist – anders dan thans gangbare methoden – geen referentie-opname. Dat maakt de methode eenvoudiger uitvoerbaar, betrouwbaarder en minder belastend voor de patiënt. Op de methode is octrooi aangevraagd. In 2009 zijn we gestart met de behandeling van levertumoren gebruikmakend van met holmium beladen bolletjes. Door deze bolletjes vervalt het MRI-signaal van lichaamsweefsel sneller dan normaal. Het normale verval duiden we aan met de relaxatieparameter

Project 06648

R2, het extra verval wordt gekarakteriseerd met de relaxatieparameter R2’, die evenredig is met de plaatselijke concentratie bolletjes. Daardoor is de plek waar de bolletjes zitten op het MRI-beeld te zien. Het grote probleem bij de gangbare methoden voor de kwantificatie van holmiumbolletjes is dat daarmee slechts het gezamenlijke signaalverval (R2*=R2+R2’) gemeten kan worden en niet het extra verval afzonderlijk. Daarom moet zowel voor als na radio-embolisatie een MRIscan gemaakt worden. Uit het verschil tussen deze scans kan vervolgens R2’ en daaruit de verdeling van de bolletjes worden bepaald. Het gebruik van twee afzonderlijke scans betekent echter dat er onnauwkeurigheden kunnen ontstaan door veranderende weefseleigenschappen als gevolg van de therapie en door positioneringsverschillen van het weefsel (fig. 1). Met onze nieuwe scanmethode kunnen we in één enkele scansessie na radio-embolisatie de verdeling van de bolletjes bepalen. In deze methode wordt eerst het initiële signaalverval gemeten, waarna het signaal eenmalig gerefocusseerd wordt tot een zogenaamde spin-echo, waarvan vervolgens de amplitude wordt gemeten (fig. 2). Uit het initiële signaalverval wordt R2* bepaald en wordt geschat wat het signaal op tijdstip 0, S0, is geweest. Deze S0 wordt gecombineerd met de spin-echometing om R2 te bepalen. Uit het verschil tussen R2* en R2 wordt vervolgens het door de holmiumbolletjes veroorzaakte signaalverval R2’ berekend. Een voordeel van de nieuwe methode is dat de bepaling van R2’ met software geheel automatisch gedaan kan worden, wat mogelijkheden biedt op het gebied van realtime monitoren. De methode wordt momenteel gevalideerd.

1

2

gemeten signaalverval

S0

gemeten spin-echo gescha�e S0

MRI signaal

spin-echo verval R₂

ini�eel verval R₂* spin echo

Tijd

56

Jaarverslag STW 2012

1 Voorbeeld van een verdeling van holmiumbolletjes in weefsel aan de hand van R2*-waarden. Vóór toediening (boven) wordt R2* voornamelijk bepaald door de R2-waarde van het leverweefsel. Na toediening (onder) worden lokaal hogere waarden gemeten door de aanwezigheid van de bolletjes. Momenteel wordt de door de bolletjes veroorzaakte R2’ bepaald door beide beelden van elkaar af te trekken. De nieuw ontwikkelde methode maakt het bovenste beeld overbodig. 2 Schematische weergave van het MRI-signaalverval en de metingen die worden verricht om in één enkele scan zowel R2* als R2 en daaruit R2’ te bepalen in een zo kort mogelijke tijd.

Open Technologieprogramma (OTP) Chemie, Milieu en Water

Universiteit Technische Universiteit Delft

Nieuwe materialen om magnetische te koelen

Koeling is verantwoordelijk voor ongeveer 15% van het totale wereldwijde energieverbruik. Om dit proces efficiënter te maken is magnetische koeling een veelbelovende nieuwe techniek. Magnetische koeling maakt gebruik van vaste stoffen en is daarom milieuvriendelijk, aangezien deze technologie geen ozonafbrekende chemicaliën en broeikasgassen gebruikt. Ook is het mogelijk een hogere energie-efficiëntie te bereiken dan de conventionele koeling met dampcompressie.

Projectleider Prof.dr. E.H. Brück

Project 07036

Om magnetische koeling te realiseren zijn een magnetisch veld en een magnetocalorisch materiaal vereist. Hoe sterker het veld, hoe groter het magnetocalorisch effect dat kan worden bereikt. De huidige permanente Nd-Fe-B-magneten geven een magnetisch veld van 1 tot 2 tesla. De prestatie van magnetocalorische materialen bij deze veldsterkten is derhalve de sleutel om een hoge efficiëntie te bereiken. De ontwikkeling van nieuwe magnetocalorische materialen was het doel van dit STW-project. Met de ontdekking van het reuze-magnetocalorisch effect, waarbij de gevonden veranderingen in de isotherme magnetische entropie in lage velden veel groter zijn, is de ontwikkeling van goedkope en efficiënte koelers mogelijk geworden. Het reuze-magnetocalorische effect is gevonden in een aantal verbindingen met een abrupte 1ste-orde faseovergang. Door deze overgang concentreert de magnetocalorische werking zich in een smal temperatuurbereik. Bovendien kan de werktemperatuur van deze verbindingen worden afgestemd door het variëren van hun samenstelling. Deze nieuwe magnetocalorsche materialen worden nu bij de industriële partner BASF op laboratoriumschaal in verschillende vormen geproduceerd. De materialen worden vervolgens in verschillende prototypes getest om de beste efficiëntie te bereiken.

Magnetocalorische materialen gefabriceerd als granulen, platen, geëxtrudeerde vinnen, platen met mikrokanalen en bollen.

Opvallende resultaten uit de kennisoverdracht

57

Open Technologieprogramma (OTP) Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek

Universiteit Universiteit Twente

Projectleider Prof.dr.ir. G.J.M. Smit

Project 07937

apparaten en aansturingsmethoden zouden we dan langer gebruik kunnen maken van onze huidige netten en dure investeringen kunnen voorkomen.

Triana, een besturingsmethode voor het toekomstige intelligente net

Er is een grote behoefte aan verduurzaming van de huidige energievoorziening. Grootschalige invoering van duurzame opwekking (b.v. zonne-energie, windenergie) eisen echter nogal wat van de huidige elektriciteitsnetten, die decennia geleden geïnstalleerd zijn en niet ontworpen zijn voor dergelijke toepassingen. Ook de toenemende, meer fluctuerende elektriciteitsvraag van bijv. elektrisch vervoer vraagt om innovatieve oplossingen om de productie continue in balans te houden met de vraag. Een intelligent net (Smart Grid) is één van de oplossingen die kan bijdragen aan het behouden van een betrouwbare energievoorziening. De afname aan flexibiliteit aan de productiekant, vanwege de onbestuurbare zonne- en windenergie, kan (deels) gecompenseerd worden door gebruik te maken van flexibiliteit aan de vraagkant. Auto’s zouden bijvoorbeeld verspreid over de dag opgeladen kunnen worden, het draaien van wasmachines een uurtje verschoven en de koelkast tijdelijk uitgezet. Met behulp van slimme

In het SFEER-project is gekeken naar het modelleren van besturingsmethoden voor het toekomstige intelligente net. Dit heeft een flexibele, generieke besturingsmethode Triana opgeleverd. Triana is in staat een grote groep van producerende (bijv. hoogrendementketels en warmtepompen) en consumerende apparaten (bijv. wasmachines, koelkasten, elektrisch vervoer) aan te sturen. Ook het intelligent aansturen van energieopslag (accu’s, boilers) is met Triana mogelijk. Hiermee kan het energieverbruik van een groep huishoudens/bedrijven significant worden aangepast. Mogelijke toepassingen van Triana zijn het vlaktrekken van de energievraag, acteren op een energiemarkt of het verhogen van het aandeel van duurzame opwekking in het net. Gezien de potentie van Triana doet de Universiteit Twente vervolgonderzoek naar intelligente netten, onder andere in het door STW gefinancierde DREAMproject. Met de participerende bedrijven van SFEER en DREAM wordt momenteel gewerkt aan demonstratieprojecten en het marktrijp maken van de ontwikkelde kennis. Maurice Bosman werkt momenteel voor HOMA Software BV om zijn resultaten te verwerken in de producten van HOMA. Vincent Bakker is momenteel via de Universiteit Twente betrokken bij de ontwikkeling van een Home Energy Controller van RWE, die in 2013 operationeel zal zijn.

Via een maquette van het energiehuis van de toekomst werden de mogelijkheden van het intelligente net en Triana gedemonstreerd, onder andere op Lowlands.

58

Jaarverslag STW 2012

Open Technologieprogramma (OTP) Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek

Universiteit Technische Universiteit Delft

Model-Predictive Railway Traffic Management: Een raamwerk voor een gesloten-lusregeling van grote spoorwegsystemen Het doel van dit project is het ontwikkelen van nieuwe modellen en een nieuwe (voorspellende) regelmethode voor anticiperend railverkeersmanagement. We richten ons op het sluiten van de lus tussen planning en uitvoering met een continue terugkoppeling van treinposities en infrastructuurbeschikbaarheid om snel treinpaden te kunnen herplannen bij verstoringen. Op basis van een railverkeersmodel zoekt een optimaliseringsalgoritme naar de effectiefste maatregelen om het treinverkeer te regelen bij verstoringen zoals versperringen, snelheidsrestricties, incidenten en vertragingen.

Projectleider Dr.ir. A.J.J. van den Boom

Project 11025

Deze model-gebaseerde voorspellende regelaar (MPC) methodiek maakt het mogelijk om een up-to-date conflictvrij plan bij te houden op landelijk netwerkniveau met betrekking tot de actuele toestand van de infrastructuur, beschikbaarheid van materieel en personeel, treinvertragingen en verwachte conflicten. Het onderzoek omvat drie hoofdelementen, namelijk een monitoringmodule , een voorspellend verkeersmodel, en een model-gebaseerde voorspellende regelaar. We zijn bezig met de ontwikkeling van een methodiek om treinposities, snelheden en infrastructuurbeschikbaarheid actief te monitoren en up-todate rijtijdschattingen te genereren. Momenteel is een offline versie van de monitoringmodule beschikbaar die als taak heeft om de genoemde grootheden te schatten met behulp van een process-mining benadering aan de hand van historische data. Procestijden worden geschat met behulp van kleine percentielen van vorige procestijden afgeleid uit beschikbare logbestanden. We werken aan de ontwikkeling van een real-time voorspellend verkeersmodel dat continu kan worden aangepast met de laatste informatie en geselecteerde bijstuurmaatregelen. Het huidige onderzoek richt zich op het bestuderen van de relatie tussen de controlevariabelen en het verkeersmodel, op het omzetten van het voorspellende verkeersmodel van zijn impliciete vorm naar een expliciete vorm en op het evalueren van de prestaties in modelvoorspellende controller. Ook werken we aan de ontwikkeling van een modelgebaseerde voorspellende regelaar die toekomstige stuuracties optimaliseert door gebruik te maken van een voorspelling van het toekomstig gedrag van het spoorwegverkeer. Nieuwe algoritmen zijn ontwikkeld, geïmplementeerd en getest. Voor de optimalisatie gebruiken we zowel een grafen-gebaseerde techniek als max-plus algebra gebaseerde technieken. In de laatste fase van het project zullen we de nieuwe netwerk MPC-technieken op real-time simulatieplatforms integreren en de effectiviteit van deze technieken evalueren. Dit doen we door gebruik te maken van een realistische simulatie met verstoringscenario’s op basis van realisatie van gegevens zodat het modelvoorspellende verkeersmanagementsysteem kan worden gebruikt in een decision support systeem voor de verkeersleiders.

Opvallende resultaten uit de kennisoverdracht

59

Vernieuwingsimpuls – Vidi Systemen, Energie en Materialen

Universiteit Technische Universiteit Delft

Statisch gebalanceerde elastische mechanismen

We zijn eraan gewend dat het vervormen van materiaal kracht kost, wat resulteert in een zekere stijfheid zoals bij een pincet. Soms is dat wel handig maar in veel gevallen is dit gedrag ongewenst. Het betekent namelijk dat een deel van de energie die er in gaat (bij de handgreep in het geval van de pincet) wordt gebruikt voor de vervorming en dus niet beschikbaar komt aan de uitgang (de grijptip van de pincet). De kern van het project wordt gevormd door het idee dat deze vervormingsenergie bij terugveren weer vrij komt en dus hergebruikt kan worden. De theoretische basis wordt gevormd door de energiebalans van een dergelijk mechanisme. Om de vrijkomende energie te kunnen hergebruiken is een extra energiebuffer nodig, gevormd door een ander deel van het elastische mechanisme. De vervorming daarvan moet precies afgestemd zijn op het functionele deel om ervoor te zorgen dat de energie die het vervormen van het ene deel kost wordt geleverd door het andere deel, en omgekeerd. Het gevolg is dat het mechanisme

Projectleider Prof.dr.ir. J.L. Herder

Project 07583

als geheel dan geen voorkeurstand heeft: de stijfheid is nul geworden, een gedrag dat statisch gebalanceerd wordt genoemd. Een belangrijke consequentie is dat er netto geen energieopslag meer is. Met statisch balanceren is het daardoor mogelijk het rendement van elastische mechanismen drastisch te verbeteren, in theorie tot nagenoeg 100%. Een belangrijk toepassingsgebied wordt gevormd door micromechanismen, ook wel micro-elektromechanische systemen genoemd (MEMS). Deze zijn zo klein dat lagers niet kunnen worden toegepast: ze bestaan niet in die afmetingen en de assemblage zou een microscopisch precisiewerk zijn. Ze zijn daarom uitgevoerd als elastische mechanismen, en juist vanwege de kleine afmetingen is het kunnen bewegen zonder stijfheid van groot belang in verband met het rendement, en de geringe beschikbare ruimte voor grote aandrijfeenheden. De afbeelding toont een eerste prototype van een micromechanisme, gemaakt uit koolstof nanobuizen (CNT), waarvan de stijfheid van de elementen voor de rechtgeleiding (de segmenten loodrecht op de lange zijde) voor 98% wordt opgeheven door de schuinstaande segmenten. Er zijn vele toepassingen; vooralsnog werken we aan zeer gevoelige microsensoren en efficiënte systemen om energie uit omgevingsbeweging te winnen.

Micromechanisme op basis van koolstof nanobuistechnologie met zeer gunstige verhouding tussen de stijfheid in bewegingsrichting ten opzichte van de stijfheid in andere richtingen, waardoor een ongekend hoog rendement wordt behaald.

60

Jaarverslag STW 2012

Vernieuwingsimpuls - Vici Life Sciences & Technology

Universiteit Rijksuniversiteit Groningen

Gedresseerde cytokines: nieuwe boodschappereiwitten met een missie

Alle afweerreacties en weefselhersteloperaties in het lichaam worden strikt gereguleerd door cytokines. Dit zijn kleine boodschappereiwitten aangemaakt door cellen die andere cellen aanzetten tot bepaalde activiteiten, of juist remmen. Cytokines kunnen zeer krachtig zijn (ze werken in picogrammen) en hebben vaak meerdere effecten waardoor ze verschillende processen aansturen. Het zou mooi zijn als we deze cytokines therapeutisch konden gebruiken juist omdat ze zo krachtig zijn en complexe processen aansturen. Een geneesmiddel grijpt vaak maar heel beperkt in bij een bepaald proces. Er zijn tientallen cytokines bekend, vele met zeer belangrijke functies, maar slechts zeer weinig worden therapeutisch gebruikt. Juist omdat ze zo potent zijn, hebben ze veel bijwerkingen. Bovendien worden cytokines vaak snel weggewerkt uit het lichaam wat het therapeutisch gebruik ook belemmert. Wij hebben nu een strategie ontwikkeld om bepaalde cytokines klinisch toepasbaar te maken.

Projectleider Prof.dr. K. Poelstra

Project 07697

Deze strategie berust op het gericht sturen van een cytokine naar een bepaalde doelcel in het lichaam. Interferon g bijvoorbeeld remt zeer krachtig littekenvorming. Bij sommige ziektes zoals lever -, nier - en longfibrose gaan de organen door chronische ontstekingen langzaam te gronde aan littekenvorming. Er zijn hiervoor geen geneesmiddelen beschikbaar en miljoenen mensen wereldwijd lijden hieraan. Het probleem van interferon g is dat het tegelijkertijd de ontstekingsactiviteit verhoogt en daarmee de patiënt verder in problemen brengt. Door interferon g te sturen naar de juiste cellen en het immuunsysteem te omzeilen hebben we de littekenvorming in proefdiermodellen krachtig kunnen remmen zonder bijwerkingen. Ook de aangroei van bepaalde tumoren werd geremd, ook zonder bijwerkingen. Dit cytokine lijkt dus goed toepasbaar voor klinisch gebruik bij verschillende ziektes. We hebben het eiwit gepatenteerd en het patent overgedragen aan Biorion Therapeutics BV, gespecialiseerd in de (pre-)klinische ontwikkeling van cel-specifieke eiwitten. Dit bedrijf vond een groep investeerders bereid om in dit product te investeren en bespreekt nu met diverse grote farmaceutische industrieën verdere stappen richting klinische trials. De strategie van het doelgericht afleveren van cytokines heeft dus een nieuw product opgeleverd. Hopelijk bereikt dit middel de kliniek. Het geeft in ieder geval nu al aanzet tot economische activiteiten en tot tal van andere onderzoeken.

Littekenvorming in leverplakjes (rode aankleuring) van normale en zieke muizen (met leverfibrose) met en zonder behandeling. 1

Normale muis Zonder behandeling 3 Met behandeling 4 Behandeling omvat Interferon g (groen) afgeleverd op de doelcel (rood met blauwe kern) 2

1

2

3

Opvallende resultaten uit de kennisoverdracht

4

61

Vernieuwingsimpuls – Veni Life Sciences & Technology

Universiteit Universiteit Erasmus MC

Projectleider Dr.ing. R.L.P. van Veen

Project 10263

te bepalen. Deze aanpak was onnauwkeurig omdat de opname in 2D is en de tumor zelf niet zichtbaar is op röntgen. Tevens werd er bij deze aanpak niet gemeten hoeveel er nu werkelijk aan lichtdosis werd afgeleverd. Om dit wel te kunnen meten en daarmee de tumorreactie te verbeteren is er een iPDT behandelplanningstechniek ontwikkeld gebaseerd op 3D-beeldvorming gecombineerd met lichtdosimetriemetingen. Er is gekozen voor een drietraps aanpak. 1) iPDTsimulatie; hier wordt eerst een MRI-scan gemaakt van de tumor. Deze wordt vervolgens ingetekend en de behandeling wordt gesimuleerd door de bronnen virtueel te plaatsen in de tumor. We beschikken dan over informatie over het aantal, de lengte en de locatie van de fiberoptische lichtbronnen die minimaal nodig zijn om het hele tumorvolume te belichten. 2) Na implantatie van de lichtbronnen op basis van de simulatie, wordt een verificatiescan gemaakt om te controleren of de bronnen op hun optimale gesimuleerde locatie zitten. 3) Als dit niet het geval is volgt de modificatiestap waarbij de lichtbronnen worden aangepast om alsnog het tumorvolume te dekken.

iPDT: een effectieve behandelingsmethode voor tumoren in het hoofd-halsgebied

Fotodynamische therapie (PDT) is een effectieve behandelmethode voor tumoren in het hoofd-halsgebied. De patiënt wordt eerst geïnjecteerd met een lichtgevoelige stof en vervolgens wordt de tumor bestraald met rood laserlicht. De interactie van het rode behandellicht met de stof leidt tot een lokale fotochemische reactie in de tumor waardoor deze sterft. Voor de behandeling van grote tumoren worden meerdere lichtfiberbronnen in de tumor geïmplanteerd om er voor te zorgen dat het hele tumorvolume van de juiste hoeveelheid licht is voorzien. Deze methode wordt interstitiële PDT genoemd (iPDT).

De iPDT-planningsstrategie wordt inmiddels op de OK toegepast. De planningsstrategie wordt nu klinisch geëvalueerd op verbeterde tumorreactie en vermindering van complicaties. De ontwikkelde techniek kan eventueel ook worden toegepast voor andere iPDT-behandelingen zoals die van prostaatkanker.

De lichtdosisplanning was tot dusverre vrij beperkt. Zo was er voor iPDT geen concreet behandelplan. Met een 2D-röntgen doorlichtapparaat werd een opname gemaakt om de lengte van iedere geïmplanteerde bron

1 De gesimuleerde iPDTlichtdosis van een tumor van de tongbasis met behulp van een 3D MRI-opname.

1

2 iPDT-behandeling.

2

62

Jaarverslag STW 2012

Vernieuwingsimpuls - Veni Informatie- en Communicatietechnologie en Elektrotechniek

Universiteit Technische Universiteit Delft

Projectleider Dr.ir. R.C. Hendriks

Project 10678

Een eenvoudige, en wellicht voor de hand liggende oplossing, is uiteraard het verhogen van het geluidsvolume. In veel gevallen is dit echter niet mogelijk vanwege technische beperkingen, en zeker niet wenselijk, in verband met het comfort van de gebruiker. In dit STW-project ontwikkelen we algoritmes ter verbetering van spraakverstaanbaarheid in aanwezigheid van akoestische stoorbronnen. Een belangrijk aspect in het ontwikkelen van dit soort algoritmes is het modelleren van het menselijk gehoor, waardoor op basis van (verstoorde) spraaksignalen een schatting gemaakt kan worden van de uiteindelijke verstaanbaarheid, bijvoorbeeld uitgedrukt in een percentage woorden dat correct wordt verstaan. Op deze manier wordt er een vertaling gemaakt van een spraaksignaal, via een wiskundige beschrijving van het menselijk oor, naar een getal dat de verstaanbaarheid weergeeft zoals wij die waarnemen. Uiteindelijk kunnen dit soort spraakverstaanbaarheidsmodellen dan gebruikt worden om spraaksignalen zo aan te passen, dat de verstaanbaarheid optimaal is op het moment dat deze spraaksignalen worden verstoord.

Verstaanbaar communiceren in rumoerige ruimtes - hoe maak je dat mogelijk?

Onze samenleving is in hoge mate afhankelijk van spraakcommunicatiesystemen. Denk bijvoorbeeld aan toepassingen zoals (mobiele) telefonie, gehoorapparaten en omroepsystemen op stations of vliegvelden. Idealiter moeten dit soort toepassingen het spraaksignaal met goede verstaanbaarheid overbrengen. Helaas verslechtert de spraakverstaanbaarheid vaak door de aanwezigheid van akoestische stoorbronnen (bijvoorbeeld een trein of andere mensen die aan het praten zijn) in de omgeving van de gebruiker. Herkenbare voorbeelden zijn een gesprek met mobiele telefoon op een treinstation of een omroepsysteem op een perron terwijl er een trein voorbij rijdt. Het gesprek of de boodschap wordt in dit soort situaties vaak onverstaanbaar gemaakt, met soms ingrijpende miscommunicatie als gevolg. Dit is een probleem voor mensen in het algemeen, maar in het bijzonder voor mensen met gehoorproblemen.

In dit project is in hoge mate samengewerkt met het Deense gehoorapparatenbedrijf Oticon A/S en het bedrijf Bosch Security Systems uit Eindhoven dat bekend is als ontwikkelaar en producent van omroepsystemen en conferentiesystemen. De verschillende resultaten uit dit project worden daarmee gebruikt voor verdere productontwikkeling in het nationale en internationale bedrijfsleven en hebben naast publicaties, geleid tot diverse patenten.

1 Applicatiescenario voor verbetering van de verstaanbaarheid in de omgeving van de luisteraar.

1

Foto Annelies te Stelle 2 De pre-process module voert optimale aanpassing van het spraaksignaal uit m.b.v. een model van het menselijk oor en informatie over de achtergrondruis.

2

Opvallende resultaten uit de kennisoverdracht

63

04 STW in cijfers

66 Inleiding 67 67 69 70 73 74

Kengetallen en statistiek

75

Verkort financieel jaarverslag 2012

Gebruikers Utilisatie Aantal lopende projecten Financiële (project)gegevens STW-bureau

65

Inleiding

Met dit jaarverslag legt STW verantwoording af over de besteding van de haar toevertrouwde gelden. Naast dit jaarverslag publiceert STW ook jaarlijks haar zogeheten Utilisatierapport. Daarin rapporteert zij over de toepassing van resultaten uit STW-onderzoek. Graag verwijzen wij de lezer daar naar. In dit hoofdstuk geven wij op een beknopte en kwantitatieve manier inzicht in de prestaties van STW in het afgelopen jaar, veelal in meerjarig perspectief. Met de komst van programma’s is in de afgelopen jaren het programmatische compartiment gegroeid, deels door het verkleinen van het budget voor het Open Technologieprogramma (OTP), deels door toegenomen bijdragen van gebruikers en andere sponsoren. Waar op de volgende pagina’s geen nadere aanduiding is gegeven betreffen de kengetallen het OTP en de STW-programma’s samen. De door STW uitgevoerde Vernieuwingsimpuls en in hoofdzaak extern gefinancierde programma’s worden niet tot het OTP gerekend.

66

Jaarverslag STW 2012

Kengetallen en Statistiek Gebruikers figuur

1 Gebruikers per categorie in 2012

aantal

(Semi)overheid 10% Kennisinstelling 11% Bedrijven: > 250 medewerkers 46% Bedrijven: < 250 medewerkers 33%

1000

figuur

2 Aantal industriële gebruikersrelaties

800

600

Waarvan: Bestaande buitenlandse gebruikersrelatie Nieuwe buitenlandse gebruikersrelaties ten opzichte van voorgaand jaar

400

200

12 20

11 20

10 20

20

08 20

09

100

figuur

Relaties met (buitenlandse) universiteiten en ziekenhuizen zijn niet meegerekend. Divisies van bedrijven worden niet als afzonderlijke gebruikers geteld.

3 Gebruikers

80

60

40

Aantal gebruikers in de gebruikerscommissies van 2012. Soms is de gebruikerscommissie nog niet volledig geformeerd. Bij 38 projecten zijn meer dan 10 gebruikers betrokken, vaak in de sfeer van vertegenwoordigers van andere kennisinstellingen.

20

0 >1

10

9

8

7

6

5

4

3

2

1

aantal projecten

Bestaande gebruikersrelaties Nieuwe gebruikersrelaties ten opzichte van voorgaand jaar

aantal gebruikerscommissieleden

STW in cijfers

67

aantal gebruikers

1000

figuur

4 Projecten en gebruikers

100

Verdeling van de externe gebruikers naar het aantal projecten waarbij zij zijn betrokken. Zo zijn er 767 gebruikers ‘slechts’ bij één STW-project betrokken, 174 gebruikers bij twee projecten, tot 11 gebruikers bij meer dan 14 verschillende projecten. In 2012 waren in totaal 1123 gebruikers betrokken bij het onderzoek (Buitenlandse) universiteiten en ziekenhuizen zijn niet meegerekend. Divisies van bedrijven worden niet als afzonderlijke gebruiker geteld.

10

4 >1

14

13

12

11

10

9

8

7

6

5

4

3

2

1

0 aantal projecten waaraan de gebruiker is verbonden

figuur

5 Waardering gebruikers na afloop van het project

figuur

Zeer tevreden 14% Tevreden 37% Neutraal 42% Ontevreden 5% Zeer ontevreden 2%

6 Waardering onderzoekers na afloop van het project

68

Jaarverslag STW 2012

Zeer tevreden 24% Tevreden 44% Neutraal 30% Ontevreden 2% Zeer ontevreden 0%

aantal octrooiaanvragen

Utilisatie 16

figuur

7 Octrooiaanvragen

14 12

Aantal octrooiaanvragen direct voortgekomen uit STW-onderzoek.

10 8 6 4

12 12 20

20

11

20

11 20

10

20

10 20 09 20

20

08

20

20

08

09

2

figuur

Contracten

overige overeenkomsten

13 7 11 10 9 material transfer agreement 3 6 2 4 4 letter of intent 3 1 overdracht octrooi 1 7 5 4 3 overdracht kennis 4 1 1 samenwerking onderzoek 5 2 5 1 4 optie en licentie 2 5 1 2 2 optie 13 12 22 16 31 licentie 6 4 3 5 4 geheimhouding 12 5 2 1 3 afstandsverklaring 9 7 12 5 addendum 3 2 62 58 59 58 68

15

figuur

9 Nieuwe startende bedrijven

12

Overige programma’s (inclusief Vernieuwingsimpuls) Valorisation Grant

9

Aantal uit STW-onderzoek opgestarte bedrijven.

6

20 12

20 11

20 10

20 09

3

20 08

aantal

Totaal

8

STW in cijfers

69

inkomsten (inM€)

1,2

figuur

10 Inkomsten uit kennisexploitatie

1,0

Royalty Lumpsum

0,8

0,6

Inkomsten op STW-projecten. Royalty en lumpsum zijn inkomsten vanwege overeenkomsten met derden.

0,4

12 20

11 20

10 20

09 20

20

08

0,2

aantal lopende projecten

Aantal lopende projecten 500

400

figuur

11

Lopende projecten binnen OTP, Perspectief,

Bsik en overige programma’s

OTP Bsik Overige programma’s (inclusief Vernieuwingsimpuls) Perspectief Partnership

300

200

aantal lopende projecten

12 20

11 20

10 20

09 20

20

08

100

300

figuur

Lopende projecten per type instelling

250

in 2012 (OTP en Perspectief)

200

150

100

70

Jaarverslag STW 2012

12 20

11 20

10 20

09 20

20

08

50

12

TUD, TU/e, UT Overige universiteiten (inclusief UMC’s) Para-universitaire instellingen

aantal projectvoorstellen

250

figuur

13 Honoreringen en afwijzingen per jaar

200

(OTP en Perspectief)

Afwijzingen Honoreringen

150

100

50

12 20

11 20

10 20

09 20

08 20

07 20

06 20

05 20

04 20

20

03

figuur

14 Status projecten in 2012 (OTP, Perspectief en HTSM)

In behandeling Afgewezen Gehonoreerd Lopend Beëindigd

79 169 102 571 57

160

figuur

15 Aantal gepromoveerde onderzoekers

140

120 100

Aantal gepromoveerde onderzoekers op een STW-project.

80 60 40

2 20 1

1 20 1

0 20 1

9 20 0

8

20

20 0

aantal

STW in cijfers

71

aantal projecten

70

figuur

16 Lang openstaande vacatures na honorering

60

(OTP en Perspectief) 50

Het aantal projecten met vacatures die langer open staan dan 6 maanden.

N.B. De gegevens voor 2011 worden in 2012 gerapporteerd, omdat van een aantal projecten de 6-maandstermijn nog niet is verstreken.

40 30 20

11 20

10

4

17

Wetenschappelijke kwaliteit voor

Honoreringen Afwijzingen

3

figuur

18

20

20

20

08 20

12

11

1

De beoordelingsschaal voor juryleden varieert tussen 1 en 9. 1 = uitstekend 9 = ondermaats

10

09

2

60

Aantal referenten (OTP)

50

40

30

20

10

0 >1

10

9

8

7

6

5

4

3

2

1

0 aantal referenten

72

figuur

OTP-projectvoorstellen

aantal OTP project(voorstell)en

20

20

5

20

gemiddeld jurycijfer wetenschappelijke kwaliteit

20

08

09

10

Jaarverslag STW 2012

Aantal referenten per ingediend projectvoorstel in 2012 in de beoordelingsfase.

bedrag (in M€)

Financiële (project)gegevens 50

figuur

45

19 Totale inkomsten STW

40

Basissubsidie NWO Subsidie EZ Overig

35 30 25

Overig betreft: programma’s (o.a. Vernieuwingsimpuls), lumpsum, royalties, cash bijdragen aan projecten en rente.

20 15 10

percentage

12 20

11 20

10 20

20

20

08

09

5

60

figuur

20 Verdeling totaal STW-projectbudget

50

OTP Overige programma’s Perspectief

40

30

Overige programma’s zijn onder andere PROGRESS II, Valorisation Grant en Vernieuwingsimpuls.

20

12 20

11 20

10 20

20

800

figuur

21 Gemiddelde omvang STW-projecten

700

(OTP en Perspectief)

600

Personeel Materiaal Reizen Investeringen

500 400 300

200 100

2 20 1

1 20 1

0 20 1

9 20 0

8 20 0

7 20 0

6 20 0

5 20 0

4 20 0

3

20 0

gemiddelde omvang STW-projecten

20

08

09

10

De gemiddelde omvang van STW-projecten gedurende de laatste 10 jaar. De stijging is gelegen in de toegenomen personeelskosten en het grotere aandeel multidisciplinaire projecten met cofinanciering van bedrijven. Sinds 2010 is een bovengrens van 750 k€ per project ingevoerd.

STW in cijfers

73

inkomsten (inM€)

20

figuur

22 Bijdragen gebruikers aan STW-projecten

15

Totale bijdragen aan STW-projecten. ‘Bijdrage in geld’ zijn de inkomsten die door STW zijn gefactureerd en ontvangen. De ‘bijdrage in natura’ zijn alle andere bijdragen.

10

12 20

11 20

10 20

09 20

20

08

5

Bijdrage in natura Bijdrage in geld

maanden

STW-Bureau 8 7

figuur

23

Gemiddelde behandelingsduur OTP-projecten

6

Alle projecten Gehonoreerd Afgewezen

5 4 3 2

percentage

12 20

11 20

10 20

09 20

20

08

1

8

figuur

Algemene beheerskosten ten opzichte van

7

de baten

6 5

Bruto Netto

4

3 2

74

Jaarverslag STW 2012

2 20 1

1 20 1

0 20 1

9 20 0

20 0

8

1 0

24

De nettokosten zijn brutokosten minus de aan derden doorberekende bureaukosten.

Verkort financieel jaarbericht 2012 De cijfers en tekst op de pagina’s 76 tot en met 79 zijn ontleend aan het Financieel Jaarbericht 2012 van de Technologiestichting STW. Het Financieel Jaarbericht 2012 is gecontroleerd door Deloitte Accountants BV in Utrecht en is voorzien van een goedgekeurde accountantsverklaring.

STW in cijfers

75

Balans per 31 december2012

Activa

31 / 12 / 2012

31 / 12 / 2011

k€

k€

VASTE ACTIVA Materiële vaste activa

92

128

VLOTTENDE ACTIVA Vorderingen:

NWO Ministerie van EZ Bijdragen van derden Nog te vorderen cofinanciering Debiteuren Overige vorderingen en overlopende activa Te vorderen omzetbelasting

163.347 74.074 7.323 10.586 1.294 374 250

151.142 73.557 7.130 7.729 1.553 908 102

257.248

242.121

Liquide middelen

53.823

55.426

TOTAAL ACTIVA

311.163

297.675

76

Jaarverslag STW 2012

Balans per 31 december2012

Passiva

31 / 12 / 2012

31 / 12 / 2011

k€

k€

EIGEN VERMOGEN Vrij besteedbaar vermogen:

Algemene reserve

3.028

2.652

Bestemde reserve Bestemde fondsen

3.335 13.601

2.757 12.608

19.964

18.017

Vastgelegd vermogen:

VOORZIENINGEN

Voorziening wacht- en uitkeringsgelden

335

275

335

275

LANGLOPENDE SCHULDEN Toegekende nog niet uitgekeerde bedragen:

Open Technologieprogramma Overige programma’s

42.381 116.891

54.598 102.033

159.272

156.631

KORTLOPENDE SCHULDEN Toegekende nog niet uitgekeerde bedragen:

Open Technologieprogramma Overige programma’s

56.246 48.779

50.629 44.608

Rekening-courant NanoLab

6.916

-

Rekening-courant NanoNed

-

19.732

Rekening-courant NanoImpuls

-

559

Rekening-courant Tissue Engineering

552

6.023

Crediteuren en overlopende passiva

19.099

1.201

131.592

122.752

TOTAAL PASSIVA

311.163

297.675

STW in cijfers

77

Staat van baten en lasten over 2012

Baten

Begroting 2012

Basissubsidie NWO Overige bijdragen NWO Bijdrage Ministerie van EZ Bijdragen derden Opbrengsten kennisexploitatie en cofinanciering Doorberekende bureaukosten

Subtotaal baten uit normale operationele bedrijfsvoering

Financiële baten

Subtotaal financiële baten Totaal baten

Lasten

k€

2012 k€

2011 k€

29.753 24.000 21.050 3.000 6.250 2.050

29.233 27.350 23.526 3.900 5.840 1.233

31.291 18.729 21.050 913 2.915 1.895

86.103

91.082

76.793

50

80

269

50

80

269

86.153

91.162

77.062

Begroting 2012

2012

2011

k€

k€

k€

Toekenningen onderzoeksprojecten (inclusief ontvangen cofinanciering):

Toekenning Open Technologieprogramma Toekenning Vernieuwingsimpuls Toekenning Perspectief Toekenning overige activiteiten en programma’s

Totaal toekenningen

Algemene beheerskosten Afschrijvingen Doorbetaalde rente Kosten kennishandel en toekenning aan CvB universiteiten Dotatie voorziening wacht- en uitkeringsgelden Totaal lasten Resultaat

78

Jaarverslag STW 2012

18.500 14.000 27.300 29.208

17.785 10.355 31.063 23.311

27.534 6.723 24.144 6.753

89.008

82.514

65.154

6.000 50 - 400 -

6.203 57 - 330 111

5.626 52 33 461 75

95.458

89.215

71.401

-9.305

1.947

5.661

Resultaat en resultaatbestemming 2012

Begroting 2012 k€

2012 k€

2011 k€

Resultaat

Resultaat op normale operationele bedrijfsvoering Financiële baten Doorbetaalde rente

Totaal resultaat

-9.355 50 -

1.867 80 -

5.425 269 -33

-9.305

1.947

5.661

-8.250 -

993 -

5.937 -521

-8.250

993

5.416

-458 -597

578 376

-2.521 2.766

-9.305

1.947

5.661

Resultaatbestemming

Mutatie bestemde fondsen OCW/NWO Mutatie bestemde fondsen overig

Totaal mutatie bestemde fondsen

Mutatie bestemde reserve Mutatie algemene reserve

Bestemd resultaat

STW in cijfers

79

05 Jurykamers en commissies

82 Jurykamers 84 Perspectiefcommissies 87

Partnership - programmacommissies

88

Overige commissies

81

Jurykamers Jurykamer 302 - OTP

Dr. R.A.C.M.M. van Swaaij

Prof.dr. G. Rothenberg

Prof.dr. I.J.B.F. Adan

Technische Universiteit Delft

Universiteit van Amsterdam

Technische Universiteit Eindhoven

Dr. P.J. Verschure

Dr. G.D. Siegal

Drs. B.J.R. van den Berg

Universiteit van Amsterdam

Universiteit Leiden

NanoHouse Sittard

Drs. R.H. Slotman

Jurykamer 304 - OTP

Dr. C.C. van Donkelaar

Prof.dr.ir. F.B.J. Barends em.

Stichting Innovatie Alliantie ’s-Gravenhage

Technische Universiteit Eindhoven

Delft

Dr.ir. A.H.M. Smets

L. Duijvestijn

Dr.ir. H. Bovenhuis

Technische Universiteit Delft

IBM Global Services Amsterdam

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Dr. S. Stallinga

Prof.dr. A. Fiore

Dr.ir. J.A. Don

Prof.dr. A.G.M. Tielens

Technische Universiteit Eindhoven

TNO Soesterberg

Universiteit Utrecht

Prof.dr.ir. A.P.G. Hoeks

Prof.dr. G.C.A.M. Janssen

Maastricht University

Technische Universiteit Delft

Dr. B.J.R. van der Meulen

Dr. K.R. Koops

Dr.ir. N.E. Benes

Rathenau Instituut ’s-Gravenhage

VSL Delft

Universiteit Twente

Prof.dr.ir. W. Norde

Dr.ir. M.C.J.C.M. Krämer

Universiteit Twente

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Nederlandsch Octrooibureau Eindhoven

Dhr. E. Kemink

Dr.ir. S.E. Offerman

Prof.dr. F.A. Ossendorp

CNG Net Nieuwegein

Technische Universiteit Delft

Leids Universitair Medisch Centrum

Mw. J. Minnema

Dr. R. Ruijtenbeek

Dr.ir. R. Receveur

PamGene International BV ’s-Hertogenbosch

Medtronic BV Maastricht

Oracle Nederland BV Utrecht

Dr. R.M. Schiffelers

Dr. E.W.M. Rommes

Universitair Medisch Centrum Utrecht

Radboud Universiteit Nijmegen

Holst Centre Eindhoven

Dr. A.S.M. Sonnenberg

Dr. P.J. Schaap

Prof.dr. A.J.M. van Oosterhout

Plant Research International Wageningen

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Universitair Medisch Centrum Groningen

Dr.ir. C.C.J.M. Tiberius

Technische Universiteit Delft

Technische Universiteit Delft

Prof.dr. ing. A.J.H.M. Rijnders

Prof.dr. R.J. Boucherie

Prof.dr.ir. L.M.K. Vandersypen

Universiteit Twente

Universiteit Twente

Technische Universiteit Delft

Dhr. F. Schreuder

Jurykamer 303 - OTP

Jurykamer 309 - OTP

Prof.dr.ir. B.J. Geurts

Prof.dr.ir. H.J.H. Brouwers

Technische Universiteit Eindhoven

Technische Universiteit Delft

Jurykamer 305 - OTP

Dr. A.M.B. van Mol

Dr.ir. S.F. Pereira

LioniX BV Enschede

Dr.ir. J.R. Buitenweg

Prof.dr.ir. J. de Bakker

Dr. J.F. Veenland

Universiteit Twente

ErasmusMC Rotterdam

Technische Universiteit Eindhoven

Interuniversitair Cardiologisch Instituut Nederland (ICIN) Muiden

Prof.dr. E. Drent

Dr. R.P.J. Duursma

Rijksuniversiteit Groningen

Universiteit Leiden

Tata Steel IJmuiden

Dr. J.L. Visschers

Prof.dr. W. van Eden

Universiteit Utrecht

Dr. J.W.T. Eikenbroek MSc

Prof.dr.ir. B.P.F. Lelieveldt

Emmen

Leids Universitair Medisch Centrum

Dr.ir. D.H. Geuzebroek

Prof.dr.ir. H. van Lente

Universiteit Utrecht

XiO Photonics bv Enschede

Prof.dr.ir. J.P.M.G. Linnartz

Drs. ing. T.P.M. Koster

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Philips Research Eindhoven

TNO Delft

Prof.dr. G.J.W. Euverink

Prof.dr. P.J. Punt

Rijksuniversiteit Groningen

Prof.dr.ir. D. Stroobandt

TNO Zeist

Prof.dr.ir. E.W.C. van Groesen

Dr.ir. J.A.W. van Dommelen

Universiteit Gent (België)

82

Jaarverslag STW 2012

Prof.dr. A.E.P. Veldman

FOM-Nikhef Amsterdam

Jurykamer 310 - OTP Prof.dr.ir. R.M. Boom

Universiteit Twente

Dr.ir. W.J.A. de Heij

Ir. J.H. Hoekman

Ir. H. de Groot

Thales Nederland BV Hengelo

IMEC Nederland Eindhoven

Dr. L.G. Lugones

Ontwikkelingsmaatschappij Oost Nederland NV Arnhem

Universiteit Utrecht

Dr. P. Kolster

Dr. H. van Maanen

Ede

Nederlands Kanker Instituut Amsterdam

Amsterdam

Ir. E. Luitjens

Prof.dr.ir. J.W.M. Hilgenkamp

Dr. E. Mastrobattista

Universiteit Twente

Universiteit Utrecht

NOM NV Groningen

Dhr. J. Raap

Dr. W. Maijers

Universiteit Gent (België)

Royal Cosun Roosendaal

InHolland Delft

Prof.dr. J.J. Lukkien

Ir. M. Termeer

Dr.ir. A. Westenbroek

Prof.dr. L.K. Nanver

Philips Healthcare Nederland BV Best

Wageningen

Technische Universiteit Delft

Ir. A.J. Zwijgers

Prof.dr.ir. G. van Oortmerssen

Prof.dr.ir. T.J.H. Vlugt

HAS Den Bosch

Universiteit van Tilburg

Technische Universiteit Delft

Prof. M.B. van Herk

Prof.dr.ir. L.A.I. Kestens

Technische Universiteit Eindhoven

Dr. P.W.H. Pinkse

Universiteit Twente

Dr. E.A.G. Weits

Jurykamer 317 - HTSM

Movares Nederland BV Utrecht

Prof.dr.ir. A.C.P.M. Backx

Dr. G. Ye MSc

Technische Universiteit Eindhoven

Biomade Technology Foundation Groningen

Technische Universiteit Delft

Dr. N.A. van Bakel

Prof.dr. H.W.M. Salemink

FOM-Nikhef Amsterdam

Technische Universiteit Delft

Dr. H.F.C. Hoevers

Vrije Universiteit Amsterdam

Rijk Zwaan Zaadteelt en Zaadhandel BV De Lier

SRON - Netherlands Institute for Space Research Utrecht

Prof.dr. J.C.M. Baeten

Prof.dr. D. Geelen

Dr. H.M. Jonkers

Universiteit Gent (België)

Technische Universiteit Delft

Centrum Wiskunde & Informatica Amsterdam

Prof.dr.ir. A. van Keulen

Ir. A.H. van den Boogaard

Dr. E.W. Gutteling

Technische Universiteit Delft

Universiteit Twente

Rijk Zwaan Zaadteelt en Zaadhandel BV De Lier

Prof.dr. P.R. Luijten

Prof.dr.ir. A.A. Darhuber

Universitair Medisch Centrum Utrecht

Technische Universiteit Eindhoven

Dr.ir. C.L.C. Lelivelt

Dr.ir. H.L. Offerhaus

Prof.dr. J.Th.M. De Hosson

Rijk Zwaan Zaadteelt en Zaadhandel BV De Lier

Universiteit Twente

Rijksuniversiteit Groningen

Prof.dr. T.T.M. Palstra

Prof.dr. I.M. Richardson

Prof.dr. H. Ma

Rijksuniversiteit Groningen

Technische Universiteit Delft

Pennsylvania State University (Verenigde Staten)

Prof.dr.ir. A.F.W. van der Steen

Prof.dr.ir. M.C.M. van de Sanden

Erasmus MC Rotterdam

FOM-instituut DIFFER Nieuwegein

Prof.dr.ir. H. Terryn

Prof.dr.ir. J. Sietsma

Vrije Universiteit Brussel (België)

Technische Universiteit Delft

Dr. R. Vullers

TNO Eindhoven Mw. M. Stikker

Prof.dr. I.W.C.E. Arends

IMEC Nederland Eindhoven

Technische Universiteit Delft

Prof.dr. ing. M. Wessling

Prof.dr. J. Delcour

RWTH Aachen University (Duitsland)

Jurykamer 315 Rijk Zwaan ‘Meiosis’ Dr.ir. C.M.P. van Dun

Prof.dr. R. Mercier

INRA Versailles Cedex (Frankrijk)

Jurykamer 316 - Eiwitinnovatie

Katholieke Universiteit Leuven Heverlee (België)

Prof.dr. G.Th. Robillard

Dr. R.J. Wijngaarden

Jurykamer 319 - HTSM

Dr.ir. E.J. Sol

Waag Society Amsterdam Prof.dr. L.W.M.M. Terstappen

Universiteit Twente Ir. J.G. bij de Vaate

Jurykamer 318 - HTSM

Prof.dr.ir. L. Dijkhuizen

Ir. J.F.M. d’ Achard van Enschut

Rijksuniversiteit Groningen

Technische Universiteit Eindhoven

ASTRON - Netherlands Institute for Radio Astronomy Dwingeloo

Jurykamers en commissies

83

Jurykamers Prof.dr.ir. J. Westerweel

Technische Universiteit Delft

Perspectiefcommissies Autonomous Sensor Systems (ASSYS)

Prof. ir. A.Q.C. van der Horst

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ir. G.C.M. Meijer em., voorzitter

Dr. H.M. Jonkers

Technische Universiteit Delft

Technische Universiteit Delft

Prof. ir. A. van Ardenne

Drs. J.P. Barthel

Dr.ir. C.H.J. Meuleman

ASTRON - Netherlands Institute for Radio Astronomy Dwingeloo

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek ’s-Gravenhage

STW, Utrecht

Prof.dr. M.W. Beijersbergen

Ir. R.R. de Boer

Cosine Research BV Leiden

Smartec BV Breda

Prof.dr. J. de Boeck

Drs. E. Bongers

IMEC Leuven (België) Dr. A. Dortmans

Dutch Space BV Leiden

TNO Eindhoven

Dr.ir. E. Cantatore

Dr. E.W.J.M. van der Drift

Technische Universiteit Eindhoven

Prof.dr.ir. G.M.W. Kroesen, voorzitter

Technische Universiteit Delft

Prof.dr. E.K.A. Gill

Technische Universiteit Eindhoven

Prof.dr.ir. P. Kruit

Technische Universiteit Delft

Dr. V.I.Y Banine

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ing. P.J.M. Havinga

Prof.dr. R.V.A. Oliemans

Universiteit Twente

ASML Netherlands BV Veldhoven

Multiphase Flow BV Bilthoven

Ir. H.J. Kip

Prof.dr. K.J. Boller

Nederlandse apparatenfabriek ‘NEDAP’ NV Groenlo

Universiteit Twente

Jurykamer 320 - HTSM

Dr.ir. J.H.G. van Pol

INCAS3 Assen

Prof.dr. J.A. van Veen

Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO) Wageningen Dr. W.H. van der Zon

Koninklijke Vopak NV Rotterdam

Building on Transient Plasmas (BTP)

Prof.dr. U.M. Ebert

Prof.dr.ir. J.P.M.G. Linnartz

Centrum Wiskunde & Informatica Amsterdam

Prof.dr.ir. G.J.M. Smit

Philips Research Eindhoven

Prof.dr.ir. M. Haverlag

Universiteit Twente

Prof.dr. R.J. Meijer

Dr.ir. W.M. van Spengen

Universiteit Twente

Philips Lighting BV Eindhoven

Technische Universiteit Delft

Dr. S. Nihtianov

Ir. R.G.H.M. Voeten

Prof.dr.ir. M. Steinbuch

Technische Universiteit Eindhoven

ASML Netherlands BV Veldhoven

Bradford Engineering BV Heerle

Dr.ir. W. van de Water

Prof.dr.ir. J.M.A. Scherpen

Dr. L.J. Korstanje, secretaris

Technische Universiteit Eindhoven

Rijksuniversiteit Groningen

STW, Utrecht

Prof.dr.ir. S. Stramigioli

Jurykamer 328 - Paques

Universiteit Twente

Cardiovascular Risk Management (CARISMA)

Dr. L. Angenent

Prof.dr.ir. A.J. van der Veen

Cornell University Ithaca , New York (Verenigde Staten)

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ir. J.H.C. Reiber, voorzitter

Dipl.-Phys. C.N.M. Jansz, secretaris

Leids Universitair Medisch Centrum

STW, Utrecht

Dr.ir. B. Goedhart

Drs. ir. H. Dijkman

Bio-Based Geo & Civil Engineering (BioGeoCivil)

Paques BV Balk

Medis Medical Imaging Systems BV Leiden Ir. R.J. ‘t Hoen

J. Kruit MSc

Dr.ir. T.J. Heimovaara, voorzitter

Paques BV Balk

Technische Universiteit Delft

Oldelft Ultrasound BV Delft

Prof.dr.ir. O.C.G. Adan

Prof.dr. W.P.Th.M. Mali

Dr.ir. R.A. Rozendal

TNO Delft

Universitair Medisch Centrum Utrecht

Paques BV Balk

Prof.dr. R.N.J. Comans

Prof.dr. W.J. Niessen

Prof.dr.ir. C.V. Stevens

Energieonderzoek Centrum Nederland Petten

Erasmus MC Rotterdam

Universiteit Gent (België)

Dr.ir. J.T.C. Grotenhuis

Prof.dr.ir. B.P.F. Lelieveldt

Prof.dr.ir. W. Verstraete

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Leids Universitair Medisch Centrum

Prof.dr.ir. S.M. Hassanizadeh

Universitair Medisch Centrum Utrecht

Universiteit Gent (België)

Universiteit Utrecht

84

Jaarverslag STW 2012

Prof.dr.ir. M.A. Viergever

Clean Combustion Concepts (CCC)

Dr.ir. R.G. Heideman

Prof. ir. A.Q.C. van der Horst

Technische Universiteit Delft

Prof.dr. L.P.H. de Goey, voorzitter

LioniX BV Enschede

Technische Universiteit Eindhoven

Dr.ir. W. Hoving

Prof.dr. Th.H. van der Meer

Productschappen Vee, Vlees en Eieren Zoetermeer

Universiteit Twente

XiO Photonics BV Enschede

Dr.ir. B.A. Albrecht

Ir. T. Korthorst

Universiteit Leiden

DAF Trucks NV

Phoenix BV Enschede

Ir. J.P.G. Mijnsbergen

Dr.ir. P. Pronk

Tata Steel IJmuiden

Dr. M. Wale

Drs. S.B.M. Jongerius

Prof.dr. J.N. Kok

CUR Bouw & Infra Gouda

Oclaro Caswell (Groot-Brittanië)

Dr.ir. W. Olthuis

Prof.dr. H.B. Levinsky

Rijksuniversiteit Groningen

Dr.ir. G. Roelkens

Dr.ir. A.R.M. Wolfert

Dr.ir. L. Post

IMEC Leuven (België)

Technische Universiteit Delft

Shell Global Solutions International BV Amsterdam

Dr.ir. E. Osinski

Technische Universiteit Delft

Philips Research Eindhoven

Dr. L.J. Korstanje, secretaris

Dr.ir. F.T.M. van den Berg, secretaris

STW, Utrecht

STW, Utrecht

Prof.dr. D.J.E.M. Roekaerts

Universiteit Twente

Learning from Nature to protect crops (LFN) Prof.dr. M. Dicke,

Wageningen Universiteit & Researchcentrum Dr. S. Heimovaara

Genbiotics

Green & Smart Process Technologies (GSPT)

Rijksuniversiteit Groningen

Prof.dr.ir. H.E.A. van den Akker

Royal Van Zanten / Van Zanten Holding BV Aalsmeer

Prof.dr. R.A.L. Bovenberg

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ir. C.M.J. Pieterse

DSM Anti-Infectives BV Delft

Ir. P.T. Alderliesten

Universiteit Utrecht

Energieonderzoek Centrum Nederland Petten

Prof.dr. H.J. Bouwmeester

Prof.dr. A.J.M. Driessen, voorzitter

Dr. S.J. Donadio

KtedoGen Milano (Italië)

Dr. C.A.M.C. Dirix

Wageningen Universiteit & Researchcentrum Prof.dr. R.C. Jansen

Prof.dr. R.M.J. Liskamp

Akzo Nobel Chemicals BV Arnhem

Universiteit Utrecht

Ir. R.W.E.G. Reintjens

Dr. M. Prins

Prof.dr. F.P.J.T. Rutjes

Radboud Universiteit Nijmegen

DSM Innovative Synthesis BV Geleen

Keygene NV Wageningen

Prof. ir. P. Schmid

Prof.dr.ir. J.C. Schouten

Dr. J. Peleman

Intervet International / MSD Animal Health GmbH Schwabenheim an der Selz (Duitsland)

Technische Universiteit Eindhoven Prof.dr.ir. A.I. Stankiewicz

Nunhems Netherlands BV Haelen

Technische Universiteit Delft

Dr. H.C.P.M. van der Valk, secretaris

Prof.dr. C.M.J.E. Vandenbroucke-Grauls

Dr. M. Wiegel, secretaris

STW, Utrecht

VU Medisch Centrum Amsterdam

STW, Utrecht

Mr. M.M. Wuisan, waarnemer

STW, Utrecht Drs. M.K van Dalen, secretaris

STW, Utrecht

Generic Technology of Integrated Photonics (GTIP)

Integral Solutions for Sustainable Construction (IS2C )

Rijksuniversiteit Groningen

Multiscale Simulation Techniques (MuST) Prof.dr.ir. E.H. van Brummelen, voorzitter

Dr.ir. E.A.B. Koenders, voorzitter

Technische Universiteit Eindhoven

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. L.J.M.G. Dortmans

Prof.dr.ir. O.C.G. Adan

TNO Eindhoven

TNO Delft

Dr. R.P.J. Duursma

Dr. B.H. Verbeek, voorzitter

Ir. J.D. Bakker

Nuenen

Tata Steel IJmuiden

Prof.dr.ir. M.K. Smit

Rijkswaterstaat Utrecht

Technische Universiteit Eindhoven

Dr.ir. A. van Beek

Technische Universiteit Eindhoven

Dr.ir. M. Tichem

Bouwsucces Amersfoort

Prof.dr.ir. A. van Keulen

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ir. M.G.D. Geers

Technische Universiteit Delft

Jurykamers en commissies

85

Perspectiefcommissies Dr. F.J. Klever

Prof.dr.ir. P.H. Veltink

Shell International Exploration and Production BV Rijswijk

Universiteit Twente

From Waste to Resource (W2R)

Dr.ir. E. de Vlugt

Dr.ir. R. Kleerebezem, voorzitter

Technische Universiteit Delft

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ir. J.J.W. van der Vegt

Dr. A. Stekelenburg, secretaris

Dr. M. Hensing

Universiteit Twente

STW, Utrecht

DSM Biotechnology Center Delft

Dr.ir. H. Wijshoff

Smart Optics Systems (SOS)

Océ Technologies BV Venlo

Prof.dr.ir. M. Verhaegen

Dr. S.R. Jongerius, secretaris

Technische Universiteit Delft

Paques BV Balk

STW, Utrecht

Prof.dr. K.J. Boller

Dr.ir. A.A.M. de Laat

Universiteit Twente Dr.ir. N. Doelman

Royal Cosun Roosendaal

Prof.dr. F.C.T. van der Helm, voorzitter

TNO Delft

Prof.dr.ir. J.B. van Lier

Technische Universiteit Delft

Prof.dr. C.U. Keller

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. J.R. Buitenweg

Universiteit Utrecht

Prof.dr.ir. A.J.M. Stams

Universiteit Twente

Prof.ir. R.H. Munnig Schmidt

Prof.dr. J.H. van Dieân

Technische Universiteit Delft

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Vrije Universiteit Amsterdam

Dr.ir. G. Vdovin

Dr. A.A. Winkler, secretaris

Dr.ir. R. Happee

Technische Universiteit Delft

STW, Utrecht

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. F.T.M. van den Berg, secretaris

Dr.ir. T. Heida

STW, Utrecht

NeuroSIPE

Universiteit Twente Prof.dr. F.J.P.M. Huygen

Erasmus MC Rotterdam

Smart Separations for complex systems (SmartSep)

J. Kruit MSc

Perspectief beoordelingscommissie ronde 2011 Prof.dr.ir. K. van Breugel

Technische Universiteit Delft

Ir. P.T. Alderliesten

Prof. A.B. de Haan

Energieonderzoek Centrum Nederland Petten

Technische Universiteit Eindhoven

Prof.dr.ir. R.M. Boom

Leidschendam Dr.ir. K.D. van der Mast

Universitair Medisch Centrum Groningen

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Prof.dr.ir. H. van der Kooij

Dr.ir. P.J.T. Bussmann

Solveigh Corporate Development Rotterdam

Universiteit Twente

TNO Zeist

Dr. I.M. van der Meer

Dr. H.G.E. Meijer

Prof. A.B. de Haan

Universiteit Twente

Technische Universiteit Eindhoven

Plant Research International Wageningen

Dr. C.G.M. Meskers

Prof.dr.ir. H.J. Heeres

Prof.dr. H.A.B. Wîsten

Leids Universitair Medisch Centrum

Rijksuniversiteit Groningen

Universiteit Utrecht

Dr. S.P. Niehof

Dr.ir. E.J.A.X. van de Sandt

Erasmus MC Rotterdam

DSM Anti-Infectives BV Delft

Dr. R. Perez

Dr. D.F. Stamatialis

VU Medisch Centrum Amsterdam

Universiteit Twente

Dr. A.F. van Rootselaar

Prof.dr.ir. A.I. Stankiewicz

Academisch Medisch Centrum Amsterdam Zuidoost

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. A.C. Schouten

Technische Universiteit Delft

Royal FrieslandCampina Deventer

Prof.dr. E.J.W. van Someren

Dr. M. Wiegel, secretariaat

Nederlands Instituut voor Neurowetenschappen Amsterdam

STW, Utrecht

Dr. J.H.T.M. Koelman

Academisch Medisch Centrum Amsterdam Zuidoost Dr. M.A.J. de Koning-Tijssen

Prof.dr. H.E.J. Veeger

Vrije Universiteit Amsterdam

86

Jaarverslag STW 2012

Dr. J.W. Veldsink

Ir. P.P. ‘t Hoen

Partnership - programmacommissies Danone Dr. E.M. van der Beek

Danone Research BV Wageningen Prof. P.C. Calder

University of Southampton (Groot-Brittannië)

Dr.ir. R.A. Terpstra

Prof.dr. D. Geelen

Hyflux CEPAration BV Helmond

Universiteit Gent (België) Dr. E.W. Gutteling

Dr. M. Wiegel, secretaris

Rijk Zwaan Breeding BV

STW, Utrecht

Fijnaart Dr.ir. C.L.C. Lelivelt

Paques programmacommissie

Rijk Zwaan Zaadteelt en Zaadhandel BV De Lier

Prof.dr. J. Garssen

Dr. L. Angenent

Danone Research BV Wageningen

Cornell University Ithaca (Verenigde Staten)

Prof.dr. H. Ma

Institute of Food Research Colney Norwich (Groot-Brittannië)

Drs. ir. H. Dijkman

Prof.dr. R. Mercier

Paques BV Balk

INRA Versailles (Frankrijk)

Dr. H.C.P.M. van der Valk, secretaris

J. Kruit MSc

Dr.M.A. Oosterlaken-Dijksterhuis, secretaris

STW, Utrecht

Paques BV Balk

STW, Utrecht

Prof. C. Mills

Explorail Dhr. H. Bothof, voorzitter

ProRail Utrecht

Dr.ir. R.A. Rozendal

Paques BV Balk Prof.dr.ir. C.V. Stevens

Mw. T. Bezema

Universiteit Gent (België)

ProRail Utrecht

Prof.dr.ir. W. Verstraete

Mw. J.R.D. Klaver

Dr. A.A. Winkler, secretaris

ProRail Utrecht

STW, Utrecht

Prof.dr. S. Minner

Universiteit Gent (België)

Philips HLS programmacommissie

Universität Wien Wenen (Oostenrijk)

Ing. J.H.A Gelissen

Prof.dr.ing. P. Veit

Philips Research Europe - Eindhoven

Technischen Universität Graz (Oostenrijk)

Dr.ir. R. Haakma

Mw. A.L. Westendorp

Prof.dr. E. Harmon-Jones

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek ’s-Gravenhage

Texas A&M University (Verenigde Staten)

Dhr. A. Zoeteman

Kingston University (Groot-Brittannië)

ProRail Utrecht

Philips Research Europe - Eindhoven

Prof. R. Istepanian

Prof.dr. J.L. Kenemans

Dr.ir. F.A. Karelse, secretaris

Universiteit Utrecht

STW, Utrecht

Dr. R. Maandonks

Hyflux

Pennsylvania State University (Verenigde Staten)

Philips Research Eindhoven

Prof.dr. J. Caro

Dr. J.H.D.M. Westerink

Leibniz Universität Hannover (Duitsland)

Philips Research Eindhoven

Dr. A. Julbe

Dr. W.H. Segeth, secretaris

Institut Européen des Membranes (CNRS-ENSCM-UM2) Montpellier (Frankrijk)

STW, Utrecht

Dhr. R. Low

Dr.ir. C.M.P. van Dun

Hyflux Singapore (Singapore)

Rijk Zwaan Breeding BV Fijnaart

Rijk Zwaan ‘Meiosis’

Jurykamers en commissies

87

Overige commissies Eiwit Innovatie programmacommissie

Prof.dr.ir. Y. d’Asseler

Dr. W.H. Segeth/ProRISC Sentinels, secretaris

STW, Utrecht

Dr. H. Aiking

Universiteit Gent (België)

Vrije Universiteit Amsterdam

Dr.ir. G.N. Gaydadjiev

STW, Utrecht

Dr. G. van Duinkerken

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. F.A. Karelse/PROGRESS, secretaris

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Dr.ir. E.A.M. Klumperink

STW, Utrecht

Universiteit Twente

Mw. A.M. van der Stroom, secretariaat

Dr. R. Floris

Dr.ing. T.G. Noll

STW, Utrecht

NIZO food research BV Ede

Rheinisch Westfälische Technische Hochschule Aachen (Duitsland)

Dr.ir. M.L.F. Giuseppin

Prof.dr. J. Pineda de Gyvez

AVEBE UA Veendam

Technische Universiteit Eindhoven

Dr. P.C. Schuddeboom/SAFE, secretaris

IOP Photonic Devices Adviescommissie Dr. B.H. Verbeek, voorzitter

Nuenen

Prof.dr.ir. J.P.M. Sanders

SAFE

Ir. J. Bosiers

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

Prof.dr. P.J. French, voorzitter

Technische Universiteit Delft

DALSA Professional Imaging Eindhoven

Ing. C.J.G. Wever

Prof.dr. W. Krautschneider

Prof.dr.ir. J.J.M. Braat

Ministerie van Economische Zaken ’s-Gravenhage

Technische Universität Hamburg-Harburg (Duitsland)

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ir. G.J.M. Krijnen

Universiteit Twente

Energieraad ’s-Gravenhage

Prof.dr.ir. D. Stroobandt, voorzitter

Prof.dr. L.K. Nanver

Dr.ir. R.G. Heideman

Universiteit Gent

Technische Universiteit Delft

Prof.dr.ir. P.G.M. Baltus, voorzitter ProRISC

Prof.dr. F. Roozeboom

LioniX BV Enschede

Technische Universiteit Eindhoven

Technische Universiteit Eindhoven

Prof.dr. T.G. van Leeuwen

ICT.OPEN programmacommissie

Prof.dr. H. Corporaal, voorzitter PROGRESS

Technische Universiteit Eindhoven

PROGRESS

Dr.ir. L.M. Doeswijk

Academisch Medisch Centrum Amsterdam Zuidoost

Prof.dr. P.J. French, voorzitter SAFE

Prof.dr. H. Corporaal, voorzitter

Prof.dr. D. Lenstra

Technische Universiteit Delft

Technische Universiteit Eindhoven

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. E. Poll, voorzitter Sentinels

Dr. K.L.M. Bertels

Drs. W.A.J. Mandersloot

RU Nijmegen Eindhoven

Technische Universiteit Delft

TNO Delft

Dr.ir. J.F. Broenink

Dr. E.A. Meulenkamp

Dr. Alexandru Iosup

Universiteit Twente

Philips Research Europe - Eindhoven

Technische Universiteit Delft

Prof.dr. K. De Bosschere

Dr.ir. G.J. Puppels

Dr. Richard Starmans

Universiteit Gent (België)

Universiteit Utrecht

Prof.dr.ir. E.F.A. Deprettere

River Diagnostics BV Rotterdam

Dr.ir. Tim Willemse

Universiteit Leiden

Prof.dr.ir. M.K. Smit

Technische Universiteit Eindhoven

Dr. A.D. Pimentel

Technische Universiteit Eindhoven

Dr. W.H. Segeth

Universiteit van Amsterdam

Dr. P.C. Schuddeboom, secretaris

STW, Utrecht

Dr. A.J. Sips

STW, Utrecht

Mw. D. Roelands, secretariaat

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu Bilthoven

Prof.dr.ir. G.C.M. Meijer em., voorzitter

Prof.dr.ir. G.J.M. Smit

Technische Universiteit Delft

Universiteit Twente

Prof.dr.ir. A.J. van der Veen

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek ’s-Gravenhage Mw. A.M. van der Stroom, secretariaat

STW, Utrecht

Technische Universiteit Delft

Sentinels ICT.OPEN - Thema commissies ProRISC

Sense of Contact

Dr. H.J.W.M. Hoekstra

Dr.ir. E. Poll, voorzitter

Universiteit Twente

RU Nijmegen

Ir. R.R. de Boer

Prof.dr.ir. P.G.M. Baltus, voorzitter

Dhr. J.Y. Petit

Technische Universiteit Eindhoven

Universiteit Twente

Smartec BV Breda

Prof.dr.ir. D. Stroobandt

A. Slowinska

Dr.ir. W. Jouwsma

Universiteit Gent (België)

Vrije Universiteit Amsterdam

Bronkhorst High-Tech BV Ruurlo

88

Jaarverslag STW 2012

Dipl.-Phys. C.N.M. Jansz

Dr.ir. W. Jouwsma

Dr. P. van Gelderen

STW, Utrecht

Bronkhorst High-Tech BV Ruurlo

Icos Capital Management BV Amsterdam Zuidoost

Dhr. I.F.M. Karthaus MSM

Dhr. G. Hiemstra

N. Voskamp, secretariaat

Syntens Nieuwegein Nieuwegein

Van der Meer & van Tilburg BV Zeist

STW, Utrecht

Dhr. F. Liemburg

Ir. P.P. ‘t Hoen

Bluetrace BV Amsterdam

ICT innovatiedeskundige Leidschendam

Dr. H. van der Loo

Dhr. J. Melles

Drs. C.A. Holland

InnoSportNL Arnhem

Photonics Investments BV Duiven

Dialogic Innovatie & Interactie Utrecht

Dhr. K. Maase

Mw. A. Metz

Ing. G. Huizinga

NOC*NSF Arnhem

Metz Consult Amsterdam

Vereniging FME-CWM Zoetermeer

Prof.dr. R.Meeusen

Drs. R.J. Notermans

Dr.ir. W. Jouwsma

Vrije Universiteit Brussel (België) Ch. Delecluse

De Noordelijke Combinatie Grou

Bronkhorst High-Tech BV Ruurlo

Universiteit Leuven (België)

Ir. W.H.M. Orbons

Dhr. I.F.M. Karthaus MSM

F.P. Bakker

Rijksuniversiteit Groningen

Orbons Advies BV Grubbenvorst

Syntens Nieuwegein Nieuwegein

B. Coumans

Prof.dr.ir. K. van ‘t Riet

Prof. C.I. Koen

Doping autoriteit Rotterdam

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. B.J.A. Kröse

Dutch Institute of Management & Innovation Zeist

Universiteit Tilburg TiasNimbas Business School Tilburg

M. Reinhold

FHI, Federatie van Technologiebranches Leusden

Sport pijlercommissie

Universiteit van Amsterdam M. Müskens

Hoge school van Arnhem en Nijmegen Nijmegen

TNO SBIR 2012 beoordelingscommissie

Ir. J.H. Voûte

Ir. J. van der Wel

Technolution Gouda

Dhr. F. Liemburg

Bluetrace BV Amsterdam Dr. J.H. Lutje Spelberg

Dr. W.H. Segeth, secretariaat

Industriebank LIOF NV Maastricht

STW, Utrecht

Ir. V.H.J. Mattousch

Ir. W.H. van den Berg

Y.M.J. van Scharenburg, secretariaat

TIIN Capital -The Informal Investors Network BV Soest

STW, Utrecht

Participatiemaatschappij Oost Nederland NV Arnhem

Ir. T. Bouws

Syntens, vestiging Amsterdam Amsterdam Ir. G.A. de Bruin

Zernike Group Holding BV Groningen Drs. M.H. Bunge MBA

Bunge Consultancy BV Amsterdam Dr. P. van Gelderen

Icos Capital Management BV Amsterdam Zuidoost Ir. P.P. ‘t Hoen

ICT innovatiedeskundige Leidschendam Ing. G. Huizinga

Vereniging FME-CWM Zoetermeer

Valorisation Grant 2012 beoordelingscommissie Dhr. J. Beltman

Markant International BV Utrecht Ir. W.H. van den Berg

Dhr. J. Melles

Photonics Investments BV Duiven Drs. R.J. Notermans

De Noordelijke Combinatie Grou

TIIN Capital -The Informal Investors Network BV Soest

Ir. G.J.W. Oldeman

Dr. Th.M. Berkvens

Ir. W.H.M. Orbons

Berkvens Management & Investment BV Amsterdam

Orbons Advies BV Grubbenvorst

Ir. G.A. de Bruin

Prof.dr. W.J. Quax

Zernike Group Holding BV Groningen

Rijksuniversiteit Groningen Groningen

Drs. M.H. Bunge MBA

Dr.ing. K. Recourt

Bunge Consultancy BV Amsterdam

Stichting Mibiton Den Haag

MKB innovatiedeskundige Delft

Jurykamers en commissies

89

Overige commissies Vidi beoordelingscommissie 2012

Prof.dr.ir. K. van ‘t Riet

Technische Universiteit Delft

Dr.ir. P. Schreurs

Drs. E. Schutte

Prof.dr. E. Bouwman

Signifix BV Bilthoven

Universiteit Leiden

Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) Brussel (België)

Prof.dr.ir. J.C.M. van Hest

Dr. R.M.J. Sillen

Prof.dr.ir. C.H. Slump

Radboud Universiteit Nijmegen

Hogeschool van Utrecht

Universiteit Twente Enschede

Prof.dr.ir. W.M.M. Kessels

Dr. P.C. Schuddeboom, secretariaat

Technische Universiteit Eindhoven

STW, Utrecht

Dhr. P.S.T. Tan PhD

Prof.dr. E.A. Lomonova

Dhr. N. Voskamp, secretariaat

Syntens Den Haag Rijswijk Zh

Technische Universiteit Eindhoven

STW, Utrecht

Ir. R.T. Tweehuysen

Universiteit Twente

Tweehuysen BV Groesbeek

Dr. R.M. Schiffelers

Universitair Medisch Centrum Utrecht

Prof.dr.ir. R.S.G. Baert

Dhr. H. Uitenboogaart

Prof.dr.ir. C.G.P.H. Schroën

Qoachpool Almelo

Wageningen Universiteit & Researchcentrum

TNO Automotive Helmond

Ir. J.H. Voûte

Prof.dr.ir. L.J. Sluys

Dutch Institute of Management & Innovation Zeist

Technische Universiteit Delft

KEMA Nederland Arnhem

Dr. A. van de Stolpe

Dr.ir. M.A.F. Derksen

Philips Corporate Technologies Eindhoven

Stork Thermeq Hengelo

Prof.dr. T.D. Visser

Ir. J.J. van Dijk

Technische Universiteit Delft

Agentschap NL ‘s-Gravenhage

Ir. J. van der Wel

Technolution Gouda

dr.ir. R.B.M. Schasfoort

Dr. W.H. Segeth, secretariaat

Sensortechnologie platform

STW, Utrecht

Schone en Zuinige Verbranding - platformleden

Dr.ir. M.F.G. Cremers

Prof.dr. L.P.H. de Goey

Y.M.J. van Scharenburg, secretariaat

Mw. B. Albersen

Technische Universiteit Eindhoven

STW, Utrecht

FHI, Federatie van Technologiebranches Leusden

Ir. M. van Hal

Veni beoordelingscommissie 2012

Ir. J. Balendonck

DAF Trucks NV Eindhoven

Prof.dr.ir. A.A. Basten

Plant Research International Wageningen

Technische Universiteit Eindhoven

Dr. W.P. van Bennekom

Tata Steel IJmuiden

Dr. P.M.P. van Bergen en Henegouwen

Universiteit Utrecht

Dr.ir. W. de Jong

Universiteit Utrecht

Dr. H.J.W.M. Hoekstra

Technische Universiteit Delft

Dr. H.J.M. op den Camp

Universiteit Twente

Prof.dr. H.B. Levinsky

Radboud Universiteit Nijmegen

Dr.ir. W. Jouwsma

Dr. W.K. Dierkes

KEMA Nederland BV Groningen

Universiteit Twente

Bronkhorst High-Tech BV Ruurlo

Prof.dr. T.M. Heskes

Dr. J.P. Kappelhof

Universiteit Twente

Radboud Universiteit Nijmegen

TNO Delft

Dr.ir. L. Post

Dr.ir. B.W. van Oudheusden

Prof.dr.ir. G.C.M. Meijer em.

Technische Universiteit Delft

Technische Universiteit Delft

Shell Global Solutions International BV Amsterdam

Dr. G.G.M. Stoffels

Dr.ir. M.G.H. Meijerink

Dr.ir. C.J.A. Pulles

Universiteit Twente

TNO Delft

Dr.ir. G.J. Strijkers

N. Olij

Kiwa Gas Technology Apeldoorn

Technische Universiteit Eindhoven Dr.ir. E. de Vlugt

PhoeniX BV Enschede

Technische Universiteit Delft

Dhr. P.P. Petersen

Prof.dr.ir. H.H. Weinans

FHI, Federatie van Technologiebranches Leusden

Prof.dr. D.J.E.M. Roekaerts

Prof.dr. R. Puers

Dr. L.J. Korstanje, secretariaat

Katholieke Universiteit Leuven (België)

STW, Utrecht

Erasmus MC Rotterdam

90

Jaarverslag STW 2012

Dr.ir. P. Pronk

Prof.dr. Th.H. van der Meer, voorzitter

Dr.ir. J.H.A. Kiel

Energieonderzoek Centrum Nederland Petten Technische Universiteit Delft

Jurykamers en commissies

91

06 Lijst van gebruikers

Lijst van gebruikers bij STW-projecten. De naam van de gebruiker (soms meerdere verstigingen) wordt gevolgd door het aantal lopende projecten in 2012, waarbij deze was betrokken.

93

Aa

Advanced Photovoltaic

Cambridge (Groot-Brittannië)

Allergan Ltd.

Leeuwarden

ARCADIS Nederland BV

Marlow (Groot-Brittannië)

Applications BV

1 Spatial Group Limited

1

Alliander NV

1

Amersfoort, Apeldoorn, Marknesse, Rotterdam, ‘s-Hertogenbosch 6

Adversitement BV

Arnhem

21st Century Medicine, Inc.

Uden

ALTERRA

Fontana (Verenigde Staten)

Adviesbureau ir. J.G. Hageman BV

Wageningen

Rijswijk

Ambient Systems BV

Amsterdam

Enschede

Ardagh Glass

2

1

1 1

2M Sensors Ltd.

AEMICS BV

Eindhoven

Oldenzaal

2

3mensio Medical Imaging V.O.F.

Bilthoven Enschede

Niel (België)

Dongen

Arjo Wiggins Security S.A.S.

Assendelft

Ambulancezorg Nederland

Issy-les-Moulineaux, Jouy-sur-Morin (Frankrijk)

1

Zwolle

A P E Angewandte Physik & El.ektronik GmbH

Berlin (Duitsland) Helmond

Amsterdam

2

Mortsel (België)

1

Santa Clara (Verenigde Staten)

1

Germany GmbH

ABB AB

Väster˚as (Zweden)

Waldbronn (Duitsland)

1

Hasselt (België)

Amsterdam

Asimptote BV

1

Amsterdam

ASM Europe BV

Baden (Zwitserland)

Bilthoven

AnMar BV

2

Breda 2

ABN AMRO Bank NV

Amsterdam Zuidoost

1

Oxfordshire (Groot-Brittannië)

Veldhoven

AIA Software BV 1

2

Oxfordshire (Groot-Brittannië)

1

Amsterdam-Zuidoost

Hamburg (Duitsland) Akita (Japan)

Maastricht

Maastricht

ACE Associated Compiler Experts BV

Amsterdam Amersfoort

Zoetermeer

Slough (Groot-Brittannië)

1

Akzo Nobel

Amersfoort, Arnhem, Deventer, Sassenheim

1

Achmea

Mölndal (Zweden)

Atag Verwarming BV

Zoeterwoude

Lichtenvoorde

1

Paramaribo (Suriname)

Adaptronics International

Almere

Antonius Ziekenhuis

Bucholz (Duitsland)

1

Albemarle Catalysts Company BV

Nieuwegein

Adelante-zorggroep

Amsterdam

ANWB

Hoensbroek

Alcatel Micro Machining Systems

Lelystad

Annecy Cedex (Frankrijk)

Applied Laser Technology (ALT)

1

1

Adimec Holding BV

Eindhoven

4

1

1

Groningen 1

Attero

Haelen, Wijster

ALK-Abello BV

Aquamarijn Microfiltration BV

Avantes BV

Almere

Zutphen

Apeldoorn

94

Jaarverslag STW 2012

4

Australian National University

Cambridge (Groot-Brittannië)

1

1

Atrium Medisch Centrum

Hendrik-Ido-Ambacht

1

1

Atos Medical BV

Advanced Bionics UK Ltd.

1

Best

Atos Medical AB

Heerlen

Consultants

Algae Food & Fuel BV

2

1

4

Hörby (Zweden)

Suriname

1

4

Antec Leyden BV

Alan Turing Institute Almere

1

for Radio Astronomy

Dwingeloo

2

Anton de Kom Universiteit van 14

1

ASTRON - Netherlands Institute

1

ANSYS Netherlands

1

1

AstraZeneca

1

Otterfing (Duitsland)

Akzo Nobel

2

1

Staines (Groot-Brittannië)

ANSYS Germany GmbH

1

Akita University

1

Astellas Pharma Europe Ltd.

1

’s-Gravenhage

24

Astellas Pharma BV

1

Leiden

Wavre (België)

ANSYS Europe Ltd.

Airbus Deutschland GmbH

24

1

Airborne Composites BV

Academisch Medisch Centrum Academisch Ziekenhuis

Eindhoven, Veldhoven

1

ANSYS Belgium

Surrey (Groot-Brittannië)

3

ASML Netherlands BV Assembléon BV

Nijmegen

Amsterdam

Helsinki (Finland)

1

ANSYS

Air Products PLC

Tandheelkunde Amsterdam

2

Apeldoorn

ABZ Nederland Academisch Centrum

Almere

Rheden

1

6

ASM International NV

1

Agrifirm Innovation Center

Zeist

1

Almere, Leuven (België)

1

Ansaldo Thomassen BV

2

1

ASM Microchemistry Ltd.

Eindhoven

AGPO Ferroli

Zwijnaarde (België)

A-Skin Nederland BV

1

Angst+Pfister BV

1

1

2

Belfast (Groot-Brittannië) Zoetermeer

Ablynx nv

Delft

Andor Technology plc.

Aglaia BioMedical Ventures BV

2

AsicAhead NV

1

ABB Switzerland Ltd.

2

1

AMT Biopharma

Limerick (Ierland)

Agilent Technologies

1

Lelystad

Analog Devices 1

1

Artu Biologicals Europe BV

Instruments BV

Agilent Technologies

AAE BV

1

Amsterdam Scientific

1

Agfa-Gevaert NV

1

1

2

’s-Gravenhage, Utrecht

3WIN nv

1

Enschede

Agentschap NL

2

Paul de Ruiter BV

Ambroise Holland bv

1

Assendelft

3T BV

Architectenbureau 1

Afvalzorg Deponie BV Afvalzorg NV

1

1

Weston Creek (Australië)

1 1

2

1

Avantium Pharma BV

Bejo Zaden BV

Amsterdam

Warmenhuizen

1

Avantium Technologies BV

Amsterdam

Bekaert Combustion

Assen

AVEBE UA

Vught

Averis Seeds BV

Foxhol, Valthermond

4

Aviko BV

Steenderen Leusden

1

Axiom IC BV

Enschede

Wageningen

1

Hunxe (Duitsland)

1

Hengelo Ov

Enschede

Brüel & Kjaer

1

1

Services BV

Hoofddorp

1

Woerden

Marknesse

2

Betronic Solutions BV

Amsterdam

BAAT Medical Engineering

Bevolkingsonderzoek Oost

Hengelo

Deventer

1

Apeldoorn

2

Boehringer Ingelheim Pharma

Ingelheim am Rhein (Duitsland) 1

Bioceros BV

Boonekamp Roses BV

Papendrecht

Utrecht

Bleiswijk

1

BAM Civiel bv

Bioclear BV

Gouda

Groningen

3

1

Bundesanstalt für Materialforschung und -prüfung (BAM)

Berlijn (Duitsland)

1

Borealis GmbH

1

BuNova Development BV

Linz (Oostenrijk)

4

1

Buchem Holding BV

Lieren

Baggermaatschappij Boskalis BV 2

3

Buchem BV

GmbH & Co. KG

1

1

Bruker Nederland BV

Wormer

1

Heilbronn (Duitsland)

2

Naerum (Denemarken)

Bluewater Energy

BMT ARGOSS

3

Bruco BV

3

Borne

Betonplatform (BFBN)

Bb

2

Blue4Green BV

Azur Space Solar Power GmbH 1

Ruurlo

BLGG AgroXpertus BV

Wageningen

1

Bronkhorst High-Tech BV

1

Betoncentrale Twenthe

Zoeterwoude

1

Billerica (Verenigde Staten)

Herlev (Denemarken)

Cementbouw BV

Axiss GmbH

Pharmaceutical Research

1

Hoofddorp

2

1

Institute

BK Medical

Betonmortelbedrijven

2

Amsterdam

Bristol Meyers Squibb

1

Bentley Systems Europe BV

Berkel en Rodenrijs

Axini

Biothane Systems International

Delft

Analysis Company

Bergmann Industrial BV

2

Amstelland

1

Biqualys, The advanced

3

Bema-Lux

6

Brandweer Amsterdam/

Hendrik Ido Ambacht

Technology BV

4

Foxhol, Veendam

Biosoil R&D 5

Zwolle

2

2

BAM Infraconsult BV

Bioclinica

Bosch Rexroth BV

Bureau Settels van Amelsvoort

Gouda

Leiden

Boxtel

Eindhoven

7

Bang & Olufsen A/S

BioComp Industries bv

Struer (Denemarken)

1

Bartels

Apeldoorn

2

BAS Research and Technology Venlo

Venlo

1

Vught

1

Cc

Drives and Controls BV

1

BIOeCON*KiOR

Eindhoven

Hoevelaken

Bosch Security Systems BV

Horst

BIOFORDRUG

Eindhoven

C. Meijer BV

Bari (Italië)

Bosch Thermotechnology BV

1

1

1

Bosch Rexroth Electric 2

C point

1

1

Kruiningen, Rilland

Bio-Imaging Technologies BV

Deventer

BaseClear BV

Leiden

Boschman Technologies BV

Milsbeek

Leiden

Bioké

Duiven

Cam Bioceramics bv

3 1

Basell Polyolefine GmbH

Leiden

1

Biolitec AG

Industries company)

Jena (Duitsland) Vienna (Oostenrijk)

3

1

Biomet Nederland BV

BASF SE

Dordrecht

Ludwigshafen (Duitsland) 2

Bionavis Ltd.

Beckman Coulter Nederland BV

Bionics Instrument

Woerden

4 1

Europe BV

1

Heerhugowaard 1

Leiden 2

1

Capgemini Nederland BV

Utrecht

Fremont (Verenigde Staten)

Cardialysis BV 1

1

Rotterdam

Boston Scientific Inc.

CARE 4 CONCRETE.NL

Gasselternijveen 1

Maple Grove (Verenigde Staten)

1

Heerle (N-Br)

2

2

Carl Zeiss NTS, LLC

Peabody (Verenigde Staten)

1

Carl Zeiss SMT AG

Oberkochen (Duitsland) 5

Bio-Prodict BV

Braintronics BV

CATENA Microelectronics BV

Nijmegen

Almere

Delft

1

1

3

Becton Dickinson BV

BiOrion Technologies BV

Brandsma Metaalveredeling BV

Catexel BV

Breda

Groningen

Hilversum

Leiden

1

3

Natick (Verenigde Staten)

Bradford Engineering BV 1

1

Boston Scientific - Fremont

Boston Scientific -Mapple Grove

Tampere (Finland)

Beckman Coulter, Inc.

Fullerton (Verenigde Staten)

1

BIOMAY AG

BASF Nederland BV

Arnhem, De Meern

1

Papendrecht, Rotterdam

(a LyondellBasell

Frankfurt am Main (Duitsland) 1

C4C Holding BV

1

Boskalis Dolman bv

1

5

1

1

1

Lijst van gebruikers

95

Catharina Ziekenhuis

Eindhoven

College Bouw

8

Zorginstellingen

Cavendish Kinetics BV

Utrecht

’s-Hertogenbosch

College voor de Toelating van

1

Crucell Nederland BV

De Efteling BV

Leiden

Kaatsheuvel

1

Cruden BV

2

2

De Winter Media Groep

Oude Meer

Uden

1

1

CCL research

Gewasbeschermingsmiddelen

CSC Computer Sciences BV

De Witte Raaf arbodienst

Veghel

en Biociden (CTGB)

Bunnik

Zoetermeer

2

Wageningen

Cedova BV

Eindhoven

CSIRO Mathematical & Information

1

CellCoTec BV

Geldermalsen

Bilthoven

Collis

3

Clayton South (Australië)

1

Leiden

Eindhoven

Combinatie van Beroepsvissers

CSM NV

CenS (Micro)Electronics

Rijswijk Zh

Diemen

Apeldoorn

Commit Arbo Diemen

1

Diemen

Centraalbureau voor Schimmelcultures

Utrecht

1

Breda

1

4

Centre National de la

Delphi Diesel Systems Ltd.

3

Gloucestershire (Groot-Brittannië)

Cyclone Fluid Dynamics BV

Deltaprogramma Kust

Waalre

’s-Gravenhage

3

2 1

Cyclotron VU BV

Amsterdam

2

1

DeltaRail

Utrecht

2

Cytori GmbH

1

1

Deltares

Zug (Zwitserland)

Delft, Utrecht

1

30

DEM Solutions Ltd.

3

Dd

Conservatory of Amsterdam

Amsterdam

2

1

Gouda

Rotterdam

Wageningen

Maasdijk

Organisation

ConSensor

Ceradis BV

1

Deliflor Chrysanten BV

1

CUR Bouw & Infra

Connexxion

1

Den Hoorn Zh

& Industrial Research

Hilversum

Recherche Scientifique

1

Delfluent Services BV

2

Cugla BV

Highett, Lindfield, Marsfield NSW (Australië)

Drug Research

Grenoble (Frankrijk)

1

Commonwealth Scientific

Centre for Human

Leiden

Ede, Leeuwarden

1

2

Dekker Chrysanten BV

Hensbroek

CSK Food Enrichment BV

CelSian Glass & Solar BV 1

1

1

DEAM

Amsterdam

Sciences

Collexis BV

2

1

1

Edinburgh (Groot-Brittannië)

Dacolt

1

Chematronics BV

Controllab Products BV

Maastricht

Eindhoven

Enschede

DAF Trucks NV

Oldenzaal

8

Demuris Ltd.

2

Newcastle upon Tyne (Groot-Brittannië) 1

1

2

Chemtrix BV

Convergence BV

Eindhoven

Geleen

Enschede

DALSA BV

1

1

Demcon Twente BV

6

7

Chess eT International BV

Cook Medical

Eindhoven

Haarlem

Bjaeverskov (Denemarken)

DALSA Professional Imaging

Den Ouden Groenrecycling BV

Eindhoven

Schijndel

4

Circadian Solar

Coventry (Groot-Brittannië)

1

1

Coriolis Pharma Research GmbH

Circlair Benelux BV

Martinsried (Duitsland)

Deventer

Cortius BV i.o.

1

Amersfoort

CITEQ BV

Groningen

1

3

DePuy CMW

Gorinchem

Blackpool (Groot-Brittannië)

1

Dana

Forschungsgemeinschaft (DFG)

1

Cosine Research BV

Danfoss Turbocor Compressors

Bonn (Duitsland)

CityGIS Holding BV

Leiden

Cosmoferm BV

Syracuse (Verenigde Staten)

Deutsches Elektronen-

’s-Gravenhage

Den Hoorn

Danisco A/S

1 1

Civolution

Eindhoven

1

2 3

Clinical Graphics

Witterswil (Zwitserland)

Delft

COVIDIEN

2

Hamburg (Duitsland) 1

Danisco Genencor International BV

CNC Grondstoffen BV

Trevoux (Frankrijk)

Milsbeek

CQM BV

3

1

1

Leiden

1

Synchrotron DESY

1

Brabrand (Denemarken)

Covalys Biosciences AG

1

Deutsches Zentrum für Luft- und Raumfahrt (DLR)

Köln (Duitsland)

1

Deventer Ziekenhuis

5

Danish National Space Center

Deventer DevLab

1

Cofely Nederland BV

Eindhoven

Bunnik

Croda Chemicals Europe Ltd.

Kopenhagen (Denemarken)

Coherent BV

Meebeek (België)

Danone Research BV

Dialog Semiconductor BV

Utrecht

Croda Europe Ltd.

Wageningen

’s-Hertogenbosch

1 9

Coherent Europe BV

Utrecht

96

5

Jaarverslag STW 2012

1

Leek Staffirdshire (Groot-Brittannië)

2

2

1

2

Eindhoven

2

Dassault Systems Simulia BV

Dierenbescherming

Maarssen

’s-Gravenhage

5

Crossbeta Biosciences BV

DC4U BV

Utrecht

Rotterdam

1

1

Deutsche

Brugge (België)

1

1

Damen Shipyards Group

3

1

Dimensional Imaging Ltd. 1

Glasgow (Groot-Brittannië)

1

Ee

EPCOS Netherlands

Fianium Ltd.

EADS Deutschland GmbH

Nijmegen

Direct Current BV

Munchen (Duitsland)

Epic

Southampton, Hampshire (Groot-Brittannië) 1

Aalsmeer

Eagle Vision BV

’s-Hertogenbosch

Naarden

Erasmus MC

Dionex Benelux BV

Amsterdam

1

1

DNV KEMA Energy & Sustainability

Arnhem

1

1

Velzen-Noord

14

Amsterdam

Dordrecht

Appelscha

1

Terneuzen

Maastricht

Leidschendam

1

Dr. Sennewald Medizintechnik GmbH

Munich (Duitsland)

Flanders Hydraulics Research

Hoogezand

Antwerpen (België)

Rijswijk

ESRI Nederland BV

Flexible Optical BV

Rotterdam

Rijswijk Zh

1

Draka Comteq Fibre BV

Zwolle

Elekta Instrument AB

Uppsala (Zweden)

Bussum

Elekta Ltd.

1

Crawley (Groot-Brittannië)

Delft, Geleen, Heerlen, Urmond

ELMOS AP bv

Nijmegen

DST Entwicklungszentrum

1

Eltomation BV

Barneveld

Transportsysteme e.V.

EMS Electro Medical Systems SA

Duisburg (Duitsland)

1

Nyon (Zwitserland) Nijmegen

1

Dura Vermeer Business Development BV

Hoofddorp

1

Dutch Institute for Advanced Logistics

Breda

1

1

1

1

Endomagnetics Ltd.

Evonik Industries AG

31

Enthone BV

and Management (ERASM)

Brussel (België)

Tilburg

Exendis BV

Hoogeveen, Papendrecht

Ede

Fokker Landing Gear BV

1

Amsterdam

Amsterdam

FBGS International

Nieuwegein

Geel (België)

FORCE Technology

Dynaflow Research Group

Enkhuizen

Bern-Wabern (Zwitserland)

Zoetermeer

EnzyScreen BV

FEI Company

Haarlem

Eindhoven

Assen

1

1

Eon engineering Ltd.

Coventry (Groot-Brittannië)

1

12

Technologies

Weesp

2

1

6

Sandvika (Noorwegen)

1

ForceLink BV

FeyeCon Carbon Dioxide 1

1

FOM-instituut DIFFER

1

Federal office of Metrology METAS

DySI BV

1

FOM-instituut AMOLF

1

Farm Frites

Enza Zaden BV 7

2

Hoogeveen

Falco Systems

Rotterdam

1

2

Fokker Special Products BV

Dyadic Nederland BV

3

1

Fokker Aerostructures BV

1

Wageningen

2

1

Focal Meditech BV

2

EXALOS AG

Oudenhoorn

1

Enviu

1

Alblasserdam

Helmond 1

1

FNsteel bv

1

Ff

Enthone GmbH

1

Fluxicon Process Laboratories

Eindhoven

1

Environmental Risk ASessment

Groningen

Aachen (Duitsland)

1

Sheffield (Groot-Brittannië)

Center (EMIC) GmbH

Schlieren (Zwitserland)

Koog a/d Zaan Nederland

Waver (België)

1

Essen (Duitsland)

1

Fluent Europe Ltd.

1

European Microsoft Innovation

Langenfeld (Duitsland)

1

Delft

Fluent Benelux

1

Botlek-Rotterdam, ‘s-Hertogenbosch, Maastricht, Velsen-Noord 7 1

2

FlowMotion

Milan (Italië)

Duyvis Wiener BV Dwarslaesie Organisatie

Eindhoven

European Institute of Oncology

Den Bosch

’s-Hertogenbosch

Breda

Amsterdam

Petten

Foundation

Flowid BV

1

1

1

EUPhoenix BV EURAILSCOUT Inspection &

1

Flir Systems AB

Danderyd (Zweden)

10

ENCI BV

Nederland

Dutch Sustainable Landfill

ESTEC - European Space Research

Luxembourg (Luxemburg)

Energieonderzoek Centrum

4

Teteringen

1

European Commission

1

London (Groot-Brittannië)

Leiden

Landgraaf

Enceladus Pharmaceuticals BV

Eindhoven

Dutch Space BV

FLIR

Amersfoort

Dutch Polymer Institute 1

Essent Retail Services BV

Analysis

1

Encapson BV

København (Denemarken)

Flick Engineering Solutions BV

Noordwijk Zh

1

1

3

Winterswijk

2

and Technology Centre

für Schiffstechnik und

DTU Space

1

‘s-Hertogenbosch

DSM 59

1

Essent NV

1

Drug Discovery Factory 1

La Chaux-de-Fonds (Zwitserland) 1

2

Eska Graphic Board

1

Eindhoven

2

1

Efectis Nederland BV Electrabel Nederland NV

1

Nijmegen

FKG Dentaire

1

ESAOTE Europe BV

1

ECP-EPN

1

Filtex Air Filtration

31

Ernst & Young

1

ECOstyle BV

Dow Benelux BV

FIDES BV

1

De Lier

Rotterdam

ECO Ceramics BV

Dordrecht

1

Culemborg

2

Ford Forschungszentrum Aachen (FFA)

Aachen (Duitsland)

Lijst van gebruikers

1

97

General Electric Plastics

Ford Motor Company

Michigan (Verenigde Staten)

Bergen op Zoom

1

Hactivar BV

Heygear BV

Ridderkerk

Europe BV

Arnhem

1

Haemoscan BV

1

HGST

Forschungszentrum Jülich GmbH

Genetwister Technologies BV

Zuidwolde Gn

Jülich (Duitsland)

Wageningen

HagaZiekenhuis

1

FOS

1

Veldhoven

Eindhoven

1

Friedrich-Schiller-Universität Jena

Jena (Duitsland)

1

FrieslandCampina

High Voltage Engineering Europa BV

2

HAL Allergy

Amersfoort

Genmab BV

Leiden

Hilbrands Laboratorium

Utrecht

Halfmann Teleskoptechnik GmbH

5

1

1

voor Bodemziekten

Wijster

1

Fugro Ingenieursbureau BV

Geo-Resources Consulting BV

Neusäss-Vogelsang (Duitsland) 1

Gouda

Leidschendam

Rotterdam

Hankamp BV

HKV Lijn in water

Lelystad

9

2

Nieuwegein

3

& Co. KG

Geochem Research BV

Deventer, Wageningen

San Jose (Verenigde Staten)

1

’s-Gravenhage

Genexis BV

1

1

1

Fugro-Jason Netherlands BV

German-Dutch Wind Tunnels

Enschede

Leidschendam

Marknesse

Hannover Milieu- en

1

1

FuMa-Tech GmbH

GevelMeesters BV

Vaihingen-Enz (Duitsland) 1

Beers Nb

3

Ede Gld

1

Hans van der Sloot Consultancy

Amsterdam Zuidoost

Broek op Langedijk

Hogeschool voor de

Deventer

GGD Flevoland

Hansen Medical Inc.

FutureWater BV

Lelystad

Wageningen

GGZ Eindhoven

Kingston (Verenigde Staten)

1

Eindhoven

Gg

1

Assen

GABA BV

Weimar (Duitsland)

Harmsen Consultancy BV

Weesp

GlaxoSmithKline

Nieuwerkerk a/d IJssel

Zeist

Harvard Medical School

1

GABA International AG

Therwil (Zwitserland)

1

Galvamé Oppervlaktechnieken BV

Rotterdam

1

Holderbank (Zwitserland)

1

Consumer Healthcare

Arnhem

1

1

Holst Centre 1

Eindhoven

HOMA Software BV

Venlo

Enschede

Weybridge (Groot-Brittannië)

Havenbedrijf Rotterdam NV

Honeywell

1

GN ReSound BV

Rotterdam

Emmen

Gatan UK

Eindhoven

Heemskerk Innovative

Abingdon (Groot-Brittannië)

Green Dino BV

GasTerra BV

1

1

1

Wageningen

4 2

Sassenheim

2

2

Hoofdproductschap Akkerbouw

’s-Gravenhage

Technology BV 1

15

Hauzer Techno Coating BV

1

Groningen

1

Holland Genetics BV

Boston (Verenigde Staten)

GlaxoSmithKline

1

Holcim Group Support Ltd.

1

Glatt Ingenieurtechnik GmbH 1

1

Kunsten Utrecht

Hilversum

Hanze Institute of Technology

1

1

Hogeschool van Amsterdam

1

FutureChemistry Holding BV

2

4

HL-Planartechnik GmbH

Nijmegen

2

1

Dortmund (Duitsland)

Veiligheidstechniek BV

Gezondheidsdienst voor Dieren

2

Hitexacoat BV

3

Hoogheemraadschap Delfland

3

GE Healthcare

Grontmij Nederland BV

Heijmans Civiel

Delft

Eindhoven

De Bilt

Rosmalen

Hoogheemraadschap Hollands

1

2

1

Gebr. A en R van der Lans

Groundwater Technology BV

Heinrich Hertz Institut

‘s-Gravenzande

Delft, Rotterdam

Berlijn (Duitsland)

1

Gemeenlandshuis Delft

Delft

1

2

Amsterdam

Arnhem

Kerkdriel

1

5

Amsterdam

’s-Gravenhage

Wijk aan Zee

3

HemoLab BV

Gorinchem

Eindhoven

1

GustoMSC BV

Rotterdam

Schiedam

GyroTools LLC

Tiel

Winterthur (Zwitserland)

1

Leiden

Palo Alto (Verenigde Staten)

98

Nuth

1

1

Hh

Genencor International Inc. 1

Jaarverslag STW 2012

1

10

1

Doetinchem Doesburg

1

1

House of Innovation BV 1

Hendrix Genetics BV

HR Wallingford Ltd.

Boxmeer

Wallingford, Oxfordshire (Groot-Brittannië) 1

3

Herbstreith & Fox KG

Neuenbürg/Württ (Duitsland) 1

Habanera Numerical Software

Het Waterlaboratorium

Delft

Haarlem

2

Pijnacker

Hosokawa Micron BV

Hendriks Engineering BV

1

Gemeente Tiel Genencor International BV

1

1

HortiMaX BV

Guerbet Nederland BV

Gemeente Rotterdam 6

1

Hooijmans Champignons BV

Heliomare

’s-Gravenhage

Heerhugowaard

Helianthos BV

GTM Advanced Structures

3

Noorderkwartier

GS1 Nederland

Gemeente Amsterdam Gemeente Den Haag

2

1

2

Hubrecht Instituut voor Ontwikkelingsbiologie en Stamcelonderzoek

Utrecht

1

1

Huntsman (Europe) B V

IMEC Nederland

Intel Corporation

IT’IS Foundation

Everberg (België)

Eindhoven

Hillsboro (Verenigde Staten)

Zurich (Zwitserland)

1

2

Huntsman Polyurethanes

Immunicon Corporation

Everberg (België)

Huntington Valley (Verenigde Staten)

1

Hurks Beton

Veldhoven

1

HWI Group

Voorburg

1

London (Groot-Brittannië)

Doetinchem

Boxmeer

Almelo

Utrecht

1

Coevorden

1

Hydronamic BV

Papendrecht

Animal Health GmbH

Schwabenheim an der Selz (Duitsland) 1

In Summa Innovation

Raamsdonksveer

1

Hyflux

1

INCAS3

Singapore (Singapore)

Assen

4

Hygear

Arnhem

1

HZPC Holland BV

Joure, Metslawier

8

Intervet International BV / MSD

Incotec Holding BV

Boxmeer

Enkhuizen

InteSpring BV

1

Indaver Compost BV

Delft

Nieuwdorp Zld

Intrinsic-ID

1

Amsterdam Zuidoost

Louvain-la-Neuve (België)

1

4

Gemert

ING (België) NV

IBA

Brussel (België) ’s-Gravenhage

IPA Bauchemische

IBIS Technologies BV

Rotterdam

Enschede

InnoCore Technologies

Pullach (Duitsland)

Groningen

IPCOS

Amsterdam

1

IBM Research Division

Rüschlikon (Zwitserland) IBS Precision Engineering BV

Eindhoven

1

ICCROM

Rome (Italië)

1

Apeldoorn

Nederland BV

Leiderdorp

1

Karlsruhe (Duitsland)

Institut de Sélection Animale BV

Hoofddorp

1

Katholieke Universiteit Leuven

Boxmeer

IQ Products 1

Heverlee, Leuven (België) 3

1

1

Institut für Mikrotechnik Mainz

Groningen

IQ Therapeutics

KAVB

Groningen

Hillegom

1

2

Irdeto BV

Hoofddorp

2

Hogeschool Utrecht

Resources and Ecosystem

Bergen op Zoom

Studies (IMARES)

IRX Innovations BV

Kenniscentrum Papier en Karton

Son en Breugel

Arnhem

2

ILA GmbH

Beuningen

Leiden

Institute for Sustainable

3

Process Technology

Amersfoort

Instituto de Astrofisica de

La Laguna (Spanje) Instituut voor Natuur-

Leuven (België)

en Bosonderzoek 7

Brussel (België)

1

1

1

Utrecht

1

Kerry (NL) BV

Almere

1

1

1

Isala Klinieken

Kerry Group

Zwolle

Wisconsin (Verenigde Staten)

2

Space BV

Delft

Canarias

IME Technologies IMEC

3

ISIS - Innovative Solutions In

6

Eindhoven

1

2

van zorgverlening

2

IRS

Edinburgh (Groot-Brittannië)

1

1

Kenniscentrum innovatie

ISA Pharmaceuticals BV

Jülich (Duitsland)

Technologie

Mainz (Duitsland)

Den Hoorn Texel, IJmuiden

Applications GmbH

1

Karlsruher Institut für

Institute for Pig Genetics BV

1

2

Karl Storz Endoscopie

Kinderdijk

ILA Intelligent Laser

Kk Kadaster

IHC Dredgers BV 1

1

Ipsen Farmaceutica BV

Institute for Marine

Rueil-Malmaison (Frankrijk) 3

1

Leuven (België)

2

Toulouse (Frankrijk)

1

1

Inspektor Research Systems BV

l’Aéronautique et de l’Espace

IFP

Johanna KinderFonds

Amsterdam

Institut Supérieur de

1

I-Climate BV

Waalwijk

5

1

Produkte GmbH

1

2

1

Schwarzenbruck (Duitsland) 1

IBM Nederland BV

Beerse (België)

Beerse (België)

Eindhoven

Ingenieursbureau Svasek BV

1

Janssen Research Foundation

Pharmaceutical

1

Ingenieursbureau Sepra

1

Janssen Precision Engineering BV

Johnson & Johnson

IBA Dosimetry GmbH

2

2

Maastricht-Airport

Ioniqa Technologies BV

1

1

Janssen Pharmaceutica

Nr4 7uh Norwich (Groot-Brittannië)

Inviso BV

1

Broeksterwald

John Innes Centre

3

Eindhoven

ING Bank

Ii

Jj

Arnhem

Animal Health

1

1

Beerse (België)

2

Intervet International / MSD

1

Zoetermeer

Jacob Klimstra Consultancy

Instituut Nederland

Imtech Vonk BV

Amersfoort

1

Interuniversitair Cardiologisch

1

Ivoren Kruis

1

Intersnack Nederland BV

IMS

HydroLogic

’s-Hertogenbosch

1

Imperial College London

Hybro BV / Cobb Europe BV 2

1

Interprovinciaal Overleg (IPO)

2

Lisse

1

1

Keukenhof 1

ISZGRO Diodes BV

Key Drug Prototyping BV

Delft

Amsterdam

1

2

It Fryske Gea

Keygene NV

Olterterp

Wageningen

1

4

Lijst van gebruikers

99

Ll

Kiemkracht

Utrecht

2

L.Verbakel BV

Sint Oederode

Kiepenheuer-Institut für Sonnenphysik

Freiburg (Duitsland)

Goettingen (Duitsland)

2

Kiwa Technology

Apeldoorn

Linhebeek (België)

1 1

Klockner S.A.

Barcelona (Spanje) 1

Knauf Gips KG

Tropen

LioniX BV

1

Meteorologisch Instituut

De Bilt

1

Berkel en Rodenrijs

Leica Nederland BV

Lund University

Rijswijk Zh

Lund (Zweden)

2

Leiden

Nijmegen

Leids Universitair Medisch

KtedoGen

Milano (Italië)

2

Kweek en researchbedrijf AGRICO BV

Bant

2

KWR Watercycle Research Institute

Nieuwegein

1

Centrum

Leiden

1

3

22

100

Nieuwegein

1

MA3 Solutions BV

’s-Gravenhage

Son

MEAS Deutschland GmbH

1

1

Maaslandziekenhuis

Dortmund (Duitsland)

Sittard

MECAL Applied Mechanics

1

Maastricht Instruments BV

Eindhoven

Maastricht

Mediatronix BV

1

Hoofddorp Medicim NV

7

1

MAASTRO Clinic

Mechelen (België)

Maassluis

Maastricht

MediluX BV

1

2

Lely West NV

Machnet BV

Velserbroek

Maassluis

Roden

Medis Medical

1

2

Lens Research & Development

Magma Design Automation BV

Bleiswijk

Eindhoven

1

Arnhem

Eindhoven

Leiden

1

Leiden

1

1

Medis specials BV

Magwel NV 1

1

Imaging Systems bv

1

MagnaView 1

1

1

Lely Industries NV

Liander

Jaarverslag STW 2012

1

McRoberts BV

Maastricht Universiteit

LEO Pharma A/S

1

1

McKesson Nederland BV

Maastricht

1

Ballerup (Denemarken)

Aalborg Sù (Denemarken)

1

Montreal, QC (Canada) 1

Lek/Habo BV

Emmeloord Kymi Rens

2

Enschede

Ter Aar

KWS POTATO BV 3

1

Mm

1

Kropman BV

Enschede

Veldhoven

1

McGill University

Pathologisch Laboratorium

Kryoz Technologies BV

Schiphol Airport

Bloomfield (Verenigde Staten)

2

Leids Cytolologisch en

1

Maxima Medisch Centrum

Hoofddorp

Leiden

1

1

Luchtverkeersleiding Nederland

Lummus Technology Inc.

Leiden Probe Microscopy BV

Dordrecht

für Molekulare Medizin

Berlin (Duitsland)

1

Leica Mikrosysteme

Amsterdam

Krohne Nederland BV

1

Max-Delbrück-Centrum

McCain Foods Holland BV

Kreatech Diagnostics 2

Eindhoven 2

2

Vertrieb GmbH

2

1

MathWorks

1

Maxon Motor Benelux BV

Wetzlar (Duitsland)

Koppert BV

Delft

LM Wind Power Blades

1

Lucta SA

Rijswijk

1

1

Montornés Del Vallés, Barcelona (Spanje) 1

1

Leica Microsystems BV

Koninklijke Vopak NV

Rotterdam

Materials Innovation Centre BV

Zwolle

Mannheim (Duitsland)

1

Purmerend

LTO Noord

Den Helder Holding BV

Lithp Systems BV

Cambridge (Verenigde Staten)

1

Amstelveen, Groningen 1

2

of Technology

LiqTech International A/S

Logica Nederland BV

1

Leica Microsystems

1

Enschede

Vinkeveen

Koninklijke Marine

Helmond

1

1

Massachusetts Institute

14

Kolding (Denemarken)

Jena (Duitsland)

Koninklijke Nedschroef

Enschede

Laser 2000 Benelux C.V.

Leibniz Institute

5

2

Ballerup (Denemarken)

2

Nieuwegein

Koninklijk Nederlands

1

Ede Gld

LBP SIGHT

1

Veghel

Marti Keuning Eckhart Stichting

1

Lunteren

Lappeenranta (Finland)

Amsterdam Zuidoost

1

Mars Nederland BV

1

MASER Engineering BV

Technology

1

Hilversum

1

LinXis BV

Lappeenranta University of

Ermelo

Maquet Netherlands

1

Breda

4

Oosterhout

Koninklijk Instituut voor de

Oss

Lambert van den Bosch BV

Nijmegen

1

Life Sciences Park

’s-Gravenhage

Knauf Insulation BV Koepel Fokkerij

Maquet

Mahwah (Verenigde Staten)

1

LineSolar BV

Borstkankerscreening (LCRB)

1

Lievers Holland

Delft

1

1

Mijdrecht

Light Motif

3

Landelijk Referentie Centrum voor

Iphofen (Duitsland)

Bamako (Mali)

1

Enschede

Roden

1

Mali Biocarburant S.A.

Duiven

Lacquey BV Lambert Instruments BV

Knauf BV

Utrecht

1

Laborelec

KLM Royal Dutch Airlines

Amstelveen

1

La Vision GmbH

Liandon BV

Leuven (België)

1

Medisch Centrum Haaglanden 1

’s-Gravenhage

1

Milestone Microwave

Medisch Spectrum Twente

Enschede

MS Vision

Sorisole (BG) (Italië)

Medisse

Leusden

Almere

Laboratory Systems

5

1

Militair Revalidatie Centrum

1

Aardenburg

Medlumics

Madrid (Spanje)

Doorn

1

Nederlandse Aardappel Organisatie

2

MSC Software Benelux BV

’s-Gravenhage

Gouda

Nederlandse Aardolie

2

Maatschappij BV

MSD Oss

Oss

1

Assen

10

Medtronic BV

Mind Media bv

MTSA Technopower BV

Maastricht

Herten

Arnhem

4

Medtronic Nederland

Heerlen

1

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

1

Medtronic Trading NL BV

’s-Gravenhage

Heerlen

Ministerie van Defensie

1

’s-Gravenhage

MEGED Engineering & Consultancy

Zoetermeer

’s-Gravenhage

Keuringsdienst

My Micro Group BV

Emmeloord

Gemert

Nederlandse apparatenfabriek

1

Enschede

Nn

1

Wetenschappelijk Onderzoek

’s-Gravenhage

NAICONS

Ministerie van Financien

Milano (Italië)

Novara (Italië)

’s-Gravenhage

Nano4Imaging GmbH

2

Rahway (Verenigde Staten) Southampton (Groot-Brittannië)

2

Ministerie van Veiligheid en

1

Eindhoven

Geneva (Zwitserland)

Mistras

1

Rotterdam

Gorinchem

MKS Instruments

1

2

Metris BV

Hoofddorp

Natuurmonumenten

1

1

Berlijn (Duitsland)

Momentive Specialty

NCIRO Australia Telescope

Epping (Australië)

1

NIOZ Koninklijk Nederlands

Zevenaar

Wijchen

Microflown Technologies BV

Bergschenhoek, Wageningen 9

Arnhem

Moog FCS

Mogliano Veneto (Tv) (Italië) 1

Rhoon

Motek BV

Enschede

Amsterdam

11

MOTEK Medical BV

Wageningen

Amsterdam Zuidoost

1

NIZO food research BV

Dordrecht

Ede

1

voor Bouwbiologie en Ecologie bv (NIBE) 4

Bussum

5

NLISIS

Geleen

1

NLnet Labs

1

Nederlands Instituut

Middeldorp Milieuadvies

1

Nederlands Anafylaxis Netwerk

Research BV

4

8

Instituut voor Zeeonderzoek

Den Burg

1

Enschede

1

Micronit Microfluidics BV

1

Nederlands Centrum voor Laser

Mos Grondmechanica

5

Nikon Instruments Europe BV

Mijdrecht Nedcard BV

7

NIKON CORPORATION

Amsterdam

Monsanto Holland BV

Nieuw-Vennep

1

1

Nebest Koning & Bienfait BV

Microflown Holding BV

Micromed S.p.A.

1

(Japan)

Groot-Ammers

1

NGO-SBG

Zoetermeer

Nebest BV

1

1

Research Center BV

Berghem

2

National Facility

Chemicals BV

Vondelingenplaat

1

1

2

‘s-Graveland

Austin (Verenigde Staten)

1

Nestlé Research Center

Oss

Micro resist technology GmbH

1

2

Netherlands Translational

Molecular Imprints

1

Leiden

National Semiconductor BV

Schwerzenbach (Zwitserland) 1

Wageningen

1

Delft

Kilsyth, Victoria (Australië)

MicroDish BV

Venlo

NEM Energy BV

ModiQuest BV

Mettler-Toledo AutoChem, Inc

1

Nedinsco BV

Amsterdam

1

5

Lausanne (Zwitserland)

Moldflow

1

8

Velsen-Noord

National Aerospace Laboratory

Bethesda (Verenigde Staten)

1

Cheshire (Groot-Brittannië)

Merus BV

Vlamonderzoek

National Institute of Health

Merford Noise Control

1

Nederlandse Vereniging voor

2

Amsterdam, Marknesse

1

MiPlaza

Merck Serono International S.A. 1

Hoofddorp

Zutphen

Ruimtevaartlaboratorium

’s-Gravenhage

Merck KGaA

Bouwgrondstoffen (NVLB)

Nationaal Lucht- en

Justitie

1

van Leveranciers van 1

Nanosens 4

2

Nederlandse Vereniging

1

Aachen (Duitsland)

en Milieu

Rotterdam, ‘s-Gravenhage

Darmstadt (Duitsland)

Utrecht

1

Ministerie van Infrastructuur

Merck Chemicals Ltd.

2

Nederlandse Organisatie voor

MEMC Electronic Materials Merck & Co. Inc.

1

‘NEDAP’ NV

Groenlo

1

3

Ministerie van Economische Zaken

1

1

Nederlandse Algemene

1

MyLife Technologies

2

1

Amsterdam

1

NMDG NV

Bornem (België)

Mijtech kunstofvloer advies

Movares Nederland BV

Nederlands Kanker Instituut

Groningen

Druten

Utrecht

Amsterdam

Noldus Information

1

Milabs BV

Utrecht

1

3

6

MRC Aardenhout

Nederlands Vaccin Instituut

Doorn

Bilthoven

1

2

NNZ bv

1

2

2

Technology BV

Wageningen

4

Lijst van gebruikers

101

Noppe Orthopedietechniek

Oclaro Technology Plc

Oxford Instruments

Noordwijkerhout

Bristol (Groot-Brittannië)

Norit Nederland BV

Towcester (Groot-Brittannië)

Amersfoort

OctoPlus NV

1

2

Leiden

NOTOX BV

’s-Hertogenbosch

6

Herzogenrath (Duitsland)

Welwyn Garden City (Groot-Brittannië) 1

OHM Ltd.

Aberdeen (Groot-Brittannië)

Novay

OIM Orthopedie

Enschede

Assen

1

NRG Nuclear Services For

1

1

Okolab s.r.l.

Energy, Environment & Health

Petten

Oxford Technologies BV

Hamburg (Duitsland) Philips Research

2

Redhill (Groot-Brittannië)

3

Novacta Biosystems Ltd.

Ottaviano NA (Italië)

1

Pp

1

4

PA Imaging Holding BV

Philips Technologie GmbH

Enschede

Aachen, Plauen (Duitsland)

1

Pallas Athena

Phisimed

Apeldoorn

Maastricht

1

PamGene International BV

PhoeniX BV

’s-Hertogenbosch

Enschede

4

PANalytical BV

3

Systems Dmc Gmbh

Utrecht

Oel-Wärme-Institut Aachen GmbH

1

Philips Medical 4

1 4

Phosphor Technology Ltd.

Almelo, Eindhoven

NS Reizigers BV

Delft

Paques BV

Stevenage (Groot-Brittannië)

Utrecht

OM Partners NV

Balk

Photonamic GmbH & Co. KG

Wommelgem (Antwerpen) (België) 1

Paul-Drude-Institut für

OM&T BV

Berlin (Duitsland)

Oldelft Ultrasound BV

2 1

NT&D Nanotechnology & Devices

Aachen (Duitsland)

1

Nucletron BV

Veenendaal

4

Eindhoven

1

4

Onderzoek en Statistiek

Eindhoven

Amsterdam

PelviTec BV

Nunhem

Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam

1

Amsterdam

NUON

Arnhem

1

1

OonKAY

2

Delft

1 1

Photonics Investments BV

Duiven

1

1

Photonis Holding S.A.S.

NUMECA International Nunhems Netherlands BV

Wedel (Duitsland)

Festkörperelektronik

Brussel (België)

4

3

Peer+ BV

4

Mérignac Cedex (Frankrijk)

1

Photonis-DEP BV

Roden

1

1

Penta Robotics BV

Photontec BV

Vreeland

Wijchen

1

1

Pepscan Presto BV

Physical Electronics

Lelystad

Nuon/Vattenfall

Apeldoorn

Amsterdam

Oostwaardhoeve v.o.f.

Percuros BV

Chanhassan (Verenigde Staten)

Schagen

Leiden

Physik Instrumente (PI)

1

Nutreco Nederland BV

Boxmeer, St. Anthonius

3

Instituut NMI bv

1

Eindhoven, Nijmegen

NXP Semiconductors Belgium NV

Leuven (België)

6

NZO 1

Oo 1

OCAS

Zelzate (België)

Utrecht

Personal Space Technologies

Amsterdam

Oosterhout Nb

Rotterdam

Nijmegen

Petrobras

1

Gouda

Pharmaceutical Research

4

Zuidlaren

1

Jaarverslag STW 2012

Wageningen Gouda

Leiden

Plaxis BV

1

1

Magdeburg

Delft

Best, Drachten, Eindhoven, Heerlen 155

Politecnico di Milano

Philips Electronics North America

Politie Groningen

Andover (Verenigde Staten) Aachen (Duitsland)

2

Milano (Italië) Groningen

1

1

Poly Nederland 2

Philips GmbH 1

1

Philips

Corporation 1

1

Plantum NL

1

Malvern (Verenigde Staten)

1

7

Plantenziektenkundige Dienst

Pharming Group NV

Magdeburg (Duitsland)

102

Wageningen

Orthovita Inc.

Otto-von-Guericke-Universität

Zürich (Zwitserland)

1

Associates Group BV

1

1

Plant Research International

Rio de Janeiro (Brazilië)

Smørum (Denemarken)

1

2

Ortec International BV

Oticon A/S

Oclaro Inc.

3

Enter

Venlo Leiden

Pie Medical Imaging BV

Maastricht

3

ORGA Architecten

Reykjavik (IJsland)

OcellO

1

Pijngeneeskunde

Océ Technologies BV 13

Tijnje

3

Pervatech BV

2

Össur Head Office

1

Equipment BV

Amsterdam

2

3

PI Medical Diagnostic

Oracle Nederland BV

Nieuwegein

Balzers (Liechtenstein)

Karlsruhe (Duitsland)

2

international (PHIi)

1

1

GmbH & Co. KG

Personal Health Institute

Orthoproof Digital Models OC Oerlikon Balzers Ltd.

2

Groningen, Turku

1

Oranjewoud 37

2

PerkinElmer

Calgary (Canada)

1

NXP Semiconductors

Zoetermeer

Open Engineering OptEM Engineering Inc.

nv Bekaert sa

Aalter (België)

1

Angleur (België)

Nutriënten Management

Wageningen

1

3

Steenwijk

1

Polymer Vision Ltd. 1

Eindhoven

3

1

Polytec GmbH

Waldbronn (Duitsland)

1

Provincie Noord Brabant

Remeha BV

’s-Hertogenbosch

Apeldoorn

1

Royal Cosun

Roosendaal

4

2

Polyvation BV

Provincie Zuid-Holland

Remmers Bouwchemie BV

Royal FrieslandCampina

Groningen

’s-Gravenhage

Hoogeveen

Revalidatiecentrum Heliomare

Amersfoort, Deventer, Leeuwaren, Meppel 8

Wijk aan Zee

Royal HaskoningDHV

1

PPG Coatings Europe BV

PS-tech

Uithoorn

Amsterdam

2

PRA International, 1

Praction

Veldhoven

1

PTB

Early Development Services

Assen

2

1 1

1

Roessingh

Pulsar Physics

Enschede

Eindhoven

Rheinland Westfalen Netz AG

2

1

Purac Biochem BV

Essen (Duitsland)

Praktijkonderzoek Veehouderij

Gorinchem

Rijk Zwaan Zaadteelt en

Lelystad

Pyxis Discovery BV

1

1

Delft

Prestwick Chemical

Strasbourg-Illkirch (Frankrijk) 1

11

Stockholm (Zweden) Holding BV

6

Erfgoed

Rijsenhout

4

RPS advies- en

QCare medical services BV

Amersfoort, Amsterdam

Oisterwijk

Rijksinstituut voor

1

1

Royal Van Zanten / Van Zanten

Rijksdienst voor het Cultureel

1

Royal Swedish Academy of Sciences

1

Zaadhandel BV

De Lier, Fijnaart

1

Qq

Primix BV

Mijdrecht

Amersfoort, Nijmegen, ‘s-Gravenhage, ‘s-Hertogenbosch 7

Revalidatiecentrum Het

Berlin (Duitsland)

3

ingenieursbureau bv

Delft

Volksgezondheid en Milieu

1

Princess Margaret Hospital

Q-Cells SE

Toronto (Canada)

Prinses Beatrix Spierfonds

Bitterfeld-Wolfen (Duitsland) 1

Rijksuniversiteit Groningen

Ruijsink Dynamic Engineering

’s-Gravenhage

QTIS/e BV

Groningen

Gouda

1

1

“Process Systems Enterprise Ltd. -

Eindhoven

Bilthoven

Ruhr-Universität Bochum

Bochum (Duitsland)

12 13

1

1

Rijkswaterstaat

RWE Rheinland Westfalen

Essen (Duitsland)

Quest Innovations BV

Arnhem, Delft, Lelystad, Middelburg, Rotterdam, Utrecht 26

Procter & Gamble

Middenmeer

Rijnlands Revalidatie Centrum

Nordhorn (Duitsland)

Schwalbach am Taunus (Duitsland) 2

QVQ BV

”The model company”

London (Groot-Brittannië)

2

Qualcomm Netherlands BV

Breukelen Ut 1

1 1

(RRC)

Woerden

Leiden

1

Procter & Gamble Technical

1

RWE Westfalen-Weser-Ems Netzservice GmbH 1

RWTH Aachen University

Aachen (Duitsland)

1

3

RIKILT - Instituut voor

Rr

Centre

Ss

Voedselveiligheid

Newcastle upon Tyne (Groot-Brittannië) 1

Radboud Universiteit Nijmegen

Wageningen

Nijmegen

Rivas Zorggroep

Bergen op Zoom

Productschap Diervoeder

Rahu Catalytics BV

Gorinchem

SABIC T&I, STC Geleen

’s-Gravenhage

Vlaardingen

River Diagnostics BV

Geleen

Rotterdam

5

Saint-Gobain Crystals & Detectors

1

Saint Pierre lès Nemours (Frankrijk) 1

2

Productschap Tuinbouw

Zoetermeer

5

14 1

RailData BV

Utrecht

1

1

RIWA-Maas

1

RAV Gooi- en Vechtstreek

Maastricht

1

Hilversum

Roche Center for

Productschappen Vee, Vlees en

RAV Utrecht

Productschap Zuivel

Zoetermeer

Bilthoven

Eieren

Zoetermeer

1

SABIC Innovative Plastics

1

Basel (Zwitserland)

Reade revalidatie | reumatologie

Eindhoven 1

Rockwell Collins (UK) Ltd.

1

Samsung Medison Co, Ltd..

Seoul (Korea)

1

Profict Oost BV

Amsterdam

Warnsveld

Recharge BV

Rode Kruis Ziekenhuis

Hoofddorp

Progentix BV

Bussum

Beverwijk

Sanquin Research

Bilthoven

Recore Systems BV

1 2

1

1

Hoofddorp

3

Samsung

Medical Genomics

1

1 1

Roessingh Research and

Pro-Motion Medical BV

Enschede

Zwijndrecht

Reef Hout

Enschede

Goor

Rolls-Royce Deutschland

1

ProRail

Utrecht

3

1

Reinier de Graaf Gasthuis

ProSensa BV

Delft

Leiden

1

RE-lion BV

Proton Ventures BV

Enschede

Brielle

1

3

1 2

2

Development 1

Ltd. & Co KG

Samsung Medison Europe BV 1

Amsterdam

5

SARA Reken- en Netwerkdiensten

Amsterdam

1

Satelec Acteon Group

Merignac (Frankrijk)

1

Blankenfelde Mahlow (Duitsland) 1

SATRAX BV

Roth & Rau BV

Saxion Hogeschool Enschede

Eindhoven

Enschede

6

Enschede

1 1

Lijst van gebruikers

103

Siemens Medical

SBM Schiedam BV

Schiedam

1

Stichting Landschap Noord-

Nederland

Malvern (Verenigde Staten)

Schiphol Group

Amsterdam

SOVON Vogelonderzoek

Solutions USA, Inc.

1

Holland

Beek Ubbergen

Heiloo

1

SOWNet technologies BV

1

1

Stichting Maritiem Research

Schiphol Telematics BV

Siemens Nederland NV

Delft

Amsterdam

’s-Gravenhage

SpaarnWater

Wageningen

Haarlem

Stichting Nationale Computer

1

4

Schmid & Partner Engineering AG

Siemens Power Generation

Zürich (Zwitserland)

Orlando (Verenigde Staten)

2

Scienion AG

1

Berlin (Duitsland)

Zürich (Zwitserland)

1

1

’s-Gravenhage

3

SPECS

1

5

Faciliteiten

Spark Holland BV

Emmen

Sika Technology AG

Instituut Nederland

1

1

Stichting NIO - Nederlands

Scientific Volume Imaging BV

Simax Lithography BV

Delft

Hilversum

Eindhoven

Spieren voor Spieren

Eindhoven

Blaricum

Stichting Sanquin

8

1

SCIONIX Holland BV

SIMENDO BV

Bunnik

Rotterdam

1

SE Blades Technology BV

Sincrotrone Trieste

Basovizza, Trieste (Italië)

SeaTools BV

Numansdorp

3

Selor eeig

GmbH & Co. KG

Wedemark (Duitsland)

Sensata Technologies Holland BV

Almelo

Kenniscentrum Textielverzorging

Rotterdam

Space Research

Amersfoort

Enschede

Arnhem

St. Jude Medical

Nijkerk Gld

St. Paul (Verenigde Staten)

Stiho BV

1

Research Centre BV 5

Hengelo

Stork Veco BV

Eerbeek

Breda

Staatsbosbeheer

Valkenswaard

Enschede

2

1

Streekziekenhuis

1

Koningin Beatrix

Amsterdam, Driebergen-Rijsenburg

3

5

St. Thomas’s Hospital

Smartec BV SmartTip BV

1

Stork Thermeq BV

2

Nijmegen

Techniques

Nieuwegein

2

St. Jude Medical Nederland BV

Se1 7eh London (Groot-Brittannië)

2

1

Veenendaal

Nieuwegein

4

8

Stichting Voedeselallergie

1

Sensor Sense BV

1

1

Waterbeheer (STOWA)

4

Ssens BV

Siza Dorp Groep

Company BV

SensoRon - Sensors & Measuring

Ophemert

Stichting Toegepast Onderzoek

Groningen, Utrecht 4

SKF Research & Development

1

1

SRON - Netherlands Institute for

1

Nieuwegein

4

Sense Observation Systems BV

2

Spirotech BV

SKF Engineering &

1

Amsterdam

Stichting Technologisch

2

Helmond

1

SINTEF

Sennheiser Electronic

Bloedvoorziening

Singulus Mastering BV

Trondheim (Noorwegen)

1

Egerkingen (Zwitserland)

1

Eindhoven Rotterdam

1

Sencio BV

Nijmegen

1

Sint Franciscus Gasthuis

Amsterdam

1

Spirig Pharma AG

1

Hengelo Ov

1

Instituut voor Onderhandelen

3

Winterswijk 2

1

Strukton Betonbouw

Septentrio Satellite Navigation NV

Smith & Nephew BV

Steelweld BV

Utrecht

Leuven (België)

Hoofddorp

Breda

Strukton Civiel

1

1

Service XS BV

Smurfit Kappa

Leiden

Hoogeveen

1

SGS INTRON BV

SN1C

Culemborg, Sittard

Engineering Co. Ltc. (STEC)

Utrecht

Hoofddorp

Strukton Engineering

1

Volgermeer

1

Utrecht

2 1

Strukton Systems BV

Software Improvement Group BV

Broek in Waterland

Amsterdam

Stichting Dorp, Stad & Land

1

1

Stichting BREIN Stichting Burgerkomitee

Shanghai (China)

5

Shanghai Tunnel

Shanghai (China )

1

1

1

Hengelo Ov

1

STS BV

Solland Solar Cells BV

Rotterdam

Shell

Heerlen

Stichting Duurzaam Storten

StudyPortals BV

Amsterdam, Rijswijk, ‘s-Gravenhage 32

SolMateS BV

’s-Hertogenbosch

Eindhoven

Enschede

Stichting Flextension

Shell Global Solutions

Solsep BV

Chester (Groot-Brittannië)

Apeldoorn

1

5

Zaventem (België)

and Production Inc.

Houston (Verenigde Staten)

1

Siemens AG 2

Jaarverslag STW 2012

1

Gebze (Turkije)

Heinkenszand

Suiker Unie

2

Stichting IJkdijk

Groningen

Stichting Knowledge &

Amersfoort

1

1

SUASIS Underwater Technology R&D Ltd.

1

Amsterdam

1

1

Stichting Het Zeeuwse Landschap

Sonion Nederland BV Sound Intelligence

Erlangen (Duitsland)

1

Amsterdam

1

Veenendaal 2

Solutia Italia Spa

6

Shell International Exploration

104

5

1

development centre

Schiphol

1

Dinteloord

1

1

SunCycle

Eindhoven

2

Superon GmbH

Dernbach (Duitsland)

1

SURFnet BV

TCKI

Utrecht

Velp

1

SurgicEye GmbH

TMC NV

TE Connectivity

Munich (Duitsland) SWOV

Leidschendam

1

Sylvan America Inc.

Delft

’s-Gravenhage

Bedford (Groot-Brittannië)

55

Technolution BV

Gouda

TNO DIANA BV

Universitair Medisch

1

Utrecht

2

1

2

Dystrophy (UPPMD)

Veenendaal

1

TECNALIA

Delft

Macclesfield (Groot-Brittannië)

Donostia-San Sebastian (Spanje) 1

TomTom International BV

Groningen

Eindhoven

Universitair Medisch

Centrum Groningen

2

Syngenta Seeds BV

TEIJIN TWARON BV

Tonalite BV

Enkhuizen

Arnhem

Emmen

3

SyntheticMR AB

Linköping (Zweden)

1

Synthon BV

Nijmegen

1

De Lier

Wageningen

Utrecht

Systems Europe BV

8

16

Universitair Medisch Centrum Utrecht

2

Toshiba Medical

Izegem (België)

15

Centrum St. Radboud

Nijmegen

2

Top Institute Food & Nutrition

Televic NV 4

1

Telersvereniging Prominent 1

1

United Parent Projects Muscular

Syngenta 1

21

Universität Mannheim

SystematIC Design BV

Tempress Systems BV

Zoetermeer

Delft

Vaassen

TOSOH BIOSCIENCE GmbH

Universität Stuttgart

Stuttgart (Duitsland)

Stuttgart (Duitsland)

2

Syynx Solutions GmbH

Geldermalsen

1

Ten Cate Advanced Composites BV

1

Nijverdal

Tt

1

TET Systems Holding GmbH &

Heidelberg (Duitsland)

Europe BV

Thales Communications

Schijndel

Genève (Zwitserland)

1

2

Université de Mons

Mons (België)

1

Université de Tours -

1

Francois Rabelais

Tree C Technology BV

Ede Gld

1 1

Université de Genève

Horst

2

Nederland BV

1

1

Touchwood BV

Hofmans BV

Manufacturing Company

Amsterdam

Mannheim (Duitsland)

2

Transport-, Handelsbedrijf

Co. KG

Taiwan Semiconductor

Tours (Frankrijk)

3

1

Targeson, LLC

Huizen

Charlottesville (Verenigde Staten)

Thales Cryogenics BV

Goor

Eindhoven

Trouw Nutrition Nederland BV

Universite Libre de Bruxelles

Thales Naval Nederland

Putten

Bruxelles (België)

Hengelo Ov

1

Target Holding BV

Groningen

1

TASS BV

Rijswijk Zh

1

TASS Nederland

Eindhoven

23

Tata Steel UK Ltd. 1

TAUS Data Association (TDA) Tauw BV

Deventer

2

1

Universiteit Gent

Brescia (Italië)

Gent (België)

Hengelo, Huizen

Twente Institute for Wireless and

1 8

Mobile Communications BV

Enschede

1

1

Diepenbeek (België) Leiden

Enschede

Universiteit Twente

Twister BV

Deventer

Rijswijk Zh

1

3

2

13

Enschede

31

Universiteit Utrecht

1

Utrecht

Thomson Broadcast & Media Solutions Nederland BV

Uu

18

Universiteit van Amsterdam

Amsterdam

UbiQ Bio BV

4

Thrombinoscope BV

Amsterdam

Maastricht

Ultrasonix Medical Corporation

Tilburg

Richmond (Verenigde Staten)

University College Cork

1

Tigenix

Deventer

Leuven (België)

1

1

Universiteit Leiden

1

Palaiseau Cedex (Frankrijk) The Three Engineers (TTE)

2

8

Twente Solid State Technology BV

1

1

Universiteit Hasselt

Thales Research and Technology

Tauw Deventer 1

Luxembourg (Luxemburg)

Turboden Pratt & Whitney

Breda

1

Université du Luxembourg

2

Thales Nederland BV

Delft

1

IJmuiden, Velsen Noord

De Rijp

1

Thales Research and Technology

Tata Steel

Moorgate (Groot-Brittannië)

Tri-O-Gen BV

1

1

11

Holliston (Verenigde Staten)

Technologiestichting STW

Groningen

Unilever R & D

Vlaardingen

10

Apeldoorn, Delft, Den Helder, Eindhoven, Groningen, Helmond, Rijswijk, ‘s-Gravenhage, Utrecht, Zeist 108

Uitgeest 1

TMS International BV

Oldenzaal

Union Biometrica

Horst

Dublin (Ierland)

1

TNO

58

Technobis Mechatronics

Syncom BV

4

Unilever R & D

Sylvan Foods Netherlands BV 1

Delft

T-Mobile Netherlands BV

Eindhoven

Symantec

1

Technische Universiteit Delft

Eindhoven 1

1

UNESCO-IHE

Hayes (Groot-Brittannië)

4

Technische Universiteit

Kittanning (Verenigde Staten)

Olen (België)

1

TMD Technologies Ltd.

’s-Hertogenbosch

1

Umicore

Eindhoven

2

Universiteit van Tilburg

1

1

1

Cork (Ierland)

2

Lijst van gebruikers

105

University College Dublin

Van Rijn - KWS BV

Vlisco Helmond BV

WS-Wärmeprozesstechnik GmbH

Dublin (Ierland)

Poeldijk

Helmond

Renningen (Duitsland)

1

1

University Hospital Zürich

Vanberlo BV

Zürich (Zwitserland)

Eindhoven

1

University of Applied Sciences,

Varian BV

Bocholt (Duitsland)

1

University of Brescia 1

University of California at San Diego

La Jolla (Verenigde Staten)

VNSI-Scheepsbouw Nederland

Wyatt Technology Europe GmbH

Rotterdam

Dermbach (Duitsland)

1

Zwijndrecht

1

VARIAN Medical Systems

VORtech BV

Delft

Vortex Engineering

Xensor Integration bv

Varibel Innovations BV

Nieuwegein

Delfgauw

Arnhem

Vrije Universiteit Amsterdam

Xilinx Ireland

Amsterdam

Saggart (Ierland)

1

Lyon (Frankrijk)

1

Xbrane Bioscience AB

Stockholm (Zweden)

2 1 4

XiO Photonics bv

Enschede

VARTA Microbattery GmbH

Brussel (België)

Preston (Groot-Brittannië)

Ellwangen (Duitsland)

VSL

1

Coimbra (Portugal)

1

Delft

VARTEC NV

Gent (België)

1

Edinburgh (Groot-Brittannië)

Jokkmokk (Zweden)

Leeds (Groot-Brittannië)

Enschede

1

Yacht BV

Ww

Eindhoven

Bürmoos (Oostenrijk)

University of Manchester

Breda

Wageningen Universiteit &

Manchester (Groot-Brittannië)

Verbond van Verzekeraars

’s-Gravenhage

1

University of Michigan

Ann Arbor (Verenigde Staten)

Nederland

Baarn

1

1

Vereniging van Aardappelverwerkende

1

Industrie

University of Sheffield

Sheffield (Groot-Brittannië)

1

Vereniging Spierziekten

University of New South Wales

Sydney (Australië)

1

Rijswijk Zh

University of Strathclyde

Glasgow (Groot-Brittannië)

1

1

ZF-screens BV

Vaasa (Finland)

Leiden

1

Ziekenhuisgroep Twente

Hengelo

1

Ziut BV

Incorporated

San Diego (Verenigde Staten)

1

SON

1 1

Middelburg

Heidelberg (Duitsland)

1

Waterschap Vallei en Eem

ZoBio BV

Leusden

Leiden

1

Wavin Technology &

Dedemsvaart

’s-Hertogenbosch

1

Universität Münster

Van der Heide BV

Eindhoven

WillCo Wells BV

Kollum

Vista Landscape and

Van Hattum en Blankevoort BV

Woerden

Amsterdam

1

Amsterdam

Urban Design

1

1

Witteveen+Bos

Deventer, Rotterdam

1

3

Van Nieuwpoort Grint en Zand BV

Vitens Laboratorium

WL Gore & Associates Inc

Gouda

Leeuwarden

Newark (Verenigde Staten)

1

1

Van Oord Nederland bv

VitrOmics BV

Gorinchem

2

’s-Hertogenbosch

106

Jaarverslag STW 2012

WorldFish Center 1

Penang (Maleisië)

2

Tuinbouworganisatie (ZLTO)

Münster (Duitsland)

1

1

Zuidelijke Land- en

Westfälische Wilhelms

1

1

ZMBH

Innovation BV 1

1

Waterschap Scheldestromen i.o.

VisionDynamics

2

2

Apeldoorn

VION Ingredients 1

2

Groningen

Roskilde (Denemarken)

Eindhoven

1

Wärtsilä Finland Oy

Waterschap Noorderzijlvest

1

Rhenen

Vabrema BV

Groningen

1

in Nederland

Vestas Technology R&D

Vv

Zernike Group

Blitterswijck

’s-Gravenhage

Urotex Medical BV 1

Walkro International BV

Etten-Leur

Vertex Pharmaceuticals

U-Protein Express BV

Zz

en Betonmortelfabrikanten

Coleraine (Groot-Brittannië) Utrecht

1

Ziggo

Veenendaal 1

America (Horst), Lelystad, Lisse, Wageningen 25

Waters Corporation

University of Ulster

1

YouMedical

Amsterdam

Waternet

Vereniging van Ondernemingen

1

Tertre (België)

1

Researchcentrum

Amsterdam

2

1

Yara Tertre SA

W&H Dentalwerk

Veeco Instruments BV

1

3

Yy

12

1

VDL Enabling Technologies Group

Eindhoven

5

Xsens Technologies BV 4

Amsterdam

Vattenfall AB

University of Leeds

1

VU Medisch Centrum Amsterdam

1

University of Edinburgh 1

3

1

1

Vrije Universiteit Brussel

University of Central Lancashire University of Coimbra

2

Xx

1

Bergisch Gladbach (Duitsland) 1

Varioptic/Parrot 1

2

Vogel BV

Middelburg

Gelsenkirchen

Brescia (Italië)

1

1

1

1

2

Lijst van afkortingen

ACTS

Advanced Chemical Technologies for Sustainability

PROGRESS

Program for Research on Embedded Systems and Software

ALW

Aard- en Levenswetenschappen (NWO)

ProRISC

Program for Research on Integrated Systems and Circuits

ASSYS

Autonomous Sensor Systems

RU

Radboud Universiteit Nijmegen

Bsik

Besluit subsidies investeringen in de kennisinfrastructuur

RuG

Rijksuniversiteit Groningen

CATRENE

Cluster for Application and Technology Research in Europe

SAFE

Semiconductor Advances for Future Electronics

on NanoElectronics

SBIR

Small Business Innovative Research

CW

Chemische Wetenschappen (NWO)

SCI

Science Citation Index

CWI

Centrum voor Wiskunde en Informatica

SES

Smart Energy Systems

DFG

Deutsche Forschungsgemeinschaft

SIA

Stichting Innovatie-Alliantie

DUBBLE

Dutch Belgian Beam Line

SRON

Stichting Ruimte-onderzoek Nederland

ELenI

Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

TFN

Thin Film Nanomanufacturing

ESA

European Space Agency

TNO

Nederlandse Organisatie voor Toegepast

ESTEC

European Space Research and Technology Centre

Natuurwetenschappelijk Onderzoek

ESRF

European Synchrotron Radiation Facility

TU

Technische Universiteit

EW

Exacte Wetenschappen (NWO)

TUD

Technische Universiteit Delft

FES

Fonds Economische Structuurversterking

TU/e

Technische Universiteit Eindhoven

FOM

Stichting voor Fundamenteel Onderzoek der Materie

UL

Universiteit Leiden

ERA-NET SIINN

Safe Implementation of Innovative Nanoscience

UM

Universiteit Maastricht

and Nanotechnology

UMC

Universitair Medisch Centrum

EPSRC

Engineering and Physical Sciences Research Council

UT

Universiteit Twente

HTSM

High Tech Systemen en Materialen

UU

Universiteit Utrecht

ICT

Informatie- en Communicatie-technologie

UvA

Universiteit van Amsterdam

IMDI

Innovative Medical Devices Initiative

VU

Vrije Universiteit

IOP

Innovatiegericht Onderzoeksprogramma

WL

Waterloopkundig Laboratorium

IPMS

Intellectual property management system

WOTRO

Stichting Wetenschappelijk Onderzoek voor de Tropen

ITEA

Information Technology for European Advances

WUR

Wageningen Universiteit en Researchcentrum

KEMA

NV tot Keuring van Elektrotechnische Materialen

ZonMw

ZorgOnderzoek Nederland en NWO-Medische Wetenschappen

k€

kilo euro (eenheid van 1.000 euro)

KIWA

Keuringsinstituut voor Waterleidingartikelen NV

KNAW

Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen

M€

Mega euro(eenheid van 1.000.000 euro)

MaGW

Maatschappij- en Gedragswetenschappen

MEDEA+

MicroElectronics Development for European Applications

N

Natuurkunde (NOW)

NIG

Nieuwe Instrumenten voor de Gezondheidszorg

NIHC

Nationaal Initiatief voor Hersenen en Cognitie

NIZO

Nederlands Instituut voor Zuivelonderzoek

NRF

National Research Foundation

NWO

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

OCW

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

OTP

Open Technologieprogramma

107

Colofon Eindredactie en productie

Astrid van der Stroom, STW

Ontwerp

Room for ID’s, Nieuwegein

Realisatie

Argante Argante, Amsterdam

Fotografie

Bram Saeys, Eindhoven (pagina 18 en 19) Ivar Pel, Utrecht (tussenbladen en omslag) Betrokken instellingen (hoofdstuk 2 en 3)

Drukwerk

Zwaan printmedia, Wormerveer

www.stw.nl

Jaarverslag. Technologiestichting STW - PDF Free Download (2025)
Top Articles
Latest Posts
Recommended Articles
Article information

Author: Jerrold Considine

Last Updated:

Views: 5701

Rating: 4.8 / 5 (78 voted)

Reviews: 93% of readers found this page helpful

Author information

Name: Jerrold Considine

Birthday: 1993-11-03

Address: Suite 447 3463 Marybelle Circles, New Marlin, AL 20765

Phone: +5816749283868

Job: Sales Executive

Hobby: Air sports, Sand art, Electronics, LARPing, Baseball, Book restoration, Puzzles

Introduction: My name is Jerrold Considine, I am a combative, cheerful, encouraging, happy, enthusiastic, funny, kind person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.